Aaltensche Courant, 18 februari 1899
Allerlei ware en onware geruchten omtrent het oprichten van een electrische fabriek in de gemeente Aalten doen de rondte; reden waarom het goed kan zijn het volgende onder de aandacht van het publiek te brengen. De Maatschappij „De Laval” te Amsterdam heeft inderdaad het plan, om eene installatie voor licht- en kracht-overbrenging in de gemeente Aalten op te richten. In de vorige week zond zij reeds hare ingenieurs tot voorloopige besprekingen en onderzoekingen, tot welk doel die heeren ook een langdurig onderhoud hadden met onzen edelachtbaren heer Burgemeester.
Of nu die installatie voor de gemeente Aalten van belang is? Dat electrische verlichting niet alleen mooi en gemakkelijk is, maar ook het brandgevaar grootelijks vermindert, is genoeg bekend.
„Ja, maar de kosten! De electrische verlichting zal de gemeente geld kosten!”
De heer Rittershaussen, ingenieur der „De Laval”-Maatschappij, verklaarde aan ondergeteekende, dat zijne Maatschappij de gemeente electrisch verlichten zal voor denzelfden prijs die nu de petroleum-verlichting kost. Dus betere verlichting zonder meerdere kosten.
„Maar, voor particulieren zal dat nieuwe licht te duur zijn!”
De ingenieur verzekerde, dat men voor ƒ 12.– per jaar, dat is dus voor even drie centen per dag naar hartelust een lamp kan laten branden van voldoende lichtsterkte; desgewenscht brengt de Maatschappij ook een lamp aan in het slaapvertrek, die in afwisseling met de lamp in het woonvertrek, zonder prijsverhooging kan gebruikt worden. Bij dergelijke inrichting blijven de kosten van een Meter bespaard.
„Maar die zaak zal hier niet kunnen bestaan!”
De heer Rittershaussen antwoordt, zoo zij geen tegenwerking ondervindt zal zijne Maatschappij binnen een half jaar de installatie gereed hebben, en is er zeker van, dat zij binnen twee jaar te Aalten en Breedevoort genoegzaam lampen zal geplaatst hebben, om met goed gevolg hare zaak te kunnen drijven. Te voren aanvragen wie aansluiting wenscht, acht hij geheel overbodig. Doch, van nog meer belang voor onze gemeente is het, dat de Maatschappij „De Laval” bij de electrische verlichting ook gelegenheid geeft aan ieder, die zulks wenscht, kracht te huren om machines in beweging te brengen.
Op die wijze zal de klein-industrie, die door de concurrentie met de stoomfabrieken in onze gemeente evenals elders langzaam te gronde gaat, op nieuw krachtig kunnen opbloeien. Hout-, pijp- en knoopendraaiers, molenaars en meelfabrikanten, tabakskervers, houtzagers, boekdrukkers, schoenmakers, waschinrichtingen, in een woord allen, die drijfkracht voor hun bedrijf noodig hebben, kunnen door de electrische installatie in staat gesteld worden, om zonder groote bezwaren de concurrentie het hoofd te bieden.
Bovengenoemde ingenieur verklaarde dat zijne Maatschappij ook genegen is de zoo lang gewenschte tramverbinding Lievelde–Bocholt tot stand te brengen door den aanleg en exploitatie van een electrische tram. Dat het de Maatschappij bij hare aanvrage om concessie’s niet te doen is om geld te slaan uit zulke concessie’s, maar om werkelijk de plannen uit te voeren, blijkt wel hieruit, dat zij reeds ruim 1500 Laval-Turbines met circa 33,000 eff. paardekracht in werking heeft.
Uit een en ander is duidelijk van welk belang eene electrische installatie voor licht- en kracht-overbrenging voor onze gemeente is.
Onder beleefde dankbetuiging voor de plaatsing heb ik de eer te zijn van U, Mijnheer de Redacteur,
de dw. dienaar
B.S. MULDER, Pastoor.
Breedevoort, 15 Febr. 1899.
Aaltensche Courant, 9 september 1899
Ingezonden – Eene bijdrage en toelichting omtrent de electrische verlichting van Aalten en Breedevoort.
Buiten verantwoordelijkheid der redactie.
Het is nu reeds eenige maanden geleden, dat door de Maatschappij „de Laval” te Amsterdam het plan gemaakt werd om onze gemeente te voorzien van electrisch licht en electrische krachtoverbrenging om de inwoners in de gelegenheid te stellen hunne huizen mooi, goedkoop en gemakkelijk te verlichten, maar bovenal ook om hunne industrie te vergrooten of te vergemakkelijken door middel van electriciteit. Hierdoor toch worden veel arbeidskrachten gespaard en kan men veel goedkooper werken dan wel door middel van stoommachines of motoren, welke betrekkelijk duur zijn en veel arbeid medebrengen.
Onze geachte Gemeenteraad heeft eenige zittingen gewijd aan het wel- of niet-verleenen van verlof tot oprichting van deze voor onze gemeente zoo nuttige instelling. Evenwel is er tot nu toe nog niets beslist en m.i. staan de zaken slechter dan voor een paar maanden, want uitstel wordt zoo gemakkelijk afstel, en zoo zouden we ons zelven schade berokkenen. De hoofdzaak van dezen stilstand is echter dat eenige Raadsleden in de dwaling verkeeren dat electrisch licht gevaarlijk zoude zijn, zelfs het Raadslid de heer Th. Driessen is van dit gevoelen, ofschoon zijne fabriek door electriciteit verlicht wordt.
Het tegendeel is evenwel waar, het volgende diene ten bewijze:
1°. Electrisch licht kan aangebracht worden door middel van kabels, welke geisoleerd zijn, d.i. door kabels, welke zoodanig omwonden of bedekt zijn, dat ze niet het minste gevaar opleveren bij contacten met menschen of dieren. Derhalve bestaat van deze zijde geen gevaar om kabels aan te leggen van Breedevoort naar Aalten en vice versa of om in Aalten en Breedevoort geleidingen langs de huizen te maken.
2°. Bij het verbinden van de te verlichten gebouwen met den hoofdkabel neemt men de grootste voorzorg in acht doordat men op de plaats waar de stroom het huis binnen komt een stukje looden draad of wel ander week metaal aanbrengt, waardoor de stroom het huis binnen gaat. Wordt nu de stroom te sterk, dan smelt het tusschengevoegde weeke metaal en alle gevaar (hetwelk trouwens niet groot en gevaarlijk is) is geweken. Door middel van een ander stukje week metaal kan men gemakkelijk den in tusschentijd getemperden stroom in contact brengen met de lampen.
3°. Electrisch licht is feitelijk alléén een stroom welke door zeer dun draad gaat, welk draad zich bevindt in eene luchtledige glazen bol of peer. Mocht dus deze bol of peer breken, dan komt dat dunne draadje direct in verbinding met de lucht, het verkoolt in een minimum van tijd, waardoor de stroom afgebroken wordt en geen gevaar meer voorhanden is.
Ik meen hierdoor genoegzaam bewezen te hebben dat electrisch licht niet het minste gevaar oplevert, doch wel een zeer groot voordeel medebrengt; want de wel eens zeer hooge prijzen der petroleum blijven zonder invloed op onze gemeente en daarenboven kan men voor den zeer lagen prijs van ƒ 12 het geheele jaar mooi licht hebben, en zeer gemakkelijk gaat alles te werk, nl. door eenvoudig een hefboom om te halen, en alles is klaar.
Het grootste voordeel bestaat echter hierin, dat men door middel van electrische kracht allerhande machineriën kan drijven, om niet te gewagen van een tram. Het kan dienen tot het in beweging brengen van weefgetouwen, draaimachines, molens, etc. etc., zooals in Duitschland reeds veel geschiedt. Alléén door middel van electriciteit kan men goedkoop en mooi vernikkelen en vergulden en verschillende apparaten als groote microscopen etc. verlichten door middel van koolstaven.
Bewijzen genoeg dat electrisch licht en krachtoverbrenging voor onze gemeente niet alleen voordeelig, doch zeer gewenscht is. Overal in Duitschland heeft men electrische trams, welke zelfs langs kabels loopen, welke niet geisoleerd zijn, als bijv. in Duisburg, Oberhausen en omgeving en van Krefeld naar Dusseldorf etc., verder heeft men daar ook overal electrisch licht en electrische werkkrachten.
Ik hoop en verwacht dat de heer Driessen, alsmede de geheele Raad, tot andere gevoelens is gekomen en na de eerstvolgende raadsvergadering een toestemmend antwoord aan de Maatschappij „de Laval” gezonden worde, opdat uitstel hier geen weigering worde. Mocht evenwel de Raad niet overtuigd zijn of deze bewijzen niet gelooven, dan hoop ik dat ze een kijkje gaan nemen in de opgegeven Duitsche plaatsen.
Breedevoort, 4 Sept. 1899.
a QUERCU.
Arnhemsche Courant, 19 februari 1900
Aalten, 17 Febr. – Aan de firma Hofstede Crull, te Borne, is door den Raad van Aalten concessie verleend voor het aanbrengen van electrische verlichting al daar.
Bronnen
- Aaltensche Courant, 18 februari 1899 (via delpher.nl)
- Aaltensche Courant, 9 september 1899 (via delpher.nl)
- Arnhemsche Courant, 19 februari 1900 (via delpher.nl)
- De Nieuwe Aaltensche Courant, 29 juni 1923 (via delpher.nl)
Plaats een reactie