Categorie: Oorlog & Verzet

  • Een brief uit verre landen

    Een brief uit verre landen

    De Graafschapper, 15 mei 1945

    Een dezer dagen bracht voor de fam. Houwers, „Neerhof” te Dale een eigenaardige verrassing. Zij kregen n.l. een brief van een Franschman, die daar ongeveer drie weken zijn toevlucht zocht en vond, maar toen helaas door wreede S.S.-mannen werd weggesleept, evenals de Apeldoornsche onderduiker Henk, die ook het slachtoffer werd. Een derde voortvluchtige zag kans nog te ontsnappen.

    Ongeveer midden Juli van het vorige jaar arriveerde onze Remy bij Houwers. „Goed volk”, was zijn eerste vraag. Onmiddellijk merkte men aan de eigenaardige uitspraak, dat het een buitenlander was. Veel tijd voor praten was er niet, en daarom werd hij vlug naar den zolder getransporteerd, waar hij den tijd verkortte met aardappels schillen en boontjes doppen. De grootste moeite leverde het verschil in spraak op, zoodat hij zich alleen maar aan de dochter, een onderwijzeres, verstaanbaar kon maken. Maar dan kwamen er soms ook spannende verhalen los.

    Hij was, zoo vertelde hij, een Fransch onderofficier, dis o.a. op Madagascar, in Afrika en in Fransch Achter-Indië gevochten had. In 1940 was hij helaas één van de eerste krijgsgevangenen die er gemaakt werden. Er was echter ook geen soldaat in het heele kamp, die vlijtiger was dan Remy. Spoedig had hij het vertrouwen van zijn bewakers gewonnen. Dientengevolge verplaatste men hem naar een fabriek in Krefeld. Door een voorgewende ziekte moest hij abnormaal vaak naar de W.C. Hierdoor kreeg hij de kans om plannen te maken voor zijn ontvluchting. Dit had hij al drie keer eerder geprobeerd, maar altijd hadden ze hem, nog voor hij in Frankrijk was, weer gegrepen.

    Bron

    In zijn werkplaats maakte hij een kompas van een oud conservenmesje. Een scheermesje, dat met een mes magnetisch gemaakt was, werd op een vriigezellenknoop bevestigd. Op de Noordpool van de magneet een beetje radium gedaan en zoo kon hij zich, ook ’s nachts, oriënteeren. De sigaretten werden bewaard en ingeruild voor een burgerpak. Hij trof zijn laatste voorbereidingen, deed zijn „ziekte” nog eenmaal „de eer” aan en ontvluchtte toen door het W.C.-raampje. Na een reis van 4 dagen, waarbij hij overdag onder de doornen een hazenslaap hield en ’s nachts, door zijn kompas geholpen, naar het Noorden vluchtte, passeerde hij veilig de grens. Tegen den morgen bereikte hij Houwers, waar hij zoo onthaald werd, dat hij besloot hier te blijven.

    Drie weken bleef hij op ,,’t Neerhof” en toen werd hij voor de vijfde maal gegrepen en meegevoerd naar Arnhem. Hierna, zoo schrijft hij in zijn brief, werd hij opgesloten in een kamp bij Bocholt. In September werd hij echter verplaatst en kwam hij in Münster terecht. Maar hier werd het al spoedig te warm voor de Duitschers, omdat „het stel idioten”, zooals Hitler zich in zijn rede eens uitdrukte, al maar in hun richting optrok. Zij zagen zich dus genoodzaakt weg te trekken en nu werd hun doel: Bremen. Maar onderweg, zoo schrijft Remy, had ik geen zin hen nog verder te volgen, met andere woorden: Voor de vijfde keer zag onze vriend kans te ontsnappen. En dit keer had hij meer geluk, want een week na zijn laatste vlucht kwamen de Amerikanen hem verlossen en brachten hem veilig terug in zijn geboorteplaats; Palalda, in de Pyreneeën.

    De brief was den 18en April 1945 geschreven en bereikte 9 Mei het doel van zijn bestemming. Wij wenschen de fam. Houwers, die zooveel voor dezen jongeman deed, van harte geluk met dezen brief en we hopen dat ook de andere onderduiker Henk, die eerst naar Amersfoort gebracht werd en daarna in Duitschland terecht kwam, spoedig weer, met al de anderen die daar nog zijn, op vaderlandschen bodem mag terugkeeren.

    Nationaal Onderduikmuseum

    Markt 12, Aalten. Hier zaten tijdens de Tweede Wereldoorlog onderduikers verstopt.
    ‘Onderduikpand’ Markt 12, Aalten

    Tijdens de Tweede Wereldoorlog was Aalten een toevluchtsoord voor een groot aantal onderduikers. Om de herinnering aan dit deel van de geschiedenis vast te leggen en levend te houden is in Aalten het Nationaal Onderduikmuseum opgericht. Het museum richt zich op het tonen en documenteren van de verhalen van onderduikers en de mensen die hen hielpen. Het laat zien hoe gewone mensen in buitengewone omstandigheden moed en medemenselijkheid kunnen tonen.

    Het museum is deels gevestigd in een pand met een bijzondere geschiedenis: Markt 12. Dit was destijds het woonhuis van een gezin met kinderen. Op zolder werden onderduikers verstopt en de kelder was een schuilplaats voor buurtbewoners, terwijl de woonkamer door de bezetter was gevorderd als ‘Ortskommandatur’.

    Meer informatie: nationaalonderduikmuseum.nl

  • Oorlogsslachtoffers Aalten WO2

    Oorlogsslachtoffers Aalten WO2

    Aaltensche Courant, 4 mei 1945

    Lijst van oorlogsslachtoffers uit de gemeente Aalten, naar officiële gegevens van de Gemeente-Secretarie.
    (aangevuld met volledige voornamen en toelichting door de redactie van Oud Aalten)

    AchternaamTussenv.VoornaamLeeftijdDatumPlaatsToelichting
    HorstterArent Jan22 jr.12-05-1940RhenenGedood op de Grebbeberg
    LieversBernardus Josinus22 jr.12-05-1940RhenenGedood op de Grebbeberg
    RoelofsenJan36 jr.12-05-1940RhenenGedood op de Grebbeberg
    VriesdeMarcelis Adolf19 jr.12-05-1940RhenenGedood op de Grebbeberg
    BettingJosephus Arnoldus54 jr.21-01-1941Bocholt (D)Gedood bij een luchtaanval
    TrietvanGeertrui8 jr.09-03-1942AaltenBrandbom Trompstraat
    HiddinkGerrit Jan57 jr.08-01-1943LinteloGedood door een bom nabij Lintelo 102
    HiddinkWillem11 jr.08-01-1943LinteloGedood door een bom nabij Lintelo 102
    LammersAlbertus Hendrikus20 jr.10-01-1943Oberhausen (D)Gestorven in Duitsland
    DolstraHarm24 jr.12-03-1943DidamBeschieting vliegtuig op trein bij Didam
    GraaffdeWilhelmus Petrus40 jr.22-02-1944NijmegenBombardement station Nijmegen
    SchutWillem19 jr.07-03-1944Weimar-Buchenwald (D)Overleden in concentratiekamp
    KortenJohan19 jr.12-03-1944AmersfoortSlachtoffer kerkrazzia
    RuizendaalCornelis34 jr.20-04-1944DoesburgGedood tijdens vuurgevecht met de SS
    WeduwenderJohannes42 jr.23-01-1945Apeldoorn‘Dokter van het Verzet’
    RooijenvanChristianus Franciscus Bonifatius68 jr.28-01-1945AaltenBom op RK pastorie
    Klein RouwelerJohanna Maria57 jr.01-02-1945HarreveldBom op RK pastorie
    BrusGerrit Jan62 jr.08-02-1945DaleBombardement Dale
    GrotenhuisteAnton10 jr.08-02-1945DaleBombardement Dale
    GrotenhuisteArent Jan12 jr.08-02-1945DaleBombardement Dale
    Harstvan derMinnekus25 jr.08-02-1945DaleBombardement Dale
    HogenkampHerman Jozef15 jr.08-02-1945DaleBombardement Dale
    HogenkampJozef Bernardus Antonius6 jr.08-02-1945DaleBombardement Dale
    HogenkampJohanna Maria22 jr.08-02-1945DaleBombardement Dale
    RoondeJohannes18 jr.08-02-1945DaleBombardement Dale
    StronksGerrit Willem26 jr.08-02-1945DaleBombardement Dale
    StronksHendrik Willem33 jr.08-02-1945DaleBombardement Dale
    Bergvan denReijer58 jr.24-02-1945AaltenBombardement Kruisstraat
    HelminkJohanna Willemina9 jr.24-02-1945AaltenBombardement Kruisstraat
    HouwersGerhard Johan3 jr.24-02-1945AaltenBombardement Kruisstraat
    JacobsAleida60 jr.24-02-1945AaltenBombardement Kruisstraat
    LammersAntoon Hendrik18 jr.24-02-1945AaltenBombardement Kruisstraat
    SteenbergenJeanette7 jr.24-02-1945AaltenBombardement Kruisstraat
    ElburgGerrit26 jr.28-02-1945Sinsen (D)Gestorven in een Durchgangslager
    StronksGesina Aleida63 jr.02-03-1945HarreveldBombardement Dale
    SchenkJosephina Aleida Hendrika20 jr.09-03-1945Lichtenvoorde
    WeversGerrit Jan22 jr.20-03-1945Bocholt (D)Gedood bij een bombardement
    BrethouwerHarmen Jan52 jr.21-03-1945GendringenLuchtaanval op Duitse stellingen
    HoitinkDerk Willem54 jr.21-03-1945GendringenLuchtaanval op Duitse stellingen
    HoornenborgJohan Bernard45 jr.21-03-1945GendringenLuchtaanval op Duitse stellingen
    WikkerinkJohannes Gerhardus45 jr.21-03-1945GendringenLuchtaanval op Duitse stellingen
    BaanCornelis Marienus24 jr.24-03-1945VarsseveldGedood bij een bombardement
    BraakvanHendrik Jan26 jr.24-03-1945VarsseveldGedood bij een bombardement
    IngenvanCatharina79 jr.24-03-1945AaltenBombardement Dijkstraat
    KamphuisStefina Johanna14 jr.24-03-1945AaltenBombardement Dijkstraat
    KoelmanHermina Maria Gerarda20 jr.24-03-1945AaltenBombardement Dijkstraat
    KoelmanHenricus Wilhelmus55 jr.24-03-1945AaltenBombardement Dijkstraat
    LamersAntonius73 jr.24-03-1945AaltenBombardement Dijkstraat
    LeemhorstMaria Johanna Christina34 jr.24-03-1945AaltenBombardement Dijkstraat
    LindeteJohan Friedrich68 jr.24-03-1945AaltenBombardement Dijkstraat
    LindeteJohannes Lambertus40 jr.24-03-1945AaltenBombardement Dijkstraat
    MechelenvanJan Hendrik15 jr.24-03-1945AaltenBombardement Dijkstraat
    Meulenvan derGerrit44 jr.24-03-1945AaltenBombardement Dijkstraat
    PolmanM.J.28 jr.24-03-1945AaltenBombardement Dijkstraat
    RosKlazina38 jr.24-03-1945AaltenBombardement Dijkstraat
    StokkingCatharina Hendrika25 jr.24-03-1945AaltenBombardement Dijkstraat
    TepeJohannes Henricus Antonius50 jr.24-03-1945AaltenBombardement Dijkstraat
    UmbachBernardus Wilhelmus10 jr.24-03-1945AaltenBombardement Dijkstraat
    UmbachFrieda Elisabeth13 jr.24-03-1945AaltenBombardement Dijkstraat
    UmbachFriedrich Hubert5 jr.24-03-1945AaltenBombardement Dijkstraat
    UmbachHeinrich Friedrich43 jr.24-03-1945AaltenBombardement Dijkstraat
    WechgelaerCarolina Gerharda68 jr.24-03-1945AaltenBombardement Dijkstraat
    VermeulenAldert30 jr.25-03-1945Aalten
    VermeulenWillem23 jr.25-03-1945Aalten
    HulsLena Hendrika42 jr.26-03-1945Aalten
    DuenkGerda Anna6 jr.28-03-1945IJzerloGedood bij granaatinslag op IJzerlo 83
    DuenkJohannes Wilhelmus21 jr.28-03-1945IJzerloGedood bij granaatinslag op IJzerlo 83
    DuenkJohanna Wilhelmina9 jr.28-03-1945IJzerloGedood bij granaatinslag op IJzerlo 83
    TebeestJohanna Wilhelmina Gerharda19 jr.28-03-1945IJzerloGedood bij granaatinslag op IJzerlo 83
    ElfersThomas Henry74 jr.30-03-1945BarloBombardement Barlo
    ReisenleitnerHelen Grace Margaret74 jr.30-03-1945BarloBombardement Barlo
    WeeninkAndré6 jr.30-03-1945BarloBombardement Barlo
    WeeninkJan3 jr.30-03-1945BarloBombardement Barlo
    WeeninkJacoba Tjitsche17 jr.30-03-1945BarloBombardement Barlo
    WeeninkRudolf6 jr.30-03-1945BarloBombardement Barlo
    WeeninkWillemina Jacoba21 jr.30-03-1945BarloBombardement Barlo
    HuininkHerman25 jr.31-03-1945AaltenVerzetsman
    SchenkHenricus Gerhardus6 jr.04-04-1945AaltenOmgekomen door spelen met een projectiel
    SchenkWilhelmus Marinus Josephus8 jr.04-04-1945AaltenOmgekomen door spelen met een projectiel
    WisselinkDerk Willem5 jr.04-04-1945AaltenOmgekomen door spelen met een projectiel
    DienskeJan30 jr.05-04-1945Bredevoort

    Monument voor de oorlogsslachtoffers

    Onder de Aaltense bevolking heerste er direct na de bevrijding de behoefte om de oorlogsslachtoffers te eren met een monument. In 1956 werd het monument onthuld op de Wheme, ter nagedachtenis aan alle Aaltense burgers die tijdens de bezettingsjaren door oorlogshandelingen zijn omgekomen. Het beeld is gemaakt door kunstenares Bé Thoden van Velzen.

    Het monument bestaat uit een beeld van een mannenfiguur met vrouw en kind. Het beeld van Franse kalksteen is geplaatst op een terras. Het voetstuk bestaat uit metselwerk, beton en natuursteen. Het gedenkteken is 1 meter 31 hoog, 1 meter 43 breed en 90 centimeter diep.

    Fouten voorbehouden. Heeft u correcties en/of aanvullende informatie? Reageer dan onderaan deze pagina.

    Bronnen

  • Dutch National Battalion

    Dutch National Battalion

    Tijdens de bevrijding van de Achterhoek werd op 15 april 1945 in Aalten de Dutch National Battalion opgericht. Een eenheid die bestond uit leden van voormalige Achterhoekse knokploegen, op dat moment officieel Binnenlandse Strijdkrachten (BS) geheten, en onderduikers die in Aalten en omgeving een veilig onderkomen hadden gevonden. De mannen hadden zich vrijwillig gemeld na een oproep van de Canadezen. In no-time hadden die de beschikking over zo’n 400 oorlogsvrijwilligers, goed voor drie compagnieën.

    Iedereen kent de Prinses Irene Brigade. In 1941 opgericht en bestaande uit naar Engeland ontkomen Nederlandse militairen, Nederlandse vrijwilligers die al in het buitenland zaten en zogeheten Engelandvaarders; mannen die op eigen houtje de overtocht maakten naar Engeland om van daaruit tegen de Duitsers te gaan vechten. De Irenebrigade trok vanaf de invasiestranden noordwaarts, vocht in Frankrijk, België en Zeeland en leverde kort voor de bevrijding haar laatste gevechten in de Bommelerwaard bij Hedel. Minder bekend is die ‘Achterhoekse’ eenheid die meevocht met de Canadezen tijdens hun opmars naar het noorden.

    Dutch National Battalion, foto: Foto Garretsen, J. Bloemendal
    Foto: Foto Garretsen, J. Bloemendal
    Dutch National Battalion, foto: A.Ph. de Keijzer
    Foto: A.Ph. de Keijzer

    Canadezen vragen en krijgen hulp

    Het Vergeten Bataljon, Henk Krosenbrink

    Het Dutch National Battalion (DNB) had haar thuisbasis in de Julianaschool in Aalten, voor de gelegenheid omgedoopt tot ‘Prins Bernhard Kazerne’. Met hun kennis van het gebied bewezen de leden van het DNB de Canadezen waardevolle diensten. Uitgerust en bewapend door de Canadezen trokken de soldaten van het DNB langs de IJssel omhoog, via Doesburg, Steenderen en Gorssel.

    De mannen bewaakten de bruggen over de IJssel en trokken verder naar Apeldoorn. “Hevige gevechten en verwoede tegenstand”, aldus Aaltenaar Arnold Somsen, lid van het DNB in het boek ‘Het vergeten bataljon’, een uitgave van het Staring Instituut. “Daarna, het was intussen eind april, trok het bevrijdingsleger in de richting Harderwijk, Bunschoten en Spakenburg. We werden ondergebracht in een school. ’s Avonds wachtlopen. De Duitsers lagen nog in Eemnes. Vlakbij dus. Vuurgevechten en handgranaten heen en weer…”

    Na de bevrijding is het DNB ingedeeld bij het regiment Infanterie van de Koninklijke Landmacht. Daarmee hield het ‘Aaltense’ bataljon officieel op te bestaan.

  • Spelend de dood in

    Spelend de dood in

    Piepersweg, Aalten

    Aan de Piepersweg in de Aaltense Heurne staat een gedenkteken ter herinnering aan een tragisch ongeluk dat kort na de bevrijding van Aalten plaatsvond. Het monument is opgericht ter nagedachtenis aan drie jonge jongens die bij het ongeval om het leven kwamen.

    Op de middag van 4 april 1945, slechts enkele dagen na de bevrijding, speelden de jongens Wim Schenk (8 jaar), zijn broertje Henk Schenk (6 jaar) en hun vriendje Wim Wisselink (5 jaar) buiten. In een droge sloot langs de Bocholtsestraatweg vonden ze een projectiel. Zich niet bewust van het gevaar, gooiden ze het naar elkaar toe. Op een gegeven moment wierp één van de jongens het projectiel tegen de muur van een nabijgelegen woning, waarop het explodeerde.

    De gevolgen waren afschuwelijk. Wim Schenk overleed ter plekke. Zijn broertje Henk en Wim Wisselink raakten zwaargewond en werden overgebracht naar een militair noodhospitaal in Barlo, waar zij kort na elkaar overleden.

    In 2011 verscheen een boekje over deze dramatische gebeurtenis met de titel: ‘Spelend de dood in’, geschreven door Louis Veldhuis.

    Zeventig jaar na het ongeluk, in 2015, werd op de plek van het drama een monument onthuld. Het bestaat uit een sokkel met afbeeldingen van de drie jongens en is ontworpen door kunstenares Ans Braamskamp. De onthulling werd verricht door nabestaanden van de familie Schenk.

    Fouten voorbehouden. Heeft u correcties en/of aanvullende informatie? Reageer dan onderaan deze pagina.

  • De Bevrijding van Aalten

    De Bevrijding van Aalten

    30 maart 1945

    Op Goede Vrijdag 30 maart 1945 werd Aalten bevrijd door eenheden van de Britse Grenadier en Irish Guards. In direct gevecht met de vijand op 29 en 30 maart kwamen negen militairen van de King’s Company, 1st. Battalion Grenadier Guards om het leven. Omstreeks middernacht sneuvelden nog eens twee soldaten van de Irish Guards doordat hun voertuig op een mijn reed. De volgende dag, 31 maart 1945 kwamen twee genisten van de Royal Engineers om tijdens het ruimen van mijnen.

    Meteen na de bevrijding verscheen de Aaltensche Courant weer. Kort na de bevrijding op 4 april vonden drie jongens, de achtjarige Wim Schenk, zijn zesjarig broertje Henk en de vijfjarige Wim Wisselink in een droge sloot aan de Bocholtsestraatweg een projectiel. Zij besloten het projectiel te testen en gooiden het tegen de muur van het huis. De drie kinderen vonden de dood.

    Bron

  • Bombardement Dijkstraat

    Bombardement Dijkstraat

    Aalten, 24 maart 1945

    Op 24 maart 1945 vond er in de Dijkstraat in Aalten een bombardement plaats. De fabrieken aan de Dijkstraat waren het doelwit. Er vielen zeker 18 tot 19 dodelijke slachtoffers. Het precieze aantal is echter tot op heden niet bekend.

    Kort voor het einde van de Tweede Wereldoorlog, op zaterdag 24 maart 1945, doken boven Aalten plotseling vliegtuigen gierend omlaag. Vrijwel direct hoorde men het fluitend geluid van de vallende bommen. Een deel van de textielfabriek en het kantoor van Driessen werd plat gebombardeerd. Ook de fabriek van de Aaltense Tricotagefabriek (ATF) veranderde in een puinhoop. Van de brug aan de Dijkstraat tot aan de spoorbaan waren huizen totaal verwoest, anderen hadden zeer ernstige schade opgelopen. De gevolgen waren verschrikkelijk.

    Slachtoffers

    Bij smid Umbach werd de kelder, waar vader Umbach (43 jr.) en drie van zijn kinderen (13 jr. 10 jr. en 5 jr.) schuilden, door een voltreffer geraakt. Allen kwamen om. De moeder uit het gezin en een andere zoon overleefden ternauwernood door onder een tafel in de keuken te kruipen. Even verderop kwam het echtpaar Te Linde-Wechelaar (beiden 68 jaar) en hun 40-jarige zoon om het leven. Bij Koelman zijn vader Henricus Wilhelmus (55 jr.) en dochter (20 jr.) omgekomen. Ook Johannes Henricus Antonius Tepe (50 jr.), Maria Johanna Christina Leemhorst (34 jr.), Anton Lamers (73 jr.), Annie Kamphuis (15 jr.), Henk van Mechelen (15 jr.) behoren tot de slachtoffers. Voorts een drietal evacués, te weten Catharina van Ingen (79 jr.), Catharina Hendrika Stokking (25 jr.) en een onbekend 15-jarig meisje uit Haarlem.

    In de Aaltensche Courant van 4 mei 1945 en in het boek “Er op of er onder” (door W.P. Nederkoorn en G.J.B. Stork) worden nog een tweetal slachtoffers genoemd: M.J. Praster-Polman (28 jr.) en een zekere G.A. van der Meulen (44 jr.).

    Er waren ook vele gewonden. De toegesnelde hulpdiensten van het Rode Kruis en de Luchtbescherming hadden hun handen vol aan het bergen van de doden en overlevenden onder het puin vandaan te halen. Er zijn ook bommen gevallen in de Stationsstraat, De Wheme, Kerkstraat, Hofstraat, Hogestraat en Boomkampstraat. Aan de Parallelweg en Koopmanstraat, ten zuiden van de spoorlijn waren panden beschadigd. Ook vielen er nog bommen in de Molenstraat en Varsseveldsestraatweg.

    Fouten voorbehouden. Heeft u correcties en/of aanvullende informatie? Reageer dan onderaan deze pagina.

    Bronnen

    • Aaltensche Courant, 04-05-1945
    • ‘Er op of er onder’, W.P. Nederkoorn en G.J.B. Stork
  • Bombardement Barlo

    Bombardement Barlo

    Nijhofsweg 4, Barlo

    Op 30 maart 1945 werd de Aaltense buurtschap Barlo bevrijd door de geallieerden. Bij de ontzetting van Barlo en omgeving werd een schuilkelder bij boerderij Nijhof getroffen door een bom van de geallieerden die gericht was op de terugtrekkende Duitsers.

    Tijdens de schermutselingen tussen de strijdende partijen verscholen de zeven kinderen van de familie Weenink, het gevluchte echtpaar Elfers uit Den Haag en het echtpaar Nijhof en dochter Wanda zich in de schuilkelder van boederij Nijhof die werd geacht als een betrouwbare schuilplaats.

    Hoofdonderwijzer Weenink, die veertien kinderen had, woonde naast de school die was ingenomen door Duitse soldaten. Toen het alarm ging stuurde hij zijn kinderen naar de schuilkelders buiten de kern van Barlo, omdat hij het daar te gevaarlijk achtte. Zeven kinderen vluchtten naar de schuilkelder bij boerderij Nijhof aan de Nijhofsweg. De andere kinderen gingen naar de schuilkelder van boerderij ’t Markerink. De schuilkelder bij Nijhof zat niet onder, maar naast het huis. Het huis bleef ongeschonden.

    De laatste bom die vanuit een geallieerd vliegtuig werd gegooid viel op de schuilkelder. De mensen daarin werden bedolven onder aarde en boomstammen. De familie Nijhof was juist bij de ingang van de kelder om te kijken of het bombarderen was afgelopen en werd hierdoor gespaard. Maar vijf van de zeven kinderen en het Haagse echtpaar kwamen om. De bevrijding van Barlo zou door deze tragedie vooral een dag van rouw worden.

    De zeven slachtoffers waren Thomas Elfers (74 jr.), Helen Elfers-Reisenleitner (74 jr.), André Weenink (6 jr.), Co Weenink (17 jr.), Jan Weenink (3 jr.), Mien Weenink (20 jr.) en Rudolf Weenink (6 jr.).

    Monument

    Op initiatief van de Stichting Dwars door Barlo en de nabestaanden van de slachtoffers is een monument opgericht ter nagedachtenis. Het monument is geplaatst bij boerderij Nijhof en werd op 30 maart 2009 onthuld. Het monument bestaat uit twee zwerfkeien, waarbij de één rechtop de andere staat. In de bovenste steen zit een rond gat met daarin een stuk gebroken glas verwerkt, als symbool voor de onherstelbare schade. Hieronder staan de namen en leeftijden van de slachtoffers vermeld. Op de onderste steen, die als voetstuk dient, staat een citaat uit de Bijbel. Bij het monument is tevens een informatiebord geplaatst.

    De tekst op het monument luidt:

    ‘GOEDE VRIJDAG
    30 MAART 1945

    MIEN WEENINK 20 JAAR
    CO WEENINK 17 JAAR
    ANDRÉ WEENINK 6 JAAR
    RUDOLF WEENINK 6 JAAR
    JAN WEENINK 3 JAAR
    T.H. ELFERS 74 JAAR
    H.C.M. ELFERS-REISENLEITNER 75 JAAR’.

    Op het voetstuk staat het citaat:

    ‘ONSCHULDIGE LEVENS VERNIETIGD
    DOOR MEEDOGENLOOS
    OORLOGSGEWELD

    PSALM 73, VERS 12 EN 14
    (OUDE BERIJMING)’.

    De tekst op het informatiebord luidt:

    ‘MONUMENT TER NAGEDACHTENIS

    OP GOEDE VRIJDAG 30 MAART 1945 VIEL DE LAATSTE BOM OP
    DEZE PLEK WAAR OOIT EEN SCHUILKELDER STOND. DIT LUIDDE
    HET EINDE IN VAN DE TWEEDE WERELDOORLOG IN DE
    BUURTSCHAP BARLO. DE ZO STERKE SCHUILPLAATS VAN DE
    FAMILIE NIJHOF BLEEK NIET BESTAND TEGEN ZULK NIETS
    ONTZIEND OORLOGSGEWELD.

    HET ECHTPAAR NIJHOF MET HUN DOCHTER OVERLEEFDEN DE
    INSLAG; HET ECHTPAAR ELFERS EN VIJF KINDEREN WEENINK
    KWAMEN HIERBIJ OM.

    DE VELDKEIEN SYMBOLISEREN HET LOODZWARE EN MASSALE
    VERDRIET. HET GAT MET HET – GEBROKEN – GLAS IN EEN VAN DE
    ZWERFSTENEN TOONT ONS EEN BLIK OP EEN NIEUWE
    TOEKOMST, ALHOEWEL DIE NOOIT ONGESCHONDEN ZAL ZIJN.

    WIJ HOPEN DAT DEZE PLAATS VAN HERDENKEN U STIL DOET
    STAAN BIJ HET GROTE GESCHENK VAN DE VRIJHEID WAAR WIJ
    NU MOGEN LEVEN. LATEN WIJ DAAR ZORGVULDIG MEE
    OMGAAN EN ONS INZETTEN OM OOK ANDEREN OP DEZE
    WERELD DIE VRIJHEID TE GUNNEN.

    STICHTING DWARS DOOR BARLO.’

    Fouten voorbehouden. Heeft u correcties en/of aanvullende informatie? Reageer dan onderaan deze pagina.

  • De Bark

    De Bark

    Gelkinkweg, De Heurne

    In de zomer van 1944 werd De Bark, een onbewoonde boerderij tussen Aalten en Dinxperlo, een onderduikplaats voor een groeiend aantal merendeels jonge onderduikers, die de Arbeitseinsatz wilden ontwijken, alsmede enkele neergeschoten geallieerde piloten.

    Op zondagmorgen 25 februari 1945 sloeg de wacht alarm, toen drie Duitse soldaten van een landmeeteenheid een onverwacht bezoek brachten aan het voorhuis, waar zij geen strijders maar mogelijk wel verdachte voorwerpen hadden aangetroffen.

    Na het verlaten van het huis werden de Duitsers door de met een stengun gewapende ‘Lange Henk’ en makkers aangehouden, ontwapend en gevangengezet. Hetzelfde gebeurde met hun collega die in een legerwagen op hen wachtte. Het commando zat vervolgens met een complex probleem: hoe het gebeurde buiten kennis van de Duitse bezetter te houden en wat te doen met de vier gevangenen?

    Doodstraf

    Een geïmproviseerde krijgsraad van De Bark sprak de doodstraf uit. Hen fusilleren en daarna begraven was te omslachtig en riskant. De uiteindelijke conclusie luidde: ophangen. Aldus geschiedde.

    De vier lijken werden door Jan Ket in een auto, ondermijnd met twee springladingen, in een recente bomkrater nabij Varsseveld tegen een boom gereden. Ze werden zo goed mogelijk in aannemelijke posities in het voertuig geplaatst, waarna de springladingen werden ontstoken. Slechts één ging er af, maar de explosie was zwaar. Ket en zijn mannen, die moesten maken dat zij weg kwamen, waren zeker van hun zaak.

    Nog dezelfde avond auto vond een Duitse patrouille de gedeeltelijk uitgebrande auto met ernaast de lijken van twee Wehrmacht-soldaten met nog koorden om hun benen en striemen rond hun hals. De twee andere lichamen waren onherkenbaar. Later onderzoek toonde aan dat de achterste springlading niet is afgegaan door de kracht van de voorste.

    Represaille

    De represaillemaatregel van de Duitse bezetter was genadeloos. Zesenveertig politieke gevangenen werden uit het kamp De Kruisberg (Doetinchem) gehaald en op de grens van Aalten en Wisch, bij de Aaltense tol, gefusilleerd.

    De verzetsgroep had De Bark inmiddels volgens plan verlaten en week uit naar een oude landbouwloods aan de Dinxperlosestraatweg tussen Aalten en Dinxperlo. Het bericht dat de list met het geënsceneerde ‘auto-ongeluk’ was mislukt en de Duitse represaille door liquidatie van 46 Nederlandse politieke gevangenen bereikte hen pas vele dagen later. Het wekte bij hen eerst ongeloof en daarna diepe indruk.

    Veel tijd voor bezinning en verwerking werd hen niet gegund, omdat inmiddels vier geallieerde divisies de Rijn overgestoken hadden en de Achterhoek naderden. Op 30 maart maakten ze voor het eerst contact met twee Canadese gevechtswagens, die opdoken bij het ‘Somsenhuus‘. De bevrijding was een feit.

    Fouten voorbehouden. Heeft u correcties en/of aanvullende informatie? Reageer dan onderaan deze pagina.

  • Bombardement Kruisstraat

    Bombardement Kruisstraat

    Aalten, 24 februari 1945

    Op zaterdag 24 februari 1945 vielen er bommen op en rond het kruispunt Kruisstraat (tegenwoordig Prinsenstraat) en Bredevoortsestraatweg, in het centrum van Aalten. De gevolgen van het bombardement waren desastreus: acht mensen kwamen om, waaronder drie kinderen, er vielen enkele gewonden en de ravage was enorm.

    Addie Steenbergen, dochter van bakker Steenbergen, woonde bijna op de hoek van de Kruisstraat en de Prinsenstraat. Een echtpaar was net uit de winkel vertrokken, toen het luchtalarm afging. Het echtpaar wilde niet mee de schuilkelder in, maar bleef schuilen in het portiek. Addie moest van haar moeder naar de overkant om haar zusje Netty op te halen, die daar aan het spelen was. Vrouw Helmink stond nog buiten en riep dat Netty al bij haar thuis in de schuilkelder zat. Addie ging terug naar huis de schuilkelder in. Moeder, oma Meijnen en zusje Bea, zaten er al.

    Vader en Toon Lammers, de knecht, stonden nog even buiten te kijken bij de ingang van de schuilkelder, toen de bom insloeg. De bom kwam op bakkerij Steenbergen terecht. Als ze een enorme steekvlam zien, zegt Addie’s moeder dat ze maar dichtbij haar moeten komen zitten: “Als we dan verbranden, dan zien ze in elk geval dat we samen zaten.”

    Er was een enorme stofwolk en toen een totale stilte…

    Slachtoffers en ravage

    Toen Addie, haar moeder en zusje weer buiten kwamen, was er niets meer van het huis over, alleen nog maar puin. Toon Lammers, de 18-jarige bakkersknecht, kreeg een ladder op z’n nek en was direct dood. Vader Steenbergen was door de luchtdrukverplaatsing voorover de kelder van de bakkerij in gevallen. Hij had een schedelbasisfractuur en was in coma. Het echtpaar (van den Berg-Jacobs) dat in het portiek schuilde is ook omgekomen. Netty kwam om in de schuilkelder van de familie Helmink, evenals Hansje Houwers en een dochtertje van Helmink, haar speelkameraadjes. Deze drie kinderen kwamen om door overdruk op de longen. Verder kwamen ook twee Duitsers om. Addie vond later nog een stuk been van één van hen tussen het puin.

    Gerrit en Bernard Buesink waren die zaterdagmiddag, even na het middaguur buiten bezig. Ze woonden op de hoek van het kruispunt Prinsenstraat/Kruisstraat. Vader Beusink had er een smederij. Het huis kreeg een voltreffer, maar wonder boven wonder overleefden ze het.

    Ooggetuigeverslag

    Ooggetuigeverslag van de vader van Cindy Weeber over het drama op 24 februari 1945, opgeschreven in 2006:

    “Mijn broer moest brood halen bij bakkerij Wikkerink, aan de Bredevoortsestraat, en ik wou een tol halen bij de Coöperatie. We gingen met de fiets van mijn vader, mijn broer Henk fietste en ik ging achterop de ‘pakkiesdrager’ zitten, en zo gingen we naar Aalten. Eerst gingen we brood halen bij Albert Wikkerink en toen fietsten we verder naar de Coöperatie om voor mij een tol te halen.

    Plotseling klonk de sirene, een waarschuwing voor luchtalarm. Mijn broer Henk gooide de fiets met brood tegen de gevel van smederij Buesink en schuilde daar voor de bommen en ik ging bij bakkerij Steenbergen schuilen. Wat volgde was een oorverdovend lawaai van neersuizende bommen. Dit alles duurde ongeveer 10 minuten. Na ongeveer een kwartier durfde ik me op te richten. Mijn handen, armen en hoofd zaten vol wondjes maar voor de rest had ik niets. Achteraf besefte ik dat ik wel dood had kunnen zijn maar als je daar zo ligt denk je daar niet aan. Toen ik opstond en naar buiten ging, was alles één grote puinhoop en ik zat van boven tot onder vol stof.

    Toen ik over het puin scharrelde, hoorde ik mijn broer roepen: ”Jan, Jan, hier ben ik”. Ik herkende zijn stem en riep: “Waar ben je?” “Hier”, klonk het en ik zag een grijze figuur op me af komen. Het was mijn broer Henk die ook onder de kleine wondjes zat maar voor de rest mankeerde hij niets. De fiets en de tas met brood was totaal verpletterd.

    Mijn broer zei tegen me: “Ga gauw naar huis, en zeg ze dat alles goed is” en ik rende naar huis en zei tegen vader en moeder wat er gebeurd was. Ze raakten beide in paniek en dachten het ergste maar ik zei dat ook Henk niets mankeerde. Vader is toen met me meegegaan om de fiets en het brood op te halen maar alles zat onder het puin.

    Later hoorde ik dat er zeven doden waren. We hebben toen wel een beschermengel gehad want we waren beide praktisch ongedeerd.

    Wat mij nu, na al die jaren, is opgevallen is dat mijn broer nooit meer over dit voorval met mij gepraat heeft. Bij mij zelf komt dit steeds meer naar voren. Waarom weet ik niet maar af en toe word ik ’s nachts wakker, nat van het zweet, en zie ik het weer voor me. Misschien is het als je ouder wordt te verklaren, maar het komt steeds vaker terug.

    Mijn broer is helaas overleden. Wat zou ik graag met hem erover gepraat hebben, maar helaas. Na goed 60 jaar komt er toch een moment dat je gaat nadenken waarom wij gespaard zijn en die zeven anderen niet.”

    Fouten voorbehouden. Heeft u correcties en/of aanvullende informatie? Reageer dan onderaan deze pagina.

  • Bombardement Dale

    Bombardement Dale

    Omgeving Elshoek/Grevink, Dale

    Op 8 februari 1945 vond in de Aaltense buurtschap Dale een vergissingsbombardement plaats, waarbij elf mensen om het leven kwamen. Ter nagedachtenis aan deze slachtoffers werd in 1988 een monument onthuld op de hoek van de Aladnaweg en de Grevinkweg.

    Minder dan drie maanden voor het einde van de oorlog, op 8 februari 1945, vertrokken Amerikaanse B-26 Marauder-bommenwerpers vanaf hun basis in het Noord-Franse Cambrai. Hun primaire doelwit was de omgeving van Kleve, en als dat niet mogelijk was hadden ze nog een alternatief doel bij Groenlo. Bij Kleve was het te bewolkt en dus vlogen ze door, maar ook in de Achterhoek was het zicht matig. Even na 11.00 uur lieten ze 528 fragmentatiebommen vallen.

    Twee uur later keerden de toestellen veilig terug in Cambrai. Hun missie-rapport vermeldde: “Impossible to determine further damage or to locate pattern accurately due to 80% cloud cover“.

    Dood en verderf

    De dodelijke lading kwam terecht in de omgeving van de Elshoek en het Grevink in Dale, met verschrikkelijke gevolgen. De honderden splinterbommen zaaiden dood en verderf. De scherven vlogen horizontaal over de grond en troffen zowel mensen als dieren. Overal lagen uiteengereten paarden, koeien, schapen, kippen en ganzen. Enkele boerderijen kregen voltreffers te verduren.

    Alle dokters, verpleegsters en hulpdiensten werden naar de rampplek gestuurd. In de modder en tussen de puinhopen verleenden zij eerste hulp aan de gewonden. Deze werden op brancards en ladders vervoerd naar Huize Avondvrede aan de Hogestraat. Van daaruit werden de zwaargewonden overgebracht naar het noodhospitaal in Harreveld.

    Het bombardement eiste uiteindelijk elf levens en liet meerdere mensen blijvend gehandicapt achter.

    De slachtoffers

    In de keuken van boerderij ’t Olde Nooitgedacht van de familie Neerhof werd onderduiker Joop de Roon uit Rotterdam dood aangetroffen. Bij boerderij de Glieuwe, waar de familie Hogenkamp woonde, kwamen dochter Anna en de zonen Herman en Jozef om het leven. Boerderij Bekerhuis van de familie Te Grotenhuis werd volledig verwoest. Hier vielen vier slachtoffers: de kinderen Arie en Teun te Grotenhuis en de broers Hendrik en Gerrit Stronks, die er ondergedoken zaten.

    Mink van der Harst, afkomstig uit Scheveningen en onderduiker bij de familie Eppink van boerderij ’t Nooitgedacht, werd buiten dodelijk getroffen door granaatsplinters. Ook de boerderij van Brus werd geraakt. Gerrit Brus overleed ter plekke, en zijn vrouw Sientje Brus-Stronks stierf enkele dagen later in het noodhospitaal in Harreveld.

    Daarnaast vielen er ook nog bommen in de Haartsestraat. Clarel Smit, die net het huis van Van Lente verliet, raakte hierbij zodanig gewond aan zijn voeten en benen dat hij vier maanden later in het noodhospitaal in Harreveld alsnog overleed.

    Het monument

    Het monument ter nagedachtenis aan de slachtoffers bestaat uit vier stenen, afkomstig uit de restanten van het huis van de familie Te Grotenhuis. De heer Te Grotenhuis heeft deze stenen na het bombardement op de bewuste plek opgestapeld. Jarenlang fungeerden de stenen als een onofficieel gedenkteken. In 1988 werden ze, op aandringen van de plaatselijke bevolking, erkend als officieel monument.

    Op de gedenksteen zijn de namen van de slachtoffers aangebracht:

    G.J. BRUS 62 JAAR
    G.A. BRUS-STRONKS 63 JAAR
    A.J. TE GROOTENHUIS 12 JAAR
    A. TE GROOTENHUIS 10 JAAR
    M. VAN DER HARST 25 JAAR
    J.M. HOGENKAMP 22 JAAR
    H.J. HOGENKAMP 15 JAAR
    J.B.A. HOGENKAMP 6 JAAR
    J. DE ROON 18 JAAR
    H.W. STRONKS 33 JAAR
    G.W. STRONKS 26 JAAR

    Fouten voorbehouden. Heeft u correcties en/of aanvullende informatie? Reageer dan onderaan deze pagina.

    Bronnen


    • Aalten in oorlogstijd, J.G. ter Horst
    • Als ik ze maar eens weer kon zien, het bombardement van Dale 8 februari 1945, H. de Beukelaer
    • Er op of er onder, Aalten, het land der onderduikers en der illegaliteit, G.W. Vaags
    • Interview met Karel Aversteeg (Louis Veldhuis en Gerrit Nijman)
    • Nationaal Comité 4 en 5 mei
    • Nationaal Onderduikmuseum, Aalten
    • Toespraak burgemeester Stapelkamp, 8 februari 2020
  • Pastoor Van Rooijen

    Pastoor Van Rooijen

    Pastoor (1916-1945)

    Pastoor Christianus Franciscus Bonifatius van Rooijen (1876-1945) was een geliefd persoon. Niet alleen bij zijn parochianen, maar ook bij de Joodse inwoners dwong hij veel respect af. Als hij tijdens zijn wandelingen met zijn trouwe herdershond Frits Joodse medeburgers tegenkwam nam hij zijn hoed af en bracht met een lichte buiging zijn groet.

    Bombardement

    Op zondagmiddag 28 januari 1945 zijn er veel mensen in de R.K. kerk aanwezig tijdens het Lof. Plotseling breken er een aantal Jabo’s (geallieerde jachtbommenwerpers) door het wolkendek en laten hun bommenlast vallen. Op de Kemena, de Admiraal de Ruijterstraat en Stationsstraat blijft het bij materiële schade.

    Bij de R.K. kerk zijn de gevolgen groter. Er valt een bom voor de kerk en één op de pastorie. De paniek slaat toe en door de luchtdruk storten beelden uit de nissen en storten muren in.

    Maar de kerkgangers komen, zij het onder de stof en menigeen onder blauwe plekken en schaafwonden, met de schrik vrij. Voor de hoofdingang van de kerk is een enorme bomkrater. Doch de bom die is ingeslagen op de pastorie heeft ernstiger gevolgen.

    De huishoudster van de pastoor, de 57 jarige Johanna Maria Klein Rouweler, is zwaargewond en overlijdt enkele dagen later in het noodziekenhuis te Harreveld. Ook pastoor Van Rooijen vindt de dood en wordt pas uren later in de nacht gevonden. Zijn dood beroerde ook bewoners van andere gezindten en de begrafenis op de R.K. begraafplaats aan de Piet Heinstraat vond onder grote belangstelling plaats.

    20-jarig priesterjubileum

    In 1936 was pastoor Van Rooyen 20 jaar priester en de Graafschapbode besteedde aandacht aan dit jubileum met een artikel:

    “Dinsdag 8 december a.s. zal het 20 jaar geleden zijn, dat de Zeereerw. Heer Pastoor van Rooijen hier geïnstalleerd werd als opvolger van Pastoor Wubbels die naar Dalfsen vertrok. We hebben bij dezen mijlpaal in het herderlijk leven Pastoor van Rooijen verzocht ons het een en ander te vertellen uit deze afgeloopen twee decennia, en hoewel Zijne Eerwaarde 20 jaren nu feitelijk geen officieele mijlpaal vond, die in het algemeen gevierd wordt, vonden we hem gaarne bereid ons eenige inlichtingen te geven en even voor onzen teekenaar te poseeren.

    Pastoor van Rooijen dan werd 13 Februari 1876 in Utrecht geboren. Na aldaar de school bezocht te hebben, voltooide hij zijn studiën aan de Seminaria te Culemborg en Rijssenburg. Als kapelaan was zijn eerste standplaats Oosterhout (Geld.), welke plaats hij later verwisselde voor het Twentsche industriecentrum Enschede. Van daar werd dan Kap. van Rooijen op 8 Dec. 1916 alhier als Pastoor geïnstalleerd.

    In de vervlogen 20 jaren heeft de jubilaris al het wel en wee, de laatste jaren vooral veel „wee”, meegemaakt. Tot 23 Augustus 1935 werkte hij hier alleen. Op deze datum kreeg hij hulp van Kapelaan J. Snoeren.

    Wanneer we over het „wee” praten, weten we Zijn Eerwaarde op een terrein gebracht te hebben, dat hem buitengewoon ter harte gaat. Het is ook bij andersdenkenden algemeen bekend, dat Pastoor van Rooijen ook persoonlijk heel veel doet om het leed bij zijn parochianen zoo veel mogelijk te verzachten, maar ook hoe verontwaardigd hij vaak is, wanneer jongelui, die behoorlijk verdienen, zoo bitter weinig hier voor over hebben.

    Bekend is bv. het gratis verstrekken van iederen morgen een glas melk aan de kinderen der R.K. school, die hieraan behoefte hebben. Deze melkverstrekking werkt nu al 2 jaren en komt ongetwijfeld den algemeenen gezondheidstoestand van het opgroeiende geslacht zeer ten goede. Het fonds „Hulp in Nood” van de R.K. Arbeidersvereeniging, waarvoor wekelijks de leden een klein bedrag storten om in noodgevallen (bij bevallingen, ziekten, enz.) elkaar te kunnen helpen, is ook een instelling van den jubilaris. Het vorige boekjaar werd op deze wijze f 385.— bijeengebracht.

    Bijzonder voldaan was Pastoor v. Rooijen over den rondgang, die de kapelaan en hij in de laatste 14 dagen gemaakt heeft met het tweeledig doel: den toestand in diverse gezinnen eens op te nemen en tevens giften te verzamelen voor het verstrekken van kleeding, dekens en zoo mogelijk een kerstgave aan behoeftige gezinnen. Tot heden heeft deze rondgang reeds een bedrag van ruim f 800 opgebracht. Meer dan Zijn Eerwaarde had durven hopen. Dat dit juist nu in dit 20e jaar zoo bijzonder meevalt, zal ongetwijfeld den jubilaris bijzonder goed doen.

    Volstaan we met te vermelden, dat in deze 20 jaar de R.K. Kerk een heetelucht-verwarming kreeg, in dezen tijd de modevakschool en diverse sportvereen. tot bloei kwamen.”

    Fouten voorbehouden. Heeft u correcties en/of aanvullende informatie? Reageer dan onderaan deze pagina.

    Bronnen

    • Graafschapbode, 4 december 1936 (Delpher)
  • Johannes der Weduwen

    Johannes der Weduwen

    ‘Dokter van het verzet’

    Johannes (Joop) der Weduwen was een geliefd huisarts in Aalten. Op 23 januari 1945 kwam hij nabij Apeldoorn om het leven na te zijn beschoten door een geallieerd vliegtuig, zo luidt althans de lezing van de Duitse autoriteiten.

    Joop der Weduwen werd op 17 mei 1902 geboren in Aalten. Hij studeerde aan het Gymnasium te Doetinchem, later aan de Universiteit te Utrecht, waar hij zijn arts-examen deed en promoveerde daarna tot doctor in de medicijnen. Hij toonde zich een waardig opvolger van zijn vader en vestigde zich hier als arts.

    Vanaf het begin van de oorlog raakte Joop der Weduwen betrokken bij het verzet in de Achterhoek. Hij bood actief hulp aan mensen die door de Duitsers werden gezocht. In zijn gezin waren twee jongemannen opgenomen die de arbeidsdienst weigerden. Als er Engelse vliegtuigen werden neergeschoten en de bemanning gewond raakte bood hij hen medische bijstand. Voor een overval op het distributiekantoor in Borculo werd zijn auto ‘gestolen’. Hij hielp joodse onderduikers op diverse boerderijen in de omgeving. Hij speelde ook een rol bij het te vondeling leggen van de joodse baby ‘Wíllem Herfstink’ bij het huis van verzetsleider ‘Ome Jan’ Wikkerink.

    Hulp aan dwangarbeiders

    In de laatste oorlogswinter voelde Joop der Weduwen zich nauw betrokken bij de dwangarbeiders die met name in Kamp Rees onder onmenselijke omstandigheden hun slavenwerk moesten verrichten. Dat kamp lag net over de grens in Duitsland. Als vertegenwoordiger van het Nederlandse Rode Kruis onderhandelde hij met Peter Röhrig, de commandant die bekend stond als de beul van Rees om zieken en gewonden weg te halen.

    Hij probeerde zoveel mogelijk mensen over te brengen naar Aalten waar ‘Huize Avondvrede‘ aan de Hogestraat als noodhospitaal was ingericht. Ook werden velen met de auto van de huisarts vervoerd naar het Noodziekenhuis in Harreveld. Sommige zieken verbleven tijdelijk bij hem thuis en doken vervolgens onder.

    Op 19 januari 1945 vertrok dokter Der Weduwen, vergezeld van twee SS-ers uit het kamp Rees, naar Den Haag voor een ambtelijk overleg met hoge Duitse officieren en de burgemeester aldaar. Namens het Rode Kruis pleitte hij voor betere omstandigheden voor de dwangarbeiders van wie er velen uit Den Haag en Rotterdam kwamen. De mannen moesten de nachten doorbrengen op de kale vloeren in tochtige en vochtige houten schuren, hadden schamele kleding en kregen nauwelijks te eten. Om hun onmenselijke bestaan enigszins te verbeteren vroeg hij onder andere om strozakken.

    Noodlottige terugreis

    Tijdens de terugreis naar Aalten, op 23 januari 1945, werd de auto waar hij in zat rond vijf uur ‘s middags nabij Apeldoorn onder vuur genomen door een geallieerd jachtvliegtuig, zo luidde althans de lezing van de Duitse autoriteiten.

    Zijn ontzielde lichaam werd zwaar verminkt gevonden in een droge sloot, waar hij geprobeerd had dekking te zoeken. Hij had veel bloed verloren en was ter plekke overleden. De auto was onbeschadigd. Er waren sterke geruchten dat de Duitsers een bewuste aanslag op hem hebben gepleegd omdat hij te lastig was geworden. Joop der Weduwen is 43 jaar geworden.

    Fouten voorbehouden. Heeft u correcties en/of aanvullende informatie? Reageer dan onderaan deze pagina.

    Bronnen


    Willem van Houtum, Apeldoorns oorlogs-chroniqueur, schreef er op 23 januari over in zijn dagboek:

    “Een dokter uit Aalten, die zich veel bemoeide met de toestand van de gedeporteerden te Rees, is door Duitse onverschilligheid gestorven. De dokter vertrok verleden week vrijdag met twee Duitsers in een auto naar Den Haag. Hij wilde daar bij hoge instanties pleiten voor de verbetering van de behandeling van onze landgenoten in Rees enzovoort. Het baatte niet. Daardoor keerden zij dinsdag weer terug. Zij werden op de betonweg bij Hoog Soeren door een Engels vliegtuig beschoten. De dokter stapte ijlings uit de auto om dekking te zoeken maar zakte zwaar gewond neer. De beide Duitsers haalden hem de portefeuille, portemonnee enzovoort af en reden door naar de Ortskommandant in Apeldoorn. Deze weigerde de arts te vervoeren omdat het een burger was. Zodoende reden de beide moffen door naar Aalten en overhandigden de portefeuille enzovoort aan de vrouw van de dokter. Deze kon op haar beurt ook niet voor vervoer zorgen. Zij riep de hulp in van een familielid in Apeldoorn. Deze slaagde er met behulp van de politie in het lijk (de arts was aan te groot bloedverlies overleden) naar Aalten te doen overbrengen. Door de vele beschietingen heet het betongedeelte van de Amersfoortseweg bij Hoog Soeren in de volksmond al ‘Dodenweg’.”

    Politierapport

    Dinsdag 23 Januari 1945, 17.00 uur, rapport no. 23. 
    Geeft Zegers te Nieuw Millingen kennis dat door zoo juist een manspersoon door boordwapens is doodgeschoten. Ook staat er een auto in brand. Recherche, Feldgendarmerie, Pol. Officier en L.B.D. kennisgegeven. Door de L.B.D. (= Lucht Beschermings Dienst) wordt het lijk opgehaald en overgeplaatst naar het ziekenhuis aan de Sprengenweg.

    Woensdag 24 Januari 1945, 17.45 uur, rapport no. 24.
    M.b.t. mutatie 17.00 uur van het rapport van de orde politie van 23-01-1945 rapporteert rechercheur Adema, dat het lijk van bedoelde persoon is opgehaald door de L.B.D. en opgebaard is in het lijkenhuis van het ziekenhuis aan de Sprengenweg. Het is geïdentificeerd, als Dr. Johan der Weduwen, wonende Landstraat 4, te Aalten. Zijn zwager Wissink, wonende Stationsstraat 25 alhier, is met een en ander op de hoogte gesteld, die zorgt voor waarschuwing van de familie en de begrafenis.

    Begrafenis

    Op zaterdag 27 januari werd Joop der Weduwen onder grote belangstelling ten grave gedragen naar begraafplaats Berkenhove in Aalten. De stoet telde zeker 1000 mensen. Tevoren was er een rouwdienst gehouden in de Oude Helenakerk onder leiding van Ds. J.D. Stegeman, emeritus predikant te Aalten. Namens de dwangarbeiders sprak de heer Dijkgraaf uit Den Haag een woord van dank en afscheid.

    Vrienden, patiënten en dorpsbewoners lieten een speciale gedenksteen voor zijn graf maken uit dankbaarheid en om hem te eren. Op het monument staat de tekst: “Zijn overtuiging deed hem hulp bieden aan onderdrukten – verzet – gedeporteerden.”

    Zijn naam staat ook vermeld op de gedenksteen voor de gevallenen in het georganiseerd verzet aan de Markt in Aalten, naast de Oude Helenakerk.

    Op 31 maart 2023 is er een Stolperstein gelegd voor het huis waar Joop der Weduwen woonde, Landstraat 41 in Aalten.