Dagblad Tubantia, 18 januari 1966
Het is voorwaar geen wonder dat de begeleidingsnota bij de begroting van 1966 voor de gemeente Aalten begint met de woorden: Tot ons genoegen kunnen wij u meedelen… Want niet alleen is die begroting voor de gewone dienst sluitend op een bedrag van bijna negen miljoen gulden (f 26.600 voor onvoorziene uitgaven inbegrepen) er is tevens in beperkte mate ruimte voor de uitvoering van kapitaalwerken. En dat is een geluid, dat niet alle gemeenten kunnen laten horen.
Voor die kapitaalswerken denkt men er, afgezien van zuiveringsinstallatie en riolering, in de eerste plaats aan de restauratie van de straten in de oude kern opnieuw ter hand te nemen, waarbij met name aan de Prinsenstraat voorrang zal worden verleend.
Dat wil niet zeggen dat alles botertje tot de boom is. Door een tekort aan bouwrijpe gronden dreigt er stagnatie in de woningbouw te ontstaan, terwijl te verwachten valt dat de komende uitbreiding van de zuiveringsinstallatie een zware wissel zal trekken op de bevolking, die dan waarschijnlijk de te betalen rioolrechten ongeveer verdubbeld zal zien.
Expansief en pluriform
Dat de begroting sluitend is, is onder meer te danken aan een ingaande 1966 meer aangepaste uitkering uit het gemeentefonds ten aanzien van het onderdeel sociale zorg, waardoor de algemene uitkering uit dit fonds naast de algemene verhoging door optrekking van het uitkeringspercentage rond f 160.000 hoger geraamd kon worden.
Voor rente en afschrijving op nieuwe kapitaalsuitgaven is voor 1966 een bedrag van f 60.000 beschikbaar. Dit bedrag is te gering om een vlotte afwerking van vele noodzakelijke werken mogelijk te maken, terwijl bovendien nog het door de regering ingestelde „leningsplafond” belemmerend werkt. Hiertoe werd een meerjarenplan opgesteld, waarin de straten en wegen, die de eerstvolgende jaren om verbetering vragen werden opgenomen.
Ten aanzien van het nijpend tekort aan bouwterrein zeggen b. en w. dat op verschillende plaatsen de voorbereidingen tot bouwrijp maken reeds werden getroffen, maar dat de uitvoering nog op zich moet laten wachten omdat over enkele percelen daarin met de eigenaren nog geen overeenstemming bereikt was. De verkrijging van gronden langs minnelijke weg vormt, aldus de nota, in kennelijk steeds meer gemeenten een probleem, dat een ernstig struikelblok vormt bij het pogen een „expansief en pluriform bouwbeleid” volledig te realiseren.
Elk jaar één
De nota spreekt verder van de sporadische afgifte van urgentieverklaringen voor de bouw van nieuwe scholen. B. en w. zouden zich al gelukkig prijzen als in een reeks van jaren elk jaar één nieuwe school gebouwd zou kunnen worden. Wel spreken zij hun voldoening er over uit, dat door het gereedkomen van de gymnastiekzaal bij de ulo-school en door de reeds intensief benutte zaal van de lagere landbouwschool binnenkort, wanneer ook de gemeentelijke gymnastiekzaal aan de Dalweg voltooid zal zijn, geen gebruik meer behoeft te worden gemaakt van andere voor dit doel niet geschikte lokaliteiten.
Met voldoening wordt verder gewag gemaakt van het bestuurlijk contact, dat tussen Winterswijk, Lichtenvoorde, Groenlo, Eibergen, Neede en Aalten tot stand is gebracht. Hoewel er alleen maar sprake is van contact en er geen orgaan in het leven werd geroepen is deze samenwerking ook binnen het raam der bredere organen van waarde.
In onderdelen
Om in stijl te blijven zouden wij na deze meer „algemene beschouwingen” over de begroting over willen gaan tot de behandeling in onderdelen zonder zoals dat dan heet uiteraard volledig te zijn.
Slachthuis: Verwacht wordt, dat dit na de ingrijpende verbouwing door het intensieve gebruik voor exportslachtingen zichzelf zal kunnen bedruipen.
Drinkwatervoorziening: Omstreeks april 1966 zullen plm. 125 percelen van het plan Heurne-IJzerlo op het waterleidingnet zijn aangesloten. Op het werkprogramma van de waterleidingmaatschappij zijn voor Aalten in 1966 150 percelen geraamd.
Volkshuisvesting: Ondanks ’t feit, dat er de laatste jaren gemiddeld 100 woningen per jaar gereed kwamen wordt niet ingelopen op het woningtekort. De bouw van zgn. Bogaerswoningen buiten ’t contingent om wordt eveneens belemmerd door het tekort aan bouwrijpe gronden.
Ringweg: Bestek voor de verbetering is gereed. Mogelijk kunnen de voorbereidende werkzaamheden, zoals het rooien van de bomen nog dit jaar plaats vinden. De weg zal over de volle breedte met inbegrip van het bestaande rijwielpad worden voorzien van een laag asfalt.
Uitbreidingsplan Kemena: Wacht op noodzakelijke grondaankopen. Hiervoor moet echter eerst de goedkeuring van het partiële uitbreidingsplan worden afgewacht.
Verharding zandwegen: In 1935 werd 68,90 kilometer verhard, waardoor het totaal aan verharde zandwegen werd gebracht van 49.430 km op 56,32 km. In voorbereiding is de verharding van de Boshoeveweg en van gedeelten van de Kriegerdijk en Bodendijk.
Onderwijs
O.L. school Aalten: Mogelijkheden om bestaande oude scholen te vervangen door nieuwe zijn zo gering, dat van vervanging van de school voorlopig geen sprake kan zijn.
R.K. school Aalten: Het oorspronkelijke plan tot de bouw van een 8-klassige school is gewijzigd in de bouw van twee 6-klassige scholen. Definitieve aanvragen werden nog niet ingezonden.
Groen van Prinsterschool: Urgentieverklaring. voor bouw van drie lokalen is verkregen. Mogelijkheid om door industriële bouwmethodes te komen tot een zesklassige school wordt onderzocht.
Vergoeding per leerling: Deze wordt voor 1966 belangrijk verhoogd, namelijk voor het bijz. g.l.o. f 70,- (f 64) per 1.1., voor het bijz. ulo f 125,- (f 102) en voor het bijz. buitengewoon l.o. f 135 (f 125)- per 1.1. De tussen haakjes vermelde bedragen zijn die voor 1965.
Recreatie VVV
Ideaal is een nieuw kantoor VVV in oude pand aan de Markt, waar nu reeds de Oudheidkamer gevestigd is. De verzameling zou dan nog beter tot zijn recht komen; misschien binnen afzienbare tijd te verwezenlijken door vertrek huidige bewoner.
De stichting van een motel bij het kruispunt van de Bredevoortseweg met de nieuwe Hamalandroute zou op prijs worden gesteld. Hierdoor zou tussen Aalten en Bredevoort een aantrekkelijk recreatiecentrum ontstaan met in de onmiddellijke nabijheid het zwembad, het gemeentelijk landgoed „’t Walfort”, het zomerhuisjesgebied en de gemeentelijke camping.
Industrie: Heeft zich in 1965 niet in die mate ontwikkeld als in de voorgaande jaren. Aantal mannelijke werknemers is nauwelijks toegenomen, hetgeen mogelijk mede een gevolg is van de pendel naar Duitsland, die momenteel vanuit de gemeente 70 mannen en 40 vrouwen bedraagt.
Plaats een reactie