In de 19e en begin 20e eeuw woonden veel Nederlanders in erbarmelijke omstandigheden. In de loop van de 19e eeuw was dat voor burgers en arbeiders aanleiding om woningbouwverenigingen op te richten.
In 1912 werd in Aalten een comité gevormd onder leiding van burgemeester Monnik om te komen tot een vereniging tot verbetering der volkshuisvesting. Het jaar erop vond de oprichting plaats.
Feest bij Volkshuisvesting
In 1981 verhuisde textielfabriek Wisselink aan de Dijkstraat naar het industrieterrein. Op het vrijkomende terrein zouden 120 woningen worden gebouwd, de tegenwoordige Driessenshof. Maar voordat de voormalige weverij werd afgebroken, organiseerde de Vereniging tot verbetering van de Volkshuisvesting er een uitgebreid programma aan feestelijkheden voor de Aaltense bevolking:
Polstraat-16-18 te Aalten (foto: Google Streetview)Provinciale Geldersche en Nijmeegsche Courant, 18 maart 1913Aaltensche Courant, 29 oktober 1913
De Woonplaats
In 1995 besloten de verenigingen in Aalten, Groenlo en Winterswijk, die samen 6700 woningen hadden, te fuseren onder de naam De Woonplaats. Enkele jaren later volgde een fusie met De Volkswoning in Enschede (5100 woningen). Twee jaar later verhuisde het hoofdkantoor van Groenlo naar Enschede. In 2022 telde De Woonplaats bijna 17.000 woningen, waarvan ongeveer 2300 in de gemeente Aalten.
Fouten voorbehouden. Heeft u correcties en/of aanvullende informatie? Reageer dan onderaan deze pagina.
Het Aaltens Christelijk Mannenkoor, afgekort als ACM, werd opgericht door Henk Heusinkveld. Samen met vier mede-initiatiefnemers vond de oprichtingsvergadering plaats op vrijdag 26 oktober 1956. Het eerste concert was gepland voor 23 november 1957, maar dit werd geannuleerd vanwege een griepepidemie. In datzelfde jaar begonnen ze samen met de Eendracht met de adventswijding. In 1966 sloot het ACM zich aan bij de Koninklijke Christelijke Zang Bond (KCZB).
Tegenwoordig telt het koor ongeveer 50 leden, in leeftijd variërend van eind 50 tot eind 80 jaar. Het koor geeft jaarlijks een eigen concert en een benefietconcert. Daarnaast nemen ze regelmatig deel aan kerkconcerten en zangavonden. Een jaarlijks terugkerende traditie is het zingen voor bewoners van een verzorgingstehuis. Ook op recepties en begrafenissen van leden kan men rekenen op het ACM.
Het repertoire van het Aaltens Christelijk Mannenkoor is zeer divers en omvat geestelijke en byzantijnse muziek, folklore, musicals, bewerkingen van popnummers, lichte klassieke muziek, negrospirituals en kerstliederen. Daarnaast zingen ze in verschillende talen. Het muziekarchief van het koor bevat ongeveer 400 stukken waaruit zij kunnen putten.
Bredevoort had als garnizoensstad sinds de middeleeuwen een schutterij. Schutterijen werden destijds opgericht als plaatselijke militie die de orde en veiligheid van de burgers moest garanderen. Nadat de schutterijen in 1901 officieel werden opgeheven, ontstonden in veel plaatsen vrijwillige schutterijen. Deze hadden een meer folkloristisch karakter en organiseerden onder meer schuttersfeesten, de kermis en het koningsschieten. Ook hebben veel schutterijen een fanfareorkest en/of vendeliers.
Schutterij Wilhelmina
Tegenwoordig kent Bredevoort nog steeds een schutterij, namelijk Schutterij Wilhelmina. De eerste schriftelijke vermelding waarin deze schutterij met naam wordt genoemd vonden we in de Aaltensche Courant van 25 oktober 1905. Men neemt aan dat de vereniging dan reeds langer bestaat. In diezelfde tijd blijkt Bredevoort zelfs twee schutterijen te hebben.
Mogelijk dankt de vereniging haar stichting in het jaar 1898 als het kroningsfeest van koningin Wilhelmina uitbundig wordt gevierd. In Bredevoort werd ter gelegenheid van dit feest een bestuur opgericht dat diverse feestelijkheden organiseerde. Deze bestonden uit een kermis en optocht van ruiters met banieren. Tevens werd op de Markt een zogenaamde Wilhelminaboom geplant ter ere van Wilhelmina’s verjaardag. Na afloop vond een schuttersfeest plaats met als hoofdonderdeel het koningsschieten. Deze traditie wordt nog altijd in leven gehouden tijdens het jaarlijkse volks- en schuttersfeest dat in juni wordt gehouden.
Doorstart
In de tweede wereldoorlog is de vereniging verboden en werden de vaandels vernield door de bezetters. Onmiddellijk na de oorlog in 1945 werd Schutterij Wilhelmina Bredevoort officieel (her)opgericht. In 2020 bestond de schutterij 75 jaar.
Op de vaandels van Schutterij Wilhelmina prijkt een hanenpoot, het familiewapen van de familie Satink. Benjamin Satink (1704–1769) was in de 18e eeuw verwalter-drost van de Heerlijkheid Bredevoort, commies van des lands magazijnen en auditeur-militair.
Schutterij Wilhelmina speelt een actieve rol in de Bredevoortse samenleving. De vendeliers van de schutterij brengen serenades bij jubilea van de leden en organiseren de reveille, vroeg in de ochtend, en het koningsschieten bij de jaarlijkse kermis. Het ‘hoofdkwartier’ is het schuttershuis aan de Boterstraat.
40-jarig jubileum
In 1985 vierde Schutterij Wilhelmina in Bredevoort haar 40-jarig jubileum (na de heroprichting):
De Schutterij Wilhelmina neemt in de Bredevoortse gemeenschap een bijzondere plaats in en is niet weg te denken bij bijzondere gebeurtenissen in het oude stadje. Op 12 oktober viert de schutterij haar 40-jarig bestaan. In werkelijkheid kent Bredevoort al veel langer een schutterij. Dat blijkt onder meer uit vier oude vaandels die nog steeds in ere worden gehouden en die dateren uit het eind van de vorige eeuw.
„Een buitenstaander zou er geen cent voor geven en de hele zaak bij de lompen gooien. Maar voor de leden van de schutterij zijn ze goud waard”, vertelt de huidige voorzitter van de schutterij Hans Wensink uit de Boterstraat in Bredevoort. Deze 58-jarige Bredevoorter is al 30 jaar voorzitter en heeft de oprichting in 1945 ook meegemaakt. „Misschien moeten we praten van een heroprichting. Het was na de Tweede Wereldoorlog en in de oorlog is de schutterij opgeheven. Op 17 oktober 1945 werd echter de schutterij opnieuw een feit”.
Hans Wensink weet nog goed, dat Hendrik Frenken de eerste commandant was. Een man met een prachtige commandeerstem. „Als hij het commando: „bataljon voorwaarts” gaf, dan rolden de rrr’s er zo mooi uit”, weet Hans Wensink nog. Ook dat Frenken tijdens schuttersfeesten niet toestond dat hij gewoon met zijn naam werd aangesproken. Dan moest je kapitein tegen hem zeggen, hoe goed je hem ook kende. „Dat was de sfeer bij de schutterij. Nadat de periode Frenken was afgesloten nam J. van Merkenstein het commando over en nu is het D. Dibbets die de bevelen geeft.
Vaste kern De schutterij heeft altijd een vaste kern gehad. Na de oorlog waren er alleen de oude vaandels. Die zijn later vervangen omdat het jammer was deze nog langer te gebruiken. Ook kwamen later pas de uniformen. In 1959 kwam een eind aan het traditionele schuttersfeest, toen werd besloten samen te werken met Volksfeest om te komen tot een gezamenlijk feest.
Van schuttershuis is men wel eens veranderd, maar nu is men weer op het oude honk, café Munsterbrug, terug. De vaandels worden echter door moeder Wensink „onderhouden”. Zij ziet er nauwgezet op toe, dat alles goed wordt behandeld. De 90-jarige is een enthousiast aanhangster van de schutterij. Zij weet ook te vertellen over de schutterij die aan het begin van deze eeuw in Bredevoort actief was. Haar in 1938 reeds overleden man, was in 1913 al adjudant bij de schutterij en reed dan te paard bij de groep. In die tijd werden rangen bij de schutterij gekocht. Van heinde en verre kwamen de mensen naar de schutterij in Bredevoort. Mevrouw Wensink weet ook dat het oudste vaandel uit 1898 dateert en werd gezwaaid door Wubbels sr. die ook nog drie zoons had die vendelier waren.
„Moe” Wensink zorgt bij het vogelschieten er ook voor dat de schutters op tijd hun koffie met brood krijgen. In de afgelopen 40 jaar is het zeven keer gebeurd dat het schutterskoningschap bij de familie Wensink terecht komt. „Dan is het pas echt schuttersfeest, dan laat ik alles staan en ga naar het schuttershuis”, aldus de bejaarde Bredevoortse.
Viering De schutterij heeft 160 leden, waarvan 40 „werkende”. Het dagelijks bestuur bestaat uit: Hans Wensink voorzitter, Hans Piek secretaris, Engelbert Ebbers penningmeester. Zaterdag 12 oktober zal aandacht wroden geschonken aan het 40-jarig bestaan. Van 15-17 uur wordt in het schuttershuis Munsterbrug een receptie gehouden en ’s avonds is er feest voor de leden. „Wat er in de komende jaren ook zal veranderen, de schutterij moeten ze in ere houden. Dit is iets, dat door onze voorouders is begonnen. Dat moeten we niet afbreken. We moeten zuinig zijn op de tradities en gebruiken”, aldus Hans Wensink.
Schutterij Wilhelmina BredevoortAaltensche Courant, 12 oktober 1901
Schutterijen werden in de middeleeuwen opgericht als plaatselijke militie die de orde en veiligheid van de burgers moest garanderen. In 1815 volgde een wet waarin werd bepaald dat drie procent van de mannen tussen 18 en 50 jaar schutter-plichtig was. In 1827 werd dat veranderd naar twee procent van de mannen tussen 25 en 34 jaar.
In 1901 werden de schutterijen officieel opgeheven en vervangen door een landweer, die bestond uit dienstplichtigen en vrijwilligers. Later ontstonden in veel plaatsen vrijwillige schutterijen waarvan iedereen lid kon worden.
In 1906 stond de schuttersvereniging te Aalten aan de wieg van het Feestgebouw. In de decennia erna konden we op online krantenarchief Delpher geen vermeldingen van de Aaltense schutterij vinden. Pas begin jaren 50 vonden we weer diverse vermeldingen, van Schutterij St. Helena.
Echter in 1957 verscheen er ook een bericht over de oprichting van een schutterij, door de NV Feestgebouw te Aalten, die ‘De Eendracht’ zou gaan heten. Hoe dit allemaal precies zit, is ons vooralsnog onduidelijk.
In september 1973 werd een ‘Comité Volksfeest’ opgericht, ontstaan door samenvoeging van het Feestgebouw, de Schuttersvereniging en het Kermiscomité. Later werd dit de ‘Stichting Volksfeest Aalten‘.
Deze pagina bevat onder meer een aantal foto’s en krantartikelen van en over de Aaltense schutterij die wij de afgelopen jaren verzameld hebben. Wij hopen op meer informatie om nog eens een meer volledige geschiedenis van de Aaltense schutterij te kunnen schrijven.
Krantenberichten en foto’s
(klik om te vergroten)
Lied van de Aaltensche Schutters (1830)
26 maart 1906Zutphens Dagblad, 29-04-19571961
Zutphens Dagblad, 13 juni 1952Dagblad Tubantia, 10 mei 1957
Weekblad voor Aalten, Breedevoort, enz., 17 juli 1897Schuttersvereniging St. Helena, jaartal onbekend (foto via A. Wolterink-Jansen)Schutterij Aalten, jaartal onbekend (foto via H. Schutte)Volksfeest te Aalten, 1936Vendelzwaaien op de Markt, jaartal onbekend
Fouten voorbehouden. Heeft u correcties en/of aanvullende informatie? Reageer dan onderaan deze pagina.
Accordeonvereniging Con Forza is opgericht in 1988 en heeft als standplaats Aalten. Het orkest staat onder leiding van dirigent Wil Plas, professioneel accordeonist uit Enschede. De vereniging bestaat uit een orkest en een ensemble. Het orkest speelt een breed repertoire, van jazz tot tango, van Frans chanson tot Duitse Schlager en van klassiek tot pop. Het ensemble is een kleine groep gevorderde spelers.
De vereniging telt ongeveer twintig leden afkomstig uit de hele regio. Het hoogtepunt is het jaarlijkse concert. Daarnaast treedt men regelmatig op in de regio. Con Forza repeteert wekelijks in het Kulturhus in Lintelo.
Chr. muziekvereniging Crescendo in IJzerlo is opgericht in 1951. Begin jaren vijftig van de vorige eeuw ontstond in IJzerlo de behoefte om een eigen muziekvereniging op te richten. Men vond het te gek voor woorden dat Psalm 150 uit Dinxperlo voor de muziek moest zorgen tijdens het jaarlijkse oranje- en schoolfeest. Er werd een comité samengesteld om te bekijken of het mogelijk was om in IJzerlo een muziekvereniging op te richten.
Via de heer Jan Hofs uit Dinxperlo was er van de firma Van der Glas uit Heerenveen een aanbieding binnengekomen. Men kon voor 1580 gulden in het bezit komen van 26 fanfare-instrumenten. Men besloot een rondgang te houden door IJzerlo en omgeving om geld in te zamelen. Hierbij werd gul gegeven – de opbrengst was 1.800 gulden – en men kon overgaan tot aankoop van instrumenten. Er meldden zich 32 leden, de dirigent werd Jan Hofs uit Dinxperlo en de contributie werd 0,25 cent per week. Op 17 november 1951 was muziekvereniging ‘Crescendo’ in IJzerlo een feit.
Tegenwoordig telt Crescendo IJzerlo ongeveer 85 leden. De vereniging bestaat uit een fanfareorkest, slagwerkgroep, jeugdorkest en jeugdslagwerkgroep. Daarnaast hebben ze een heel aantal leerlingen die leren om een instrument te bespelen om later ook in een van de orkesten aan te sluiten.
Chr. Muziekvereniging Excelsior Barlo werd opgericht op 4 november 1922. De aanleiding was het Oranjefeest in Barlo in de zomer van dat jaar. Muziekvereniging Advendo uit Lintelo was daarbij en speelde een vrolijke noot. Iemand zei toen: “Volgend jaar zit hier onze eigen muziekvereniging.” En aldus geschiedde. 100 jaar later, in 2022, werd deze mijlpaal het hele jaar door gevierd met diverse activiteiten voor de vereniging en het publiek.
Chr. muziekvereniging Excelsior Bredevoort werd opgericht in 1925 en gaf negentig jaar later, in 2015 haar laatste concert. Bij het 40-jarig bestaan van Excelsior Bredevoort publiceerde Dagblad Tubantia op 27 oktober 1965 het volgende artikel over de feestelijkheden rondom het jubileum:
BREDEVOORT – De feestelijkheden rond het 40-jarig jubileum van de Chr. muziekvereniging Excelsior zijn gisteravond ingezet met een receptie in gebouw Ons Huis. Niet zomaar een receptie waar alleen talrijke handen werden geschud maar één waarop in talrijke toespraken ook duidelijk werd dat de vereniging een zeer grote plaats inneemt in de gemeenschap. De talrijke aangeboden cadeaus waren daar eveneens een bewijs van.
De climax van deze bijeenkomst werd bereikt toen een bedrag van f 3000 werd aangeboden, zijnde het geschenk van de bevolking. Twee leden, die vanaf de oprichting de vereniging hebben gediend, werden begiftigd met het gouden insigne van de Chr. Federatie.
Twee leden onderscheiden
Bijzonder origineel was de wijze waarop het damescomité dat cadeau van de bevolking aanbood. Mevrouw Piek overhandigde voorzitter M.J.I. Bruijel een trompetje waaruit hij maar moest zien de juiste noot te blazen. Het werd een zeer „hoge noot”, die uit de trompet in handen van penningmeester M. Veldboom dwarrelde. Toen de noot gekraakt was, bleek hij het zeer welkome bedrag van f 3000 te bevatten. Aan dit hoogtepunt waren tal van toespraken vooraf gegaan. Hierin kwam duidelijk tot uiting de grote plaats die Excelsior inneemt.
Burgemeester E.S. van Veen, die met de wethouders J.F.G. Nijkamp en H.A.J. Luiten aanwezig was, erkende graag dat de jubilerende vereniging door haar samenbinding en activiteit Bredevoort een graad van leefbaarheid heeft gegeven waarop menige gemeenschap jaloers kon zijn. De heer G. Hondorp uit Eibergen, die zowel de Gelderse bond als de federatie vertegenwoordigde, had de aangename taak om de leden D.J. Piek en A.J. te Selle, die 40 jaar actief lid van Excelsior zijn geweest, het gouden insigne met oorkonde te mogen overhandigen. Namens de Gelderse bond bood hij de vereniging een muzieknummer naar keuze aan.
De heer W. Kobus, die namens de ring het woord voerde, merkte o.m. op, dat, wanneer het echt zo is dat het leven bij veertig begint, er van Excelsior, gezien het hoge peil, dat nu reeds is bereikt, nog veel kan worden verwacht. Om de onmisbaarheid van Excelsior duidelijk te demonstreren, noemde de heer H. Eppink, sprekend namens kerkvoogdij en schoolbestuur, een feest zonder muziek een ei zonder zout: wel te eten maar niet af. Verder voerden het woord de heer A. Daniels als één der oprichters, de heer G.H. Wichers namens Bredevoorts gelang en de heer J. Wensink namens de hervormde jeugdraad.
Onder het toeziend oog van mevr. Piek en de heer Bruijel probeert de heer Veldboom de f 3.000-noot te kraken, welke even tevoren de heer Bruijel aan een trompet had ontlokt.
Voor een interessante beschouwing van het wel en wee over de afgelopen 40 jaar zorgde de secretaris H. Veldboom. Uit zijn aantekeningen bleek, dat de vereniging begon met 16 leden. Een collecte bracht f 600 op waarvan toen 16 tweedehands instrumenten zijn gekocht. Met dit sobere begin stapte Excelsior op de onderste sport van de muzikale ladder en „blies” zich in de loop der jaren omhoog tot in de afdeling Uitmuntendheid. Er gebeurde in deze periode meer. Dirigenten kwamen en gingen (zes in totaal); de zwarte pet werd geruild voor een hagelwitte en gedragen tot 1962.
De Bredevoortse gemeenschap vond het toen de tijd om „haar” korps in een prachtig uniform te steken. In datzelfde jaar werd ook het tamboerkorps opgericht. Enkele jaren daarvoor (1957) kreeg Excelsior een nieuw instrumentarium, nu niet voor f 600 maar voor f 12.000. Met een eenvoudig rekensommetje maakte de heer Veldboom de aanwezigen duidelijk dat, wanneer het korps thans op straat verschijnt, er zo’n slordige f 25.000 rond marcheert.
Tijdens de receptie kreeg Excelsior van de Gelderse bond een muzikale hulde gebracht door Advendo uit Lintelo. Bredevoorts mannenkoor zong na afloop enkele liederen. Het jubileumfeest wordt zaterdag voortgezet met een concert en een feestavond in Ons Huis.
Excelsior Bredevoort (1945)
Excelsior Bredevoort in actie
Afscheidsconcert Excelsior Bredevoort, 7 maart 2015
Laatste concert en ‘doorstart’
Op 7 maart 2015 gaf de Christelijke muziekvereniging Excelsior Bredevoort haar laatste concert. Aansluitend besloot een deel van de leden om een doorstart te maken met een muziekvereniging nieuwe stijl, onder de naam “Drum- en Muziekband Bredevoort” (DeMB). Begin 2023 werd bekend gemaakt dat de muziekverenigingen AOV uit Aalten en DeMB (Drumband En Muziekband Bredevoort) samen verder gaan als één harmonieorkest.
Op zaterdag 1 april 2023 gaven zij een fusieconcert in ’t Grachthuys in Bredevoort en werd de nieuwe naam onthuld: ‘Bredevoort Aalten Muziek Makerij’, oftewel BAMM.
Meer informatie over (de geschiedenis van) Excelsior Bredevoort is welkom!
Bij het dertigjarig bestaan van Advendo Lintelo publiceerde De Aaltensche Courant op 15 juli 1949 de volgende historie van de muziekvereniging:
Het was in 1919 meester W. Hillen, die de stoot gaf tot de oprichting en op 16 Juli van dat jaar aanschouwde de muziekvereniging te Lintelo het levenslicht. Twintig leden gaven zich op. Allereerst werd een passende naam gezocht en zo ontstond A.D.V.E.N.D.O. (Aangenaam Door Vereniging En Nuttig Door Oefening).
Toen kwam het voornaamste, men moest aan instrumenten zien te komen. Een collecte werd gehouden, die het respectabele bedrag van ƒ 664.— opbracht. Nu gingen de Lintelose muzikanten vol moed aan de slag onder leiding van meester Hillen. In de eerste uitvoering bleef men weliswaar steken, doch dit kon het enthousiasme voor de muziek slechts vergroten. In 1923 kreeg „Advendo” haar tweede directeur, de heer Joh. Ormel. In 1928 brak het grote ogenblik aan: „Advendo” gin naar het concours in Dinxperlo.
IJverig werd er gestudeerd en met een tweede prijs in de 4e afdeling kwam men ’s avonds terug. In 1930 werd de heer Kappert directeur. Een jaar later was het de heer D.J. Helmink uit Doetinchem, die de inmiddels weer vacante directeursplaats kwam innemen. Onder zijn leiding klom „Advendo” steeds hoger op de muzikale ladder. Talrijke prijzen werden op de diverse muziekconcoursen behaald, waarvan het hoogtepunt wel was de eerste prijs (afdeling Uitmuntendheid) in het voorjaar van 1939 op een concours te Zelhem behaald.
Toen enkele jaren daarvoor, het was in 1934, de financiën er niet zo gunstig voor stonden, werd besloten een bazar te houden. Vooral de heer R.J. van Lente heeft zich hier bijzonder voor ingespannen. Heel Lintelo hielp mee en het batig saldo, ruim ƒ 1200.— verdreef de sombere wolken. Hoezeer de Lintelose bevolking met „Advendo” meeleefde bleek, toen in 1937 een vaandel werd aangeboden.
Tijdens de oorlog
Toen in het najaar van 1939 de mobilisatie werd afgekondigd, en ook verschillende Lintelose jongens onder de wapenen werden geroepen, was het voor enige tijd met „Advendo” gedaan Ook de achterblijvers borgen hun instrumenten op, die na de terugkeer der soldaten, in 1940 pas weer werden tevoorschijn gehaald. In 1943 was het echter finaal afgelopen, toen de bezetter het Nederlandse verenigingsleven totaal onmogelijk maakte. Tijdens een repetitie werden enkele leden opgepakt. Het was vanzelfsprekend, dat het zilveren feest in alle stilte gevierd moest worden. Toch is het gevierd. Op de deel bij de fam. Veldhorst werd een ogenblik stilgestaan bij dit belangrijke feit.
Crescendo
Na de oorlog werden de repetities weer hervat onder leiding van de heer Helmink. Het corps is de inzinking, tengevolge van de oorlog, weer te boven. In Dinxperlo werden dit jaar twee eerste en een ereprijs behaald in de 1ste afdeling. Bij het volgende concours zal „Advendo” weer uitkomen in de afdeling Uitmuntendheid. Het corps telt op ’t ogenblik 29 leden. Alle concoursen die werden uitgeschreven door de Chr. Bond van Fanfare- en Harmoniecorpsen werden door „Advendo” bezocht. Sedert de oprichting is de heer G.J. Gussinklo „Claus” erelid, de heer R. J. van Lente sinds 1934 ere-voorzitter.
Avondfeest
Woensdagavond werd in het bos van de heer G.J. Gussinklo „Claus” het jubileumfeest gehouden. De heer R. J. van Lente, ere-voorzitter, sprak het openingswoord. Spreker wees in ’t bijzonder op de taak van de muziek bij de verheerlijking van Gods Naam. De heer A.J. Navis, „Zandbulten’, oud-secretaris, vertelde op komische wijze van het wel en wee van „Advendo” in deze dertig jaren. Hierna liet de muziekvereniging horen waartoe ze in staat waren. Correct werden enkele nummers ten beste gegeven.
De hoofdschotel van de avond werd gevormd door het toneelstuk „Een zwerver kwam”, opgevoerd door leden van de Chr. Oranjevereniging Barlo. Het stuk werd voortreffelijk voor het voetlicht gebracht, waarbij vooral het beheerste spel van de hoofdrolvertolker (S. de Kok) opviel. De aanwezigen hebben op deze mooie zomeravond te midden van een prachtige natuur, ten zeerste kunnen genieten. Vermeldenswaard is nog dat de geluidsinstallatie en de verlichting op keurige wijze was verzorgd.
De vereniging Aaltens Belang werd op 14 december 1898 opgericht door een aantal plaatselijke notabelen. Doelstelling van de vereniging was de inzet voor onder andere een betere verbinding met Bocholt, verbetering van openbaar vervoer, urinoirs op de Markt en op de hoeken van het dorp, verbetering van het postwezen en woningverbetering.
Het aantal bestuursleden was dertien, omdat de gemeenteraad van Aalten toen ook dertien leden had. “Waarom zou Aaltens Belang het dan met minder moeten doen?”
Het bestuur nam haar doelstelling ruim op. Ook voor zaken als de exploitatie van een handelsavondschool en een VVV-kantoor, het beheer van het plaatselijke natuurgebied het Loohuisbos en de organisatie van een bedrijvenbeurs of het jaarlijkse bejaardenuitstapje spanden zij zich in.
Opgegaan in VVV
In haar beginjaren stond zij aan de wieg van zowel de eerste vuilnisophaaldienst als van het Museum Frerikshuus. In later jaren hield de vereniging zich met name bezig met de organisatie van activiteiten en verstrekking van informatie op het vlak van toerisme en recreatie. Toen deze taken werden geprofessionaliseerd en ondergebracht in een nieuwe VVV-organisatie, is de vereniging halverwege de jaren 80 van de vorige eeuw daarin opgegaan.
Bestuur ‘Aaltens Belang’ in 1923, t.g.v. het 25-jarig bestaan. Zittend v.l.n.r.: J. Beernink, Jos Driessen, voorzitter, H. ten Dam, vice-voorzitter, G.W. Vaags, secretaris, A.H. Bulten. Staand v.l.n.r.: R. de Boer, H.J. Vreede, W. te Gussinklo, M. Ackerman, G.A. Wieland, G.J. Prinsen, A.J. Vaags, J.H. van Lochem
Bank, Loohuisbos en Nannielaantje
Bij haar 25-jarig bestaan in 1923 schonk de Vereniging Aaltens Belang de plaatselijke gemeenschap een stenen bank. Deze bank vinden we tegenwoordig nog steeds aan het wandelpad langs de Slinge, nabij de brug in de Polstraat, achter basisschool De Slinger.
In 1928 redde Aaltens Belang het Loohuisbos, 21 hectare groot, door het aan te kopen voordat het zou worden ontgonnen. Maar de vereniging kon het geld niet opbrengen en verkocht het bezit door aan de Vereniging tot Behoud van Natuurmonumenten. Daardoor bleef het bewaard als een stukje oud Achterhoek.
Toen de boerenplaats Het Smees in 1934 door de erven Slichter van Bath werd verkocht, ging Aaltens Belang in gesprek met de koper. Men vreesde namelijk dat “het bekende en zoo natuurschoonrijke” Nannielaantje zou verdwijnen. Dankzij de inzet van Aaltens Belang bleef het populaire laantje gelukkig behouden.
Oranjevereniging (OV) Wilhelmina te Barlo is opgericht in 1908. Jaarlijks organiseren ze diverse activiteiten, waarbij ze ook steeds proberen te vernieuwen. Gezelligheid en saamhorigheid staan altijd bovenaan. Hun kracht ligt hem in het feit dat ze als bestuur ervaren dat ze kunnen bouwen op de leden. Hun betrokkenheid bij de activiteiten is groot. Daar zijn ze erg trots op. De vereniging telt ongeveer 600 leden.
De Oranjevereniging organiseert jaarlijks de volgende activiteiten: Ledenvergadering, Koningsdag, Fietstocht, Oud- of nieuwjaarsborrel (samen met de activiteitencommissie), en de Oranjefeesten: 4 dagen activiteiten en feest in één week, in juli, met: een mooie activiteit op de 1e zaterdag van die week; op woensdag en donderdag het toneel en dan de 2e en laatste zaterdag van die week een geweldig dagfeest met als afsluiting een spetterend avondfeest.
Ook als je geen lid bent van de Oranjevereniging, ben je van harte welkom bij de activiteiten in Barlo.
Feestlocatie
De jaarlijkse activiteiten die de OV organiseert worden goed bezocht: Koningsdag: 150 personen. Fietstocht: 75 personen, Oranjefeest: eerste zaterdagavond 250 personen, twee toneelvoorstellingen met 250 personen per avond, dagfeest + feestavond: 500 personen. Het Oranjefeest vindt plaats op Barloseweg 20, waar de OV van de familie Brethouwer al meer dan 35 jaar een schuur huurt, ook bekend als “De Lodo”. Deze schuur is gedurende het jaar in gebruik voor de agrarische activiteiten van de familie Brethouwer en wordt voor de festiviteiten leeggemaakt en beschikbaar gesteld aan de OV. De familie Brethouwer heeft echter aangegeven dat er een nieuwe schuur komt, die niet geschikt meer is voor de festiviteiten van de OV, en dat zij dus op zoek moet naar een nieuw onderkomen. De OV heeft daartoe in 2017 een plan ontwikkeld om een van de gebouwen met omliggend (beoogd) weiland van het voormalige AZC (dat beschreven wordt in het hoofdstuk Geschiedenis) over te nemen, getiteld ‘Behoud gebouw op voormalig AZC Groot Deunk t.b.v. Oranjevereniging Barlo’.
“De OV heeft de sterke overtuiging dat haar activiteiten van maatschappelijke waarde zijn. Het stimuleert de samenhorigheid in buurtschap Barlo, wat tot uiting komt in het grote ledenaantal ten opzichte van het aantal inwoners en het grote aantal mensen dat de activiteiten bezoekt. De betrokkenheid van de Barlose gemeenschap bij de Oranjefeesten is erg groot, het complete feest wordt mogelijk gemaakt door tientallen vrijwilligers. Verder worden er door veel verschillende groepen zoals vriendengroepen, buren, families etc wagens gebouwd voor de optocht, wat zorgt voor een sterke verbondenheid op alle fronten; van jong tot oud. De OV merkt dat dit belangrijk is in de Barlose gemeenschap en dat dit de jeugd ook erg aanspreekt. Aangezien we in tijden van krimp leven, moeten we er alles aan doen om jeugd verbonden te houden met onze mooie regio. Een bloeiende oranjevereniging draagt daar aan bij en moet dus in leven worden gehouden.” Aldus een van de motivaties van de OV in het hiervoor gelinkte rapport, waarom de OV een deugdelijk onderkomen verdient waar zij nog vele jaren mee vooruit kan. Het plan heeft in korte tijd massale steun gekregen uit de buurtschap, zowel qua intentieverklaringen (dat men het plan steunt) als in toegezegde giften en sponsorbijdragen.
De OV besluit de plannen in het rapport met de volgende conclusie: “De OV denkt dat de ontwikkelingen bij het Groot Deunk terrein een unieke kans bieden om dit terrein om te bouwen tot iets waardevols voor de Barlose gemeenschap. De OV is tevens door ontwikkelingen bij De Lodo genoodzaakt uit te kijken naar een nieuwe locatie en dit zou zeer goed op het Groot Deunk terrein kunnen. De OV hoopt met dit plan een duidelijk beeld te hebben geschetst van de ideeën die zij graag uit wil voeren, hoe ze dit wil doen en hoe dit op een financieel gezonde manier kan worden ingevuld. Door samen te werken met de gemeente Aalten, het COA, Buurt Belang Groot Deunk, Barlo’s Belang en de gehele Barlose gemeenschap, hoopt de OV een fantastische nieuwe invulling te kunnen geven aan Groot Deunk.” En dat is gelukt: in oktober 2021 is de nieuwe feestlocatie van de Oranjevereniging feestelijk in gebruik genomen.
Korfbalvereniging Aladna werd opgericht in 1974. De naam Aladna verwijst naar de oude naam van Aalten.
Er wordt al vanaf 1935 gekorfbald in Aalten, door de verenigingen SIOS en ANDO. Nadat de ANDO in 1969 werd opgeheven bleven er mensen die een korfbalvereniging in Aalten wilden. Daarom greep men de landelijke actie van de KNKV (Koninklijk Nederlands KorfbalVerbond) op 18 mei 1974 met beide handen aan om een open dag te organiseren en een vereniging op te richten. Bij de oprichting waren er 27 leden, maar dit aantal groeide snel.
De trainingen en wedstrijden zijn op een aantal verschillende velden gespeeld, waaronder het sportveld van Chr. College Schaersvoorde, het bijveld van voetbalvereniging AD’69 en velden in Barlo, Varsseveld, Winterswijk en Lochem. In 1985 kwam daar verandering in, toen Aladna een eigen veld plus kantine/kleedkamers kreeg.
In 1999 werd er groots gevierd dat Aladna 25 jaar bestond, met onder andere een groot feest en een jubileumwedstrijd. Vanaf 2006 maakt Aladna gebruik van de sporthal aan het Stationsplein om in het zaalseizoen te trainen en wedstrijden te spelen. Sinds september 2018 maakt Aladna gebruik van Sportpark Zuid.
De eerste vermelding van een scoutingvereniging in Aalten – destijds aangeduid als padvinders – dateert uit 1915 12. De groep stond onder leiding van hopman C. Hagen en was aangesloten bij de Nederlandsche Padvindersorganisatie (NPO). Toen de NPO in 1916 fuseerde met de Nederlandsche Padvindersbond tot de Nederlandse Padvinders, bleef Hagen actief binnen de Aaltense groep 3. In augustus 1916 bleek de afdeling Aalten ontbonden en had hopman Hagen eervol ontslag gevraagd 4.
Later werd opnieuw een scoutinggroep opgericht. In 1937 huurden de padvinders een oud en onbewoonbaar verklaard pand aan de Hogestraat, dat in de volksmond bekendstond als de ‘Ark van Noach’ of ‘Olde Kaste’ 6. Dit gebouw werd ingericht als clubhuis voor de nieuwe ‘Welpenclub’ 7. De groep had ook al een onderkomen op Lansbulten.
In juni 1940 keerden 500 Nederlandse krijgsgevangenen terug uit Duitsland. Ter voorbereiding werd in Aalten een inzamelingsactie gehouden voor dekens en eetgerei. De plaatselijke padvinders hielpen mee bij het inzamelen 8.
Op 31 maart 1945 werd in Aalten een rooms-katholieke scoutinggroep opgericht. Het groepshuis kreeg de naam ‘Den Esch’.
In 1946 werd de voormalige blekerij aan de Slingebeek te Dale verbouwd tot clubhuis voor de Nederlandsche Padvindersvereeniging, afdeling Aalten, Groep I, “de Burchtlanciers”. Het gebouw omvatte onder meer een hal, twee welpenzalen, een verkennerszaal, een recreatiezaal, een Voortrekkersstamhut en een materialenbergplaats. Voor de bouw en inrichting werd f 125 aan giften ontvangen. Het clubhuis kreeg de naam ‘De Burcht’ 9.
In 1959 betrokken de Burchtlanciers een nieuw clubhuis in het Veldhuisbosje aan de Haartsestraat. In de jaren daarvoor wisselde de padvinderij in Aalten meerdere malen van onderkomen. Vaak betrof het tijdelijke locaties in slechte staat, waardoor de groep regelmatig zonder vaste verblijfplaats zat. Dankzij de inzet van velen kon uiteindelijk een eigen clubhuis worden gerealiseerd. De officiële opening werd verricht door burgemeester E.S. van Veen10.
In de decennia die volgden groeide Scouting Aalten uit tot een bloeiende vereniging. De groep beschikt tegenwoordig over een eigen blokhut aan de Bokkelderweg 11, genaamd ‘Den Esch’.
Het Padvindersblad, 29 oktober 1915Aaltensche Courant, 29 oktober 1937Graafschapbode, 12 november 1937 – Tekening: Piet te Lintum
Aaltensche Courant, 19 april 1938Aaltensche Courant, 19 april 1938Graafschapbode, 20 april 1938
Aalten, juni 1940 – Padvinders helpen bij inzameling voor krijgsgevangenen (Foto Garretsen, bron: Collectie Gelderland)Aaltensche Courant, 12 februari 1946
Dagblad Tubantia, 7 augustus 1959Dagblad Tubantia, 12 september 1959
Fouten voorbehouden. Heeft u correcties en/of aanvullende informatie? Reageer dan onderaan deze pagina.
De vereniging bestaat sinds 11 Oktober 1980 en zet zich iedere winter weer in voor de schaatsliefhebbers uit Aalten en omgeving. Sinds 2018 beschikt de vereniging (bij voldoende vorst) over een prachtige moderne natuurijsbaan op Sportpark Zuid.
Ruim een eeuw geleden was er al een ijsvereniging in Aalten-Bredevoort, genaamd “Vooruit”. Men schaatste op de Bredevoortse grachten.
De Klepperklumpkes van ’t Walfort was een folkloristische dansgroep uit Aalten. De groep werd opgericht op 10 mei 1954 met het doel om de Gelderse streekfolklore te bewaren voor het nageslacht. De leden van de groep waren gekleed in originele Gelderse (Achterhoekse) klederdracht, zoals deze omstreeks 1900 werd gedragen.
Het dansrepertoire bestond uit ongeveer 35 oude, meest Achterhoekse en Twentse dansen, die ook dateren uit die tijd. De meest bekende dansen zijn de Driekesman, Pot met bonen en de Hôksebarger, gedanst uiteraard op blank geschuurde klompen.
Graag geziene gast
De Klepperklumpkes was een actieve vereniging. Gedurende de afgelopen decennia traden zij op in diverse instellingen, op braderies en in vele landen. Zo was men een graag geziene gast op festivals in onder meer België, Denemarken, Duitsland, Engeland, Frankrijk, Oostenrijk, Slowakije, Spanje, Zweden en Zwitserland. Zelfs in China hebben ze opgetreden.
In de hoogtijdagen organiseerden de Klepperklumkes om de vier jaar een groot internationaal festival in Aalten, met vele buitenlandse gasten. Deze werden ondergebracht bij gastgezinnen en dat was voor velen van hen een bijzondere kennismaking met de buitenlandse dansers en hun folklore.
De dansgroep oefende de laatste jaren in de zaal van café Setz.
Na bijna 70 jaar zijn De Klepperklumpkes er in 2022 mee gestopt. De laatste jaren nam het aantal activiteiten steeds verder af. Veel leden waren op leeftijd, de conditie werd minder en nieuwe ledenaanwas ontbrak.
Gymnastiekvereniging S.S.S. Irene – Sport Staalt Spieren – is opgericht 7 mei 1956, tijdens een buitengewone vergadering van Lintelo’s Belang. Alle ongeveer 30 aanwezigen meldden zich spontaan aan als lid. Er werd een bestuur gekozen en S.S.S. Irene was een feit. De contributie werd vastgesteld op 20 cent per les voor kinderen en 30 cent voor volwassenen.
Over de aanschaf van toestellen werd lang gediscussieerd. Ook werd gekeken naar de mogelijkheid om tweedehands materiaal aan te schaffen. Verder werd besloten een rondgang te houden tussen ‘hooien en St. Joapik’, met andere woorden: in de eerste helft van juli. Daar werd gevraagd of men donateur wilde worden en er kon een vrije bijdrage gegeven worden voor de eerste aankoop van toestellen. Hierbij werd een bedrag opgehaald van 1690,00 gulden en de toegezegde jaarlijkse donaties bedroegen fl. 249,50.
De wens was een nieuwe brug en ringen met het oog op eventuele risico’s van gebreken bij de bestaande toestellen. De overige toestellen als springkast, evenwichtsbalk en rekstok wilde men bij vaklui in de streek laten maken. Daarvoor zijn de firma’s Rutgers, Van Lochem en Klein Wolterink benaderd.
De eerste gymlessen voor de kinderen van de lagere school startten op donderdag 3 januari 1957. Er deden ongeveer 70 leden bij de eerste lessen mee. Later in januari startte een kleutergroep met 30 leden. Op 1 maart begonnen de volwassen groepen. Een jaar later had S.S.S. al 180 leden.
Door de jaren heen zijn er vele takken van sport bij gekomen. In de jaren tachtig werd het Meer Bewegen Voor Ouderen opgezet. Mede door de komst van een nieuwe sportzaal in 2008 is het aantal sportmogelijkheden vergroot en kan iedereen binnen S.S.S. Irene een sport beoefenen waar men veel plezier aan beleeft.
In 1919 kwamen een aantal Aaltenaren met dezelfde wens bijeen: ‘het oprichten van een strijkorkest’. Deze Aaltenaren waren de oprichters van de Aaltensche Orkest Vereeniging (AOV) in september 1919. Dit ging niet zonder slag of stoot. Er moesten meerdere besprekingen plaatsvinden, maar uiteindelijk startte de AOV met 12 leden, onder leiding van de heer P.J.J. Collard, die tevens de rol als voorzitter op zich nam.
Harmonieorkest
Een strijkorkest met maar 12 leden is natuurlijk niet groot genoeg. Toch heeft de AOV dit een aantal jaren zo volgehouden, tot de AOV in 1935 een verzoek kreeg van een andere vereniging, ‘Sempre Con Zelo’ genaamd. Sempre Con Zelo was een harmonieorkest dat in 1901 was opgericht, maar in 1935 werd ontbonden. Zij verzochten daarom de AOV om een harmonieafdeling op te richten.
Een lastige keuze voor het toenmalige bestuur van de AOV. Het bestuur kon het er niet over eens worden en lastte een ledenvergadering in. De uitkomst daarvan was, dat de AOV het voor een jaar wilde proberen. Dit bleek prima te verlopen en de harmonie en het strijkorkest (de symfonie) werden definitief samengevoegd. In de loop van de jaren bleek echter dat de belangstelling voor het symfonische gedeelte steeds minder werd. Daarom is de symfonie in 1953 opgeheven en werd de AOV een harmonieorkest.
In 1964 werd er een nieuw onderdeel aan de AOV toegevoegd, namelijk het tamboerkorps dat later de slagwerkgroep werd. Tevens is er enige tijd een majorettegroep actief geweest voor de AOV, maar deze is wegens te weinig belangstelling weer opgeheven. Ook had de AOV enkele jaren een dweilorkest, maar deze moest helaas stoppen.
Fusie
Begin 2023 werd bekend gemaakt dat de muziekverenigingen AOV uit Aalten en DeMB (Drumband en Muziekband Bredevoort) samen verder gaan als één harmonieorkest. DeMB komt voort uit muziekvereniging Excelsior Bredevoort die uit 1925 dateert.
Op zaterdag 1 april 2023 gaven zij een fusieconcert in ’t Grachthuys in Bredevoort en werd de nieuwe naam onthuld: ‘Bredevoort Aalten Muziek Makerij’, oftewel BAMM.
In de jaren vijftig van de vorige eeuw vond het volleybalvirus bij de HBS een vruchtbare voedingsbodem. Docent lichamelijke opvoeding Jan van Zijtveld ging een herenteam trainen dat kon deelnemen aan de competitie, en enige tijd later ook een damesteam. Hij bedacht de naam BOVO, oftewel BOom VOlleybal, afgeleid van de lindeboom in het Aaltense gemeentewapen. Volleybalvereniging BOVO werd opgericht in september 1959.
De eerste trainingen vonden plaats in het Feestgebouw aan de Polstraat. Daar sneuvelden echter te veel lampen. Volgende locaties zijn het gymlokaal van de toenmalige HBS aan de Julianastraat (?) en Gebouw Irene aan de Hogestraat. Begin jaren zestig verhuisde het volleybal naar de HBS-locatie aan de Slingelaan.
Dames, heren, jeugd en recreanten
Door onenigheid tussen trainer en speler(s) over de opstelling verdwenen de heren echter voor twee jaar van het toneel. BOVO bestond in die periode uit twee damesteams, onder leiding van een zeer gedreven Marjan van der Drift. Door haar tussenkomst werd Leo Groeneveld, bevoegd volleybaltrainer, benaderd en met hem gingen de heren weer aan de slag. Er kwam ook een initiatief om het volleybal te promoten bij de jeugd en er werd een recreatieve lijn opgericht.
Henk Bruens
Van de voortrekkers ontpopte Henk Bruens zich tot een zeer ondernemende trainer en speler bij Heren 1. Hij wist velen, onder wie de familie Leeuwenstein, te mobiliseren voor het volleybalspel en legde een fundament voor de saamhorigheid binnen de vereniging. Als speler, trainer en bestuursvoorzitter in één persoon wist hij het volleybal op een hoger niveau te brengen. Door een noodlottig ongeval op oudejaarsavond 1980 kon hij zijn werk echter niet afmaken. Zijn naam leeft voort in het Henk Bruens- of Oliebollentoernooi.
Eredivisie
In 1977 was de vereniging verhuisd naar de nieuwe Aladnahal met de o zo beruchte Aladnabar. Vooral met uitbaters Martin en Monique Hüning werden er mooie tijden beleefd. Ook sportief ging het bij BOVO crescendo, met het herenteam en later met het damesteam in de derde divisie. Een team met voornamelijk Aaltense jongens mocht met steun van sponsors en een enorme aanhang toetreden tot de eerste divisie, waarna de eredivisie volgt. Dat is een hele stap en voor het bestuur een geweldige (financiële) uitdaging. Helaas strande het avontuur, omdat het uiteindelijk voor Aalten financieel geen haalbare kaart bleek.
55 jaar
De vereniging kwam zelfs aan de rand van de afgrond te staan, maar gelukkig waren er ingenieuze ideeën voor fondsenwerving. Daaruit is onder meer het roemruchte Sjoksfestival voortgekomen. Met vrijwillige bijdragen van talloze BOVO-leden en niet-leden, waaronder de Aaltense horeca, wordt de kar nog altijd getrokken door het bestuur van de Stichting Sjoks Evenementen.
Na de eredivisieperiode kwam de vereniging onder een nieuw bestuur in rustiger vaarwater. Maar tot op de dag van vandaag zitten de tribunes nog altijd vol. Na 55 jaar is volleybal in Aalten dankzij BOVO nog steeds een aantrekkelijke en springlevende sport.
AVA’70 staat voor Atletiekvereniging Aalten en is opgericht in 1970. De club beschikt over een eigen atletiekaccommodatie aan de Bredevoortsestraatweg.
Oprichting
Eind jaren zestig van de vorige eeuw was Aalten, sportief gezien, in de ban van het alom vermaarde stedenspel Zeskamp. Om de verschillende spelonderdelen tot een goed einde te brengen, moest er vooraf maanden lang hard worden getraind. De mensen die toen voor de hoogste eer streden, moesten dus wel atletische kwaliteiten hebben. Toen voor Aalten de jaren van de Zeskamp voorbij waren, vonden enkele deelnemers het eigenlijk jammer dat al dat trainingswerk zomaar verloren zou gaan. Zo kwam dus min of meer het idee op om hier verder iets nuttigs mee te gaan doen.
En zie, in 1970 werd aldus Atletiekvereniging Aalten, of liever AVA’70 geboren. Belangrijke drijfveren achter de oprichting van AVA’70 waren Dick Schoppers en Gerrit Heusinkveld samen met andere leden van het eerste uur Jan Raben, Henny Jansen, Gerrit Heinen. Maar vanaf het prille begin lopen ook de namen van de familie Tebroke en de familie te Brake als een rode draad door AVA’70.
Een accommodatie en voorzieningen waren er niet of nauwelijks. Het Loohuisbos, met als middelpunt ‘het vennetje’, werd de eerste trainingsaccommodatie. Fiets tegen een boom gezet en dan het bos in. Inlooproute was meestal de ‘paardenronde’. Was men te laat dan liep je de tegenovergestelde richting, dan kwam je vanzelf de rest van lopers een keer tegen. Om het vennetje werden de sprintafstanden gelopen en het wat langere werk werd op de ‘kilometerronde’ gedaan. Ondanks behelpen, waren het hier toch fantastische jaren, soms wordt er met weemoed aan teruggedacht. Met name omdat hier de ‘roots’ liggen van de meest succesvolle AVA’70 loper uit de clubhistorie, Gerard Tebroke. Verschillende toppers uit de nationale en internationale atletiekwereld hebben, samen met hem, hun sporen achtergelaten in het Loohuisbos.
Accommodatie
Eind jaren zeventig bleek dat het Loohuisbos, ook aan de eisen van die tijd, niet meer voldeed. De vereniging begon behoorlijk te groeien en er diende zich ook steeds meer jeugd aan. Met name bij de jeugd, kon je niet in een bos blijven rondhangen Bij deze categorie is het juist belangrijk dat men spelenderwijs met de verschillende onderdelen van de atletiek vertrouwd raakt. Dus werd het noodzakelijk dat men over een echt atletiekveld beschikte. Na diverse eerdere pogingen, werd er bij de gemeente Aalten opnieuw op gewezen dat de situatie onhoudbaar werd en dat er een eigen goede voorziening moest komen.
Het duurde nog tot 1985 tot de Hamelandbaan in gebruik genomen werd. Het was geen volwaardige atletiekbaan, maar een trainingsveld met een 300 meter grasbaan, 100 meter sprintlanen, verspringbakken. Op het middenterrein waren voorzieningen voor hoogspringen, speerwerpen, kogelstoten en diverse balspellen. Was AVA’70 tot dan toe een vereniging met eigenlijk alleen maar (hard)lopers, nu konden ook de technische nummers hun intrede gaan doen. Vanaf dat moment maakte AVA’70 een flinke ontwikkeling door.
Voordat er in 1998 een gedeeltelijk verharde baan kwam, was AVA’70 nog met de gemeente Aalten in de slag voor een volwaardige atletiekaccommodatie, met daarin een 400 meter wedstrijdbaan. Door verschil van inzicht met de gemeente omtrent de locatie van een nieuw terrein, is dit helaas niet doorgegaan.
Het ledental bleef ondertussen toenemen. In het voorjaar van 2012 vierde de club een mijlpaal met de inschrijving van het 400e lid. In november 2013 kon de vlag wederom in top, toen het 500e lid zich aandiende.
Na lang en moeizaam overleg voeren, realiseerde de gemeente in Aalten op het bestaande complex aan de Bredevoortsestraatweg een fonkelnieuwe 300-meterbaan. AVA’70 zette zelf de schouders onder de nieuwbouw van een prachtig, multifunctioneel clubhuis. Het complex is sinds de winter van 2013 in gebruik en daarmee ging een grote wens van AVA’70 in vervulling. Met het nieuwe complex is AVA’70 is helemaal klaar voor de toekomst en kan de vereniging haar leden prima faciliteiten bieden om lekker te kunnen sporten.