Vanaf halverwege de 19e eeuw tot ver in de 20e eeuw kende Aalten diverse kerkelijke jeugdverenigingen. Bekend zijn onder andere de Ned. Hervormde jongensverenigingen ‘Josa’, ‘De Knipperbol’, ‘het Vendel’ en de meisjesverenigingen ‘De Kaarsvlam’ en ‘Zonnestraal’. Hieronder volgen (delen van) een aantal krantenartikelen over de Christelijke Jongelingen Vereeniging (C.J.V.) ‘Timotheüs’. Meer informatie over deze en andere kerkelijke jeugdverenigingen is welkom.

Verslag van het jaarfeest der Chr. Jongel.-Ver. „Timotheus” te Aalten

Aaltensche Courant, 7 maart 1906 (Delpher):

J.l. Vrijdagmiddag vierde de Chr. Jong.-Vereen. „Timotheus” alhier feestelijk haar 10-jarig bestaan. Het voorfeest dat gehouden werd in de Herv. kerk, werd geopend door ds. Barneveld, waarna ds. Veen uit Lichtenvoorde een kernachtige feestrede hield naar aanleiding van de woorden „In de menigte des volks is des Konings heerlijkheid”. Toen in ’t jaar 1855 eenige jonge mannen bij elkaar kwamen tot oprichting van een wereldbond hebben ze een grondslag vastgesteld. Waar verschillende vereenigingen in den loop der jaren hun grondslag of doel moesten veranderen, heeft de wereldbond ten vorigen jare, bij het vieren van haar 50-jarig bestaan, opnieuw trouw gezworen aan dezelfden grondslag.

De feestrede werd afgewisseld door een 6-tal zangnummers van de zangvereen. „Exelsior” die tevens haar eerste jaarfeest vierde. Onze plaatsgenooten hebben van deze eerste uitvoering zeker gedacht, zooals later een der sprekers opmerkte, dat men van een eenjarig kind niet veel kan verwachten, maar dan heeft men zich bepaald vergist, want de verschillende liederen werden onder de voortreffelijke leiding van haren directeur den heer A. Rots, zeer goed gezongen. Jammer dat er niet meer belangstelling was. Hierna werd er ruim een uur pauze gehouden en het feest voortgezet in het Catechiseer-lokaal.

Reeds bij het binnentreden hiervan kreeg men terstond een aangenamen indruk. Het lokaal was herschapen in een feestzaal, keurig met groen en onze driekleur versierd. Nadat was gezongen Ps. 65 : 1 opende de voorzitter het samenzijn door de talrijke aanwezigen een hartelijk welkom toe te roepen. Uit de verslagen der bestuursleden bleek dat de vereen, zich in bloei mag verheugen: Het ledental was gestegen tot 28, dat der begunstigers tot 63, terwijl de penningmeester een batig saldo had van f 44.90.

Hierna zegt de voorzitter dat hij al dadelijk van het programma moet afwijken omreden „Timotheus” de eer heeft ds. Mense uit N.-Stadskanaal in haar midden te hebben. Ds. Mense zegt zeer verblijd te zijn dat het hem vergund is om een avond te midden van zooveel bekenden en vrienden door te brengen. Sedert mijn vertrek is de Jong.-Vereen. een zang en een Knapen-Vereen. rijker geworden. Nu moet er ook nog een Meisjes-Vereen, worden opgericht. Ook van Aalten moet het kunnen gezegd worden dat het vooruit gaat op geestelijk gebied en dat zal gebeuren wanneer ieder lid pal staat voor Koning Jezus. Onze Christelijke gemeente heeft scherpschutters noodig op geestelijk gebied,

Na deze rede kwamen de leden aan het werk. Voordrachten en samenspraken in ernst en luim wisselden elkander om de beurt af. Vooral de samenspraken, waarvan er 3 in het geheel waren, 1 door de jongens en 2 door de meisjes, werden uitstekend weergegeven. Vervolgens werd het woord gevoerd door het oud-lid der vereen, de heer Bulten uit Beekbergen. De heer B. gaf zijn blijdschap te kennen dat het hem weer vergund was, bij oude vrienden tegenwoordig te zijn. Vervolgens vertelt spr. een en ander aangaande het ontstaan van de Jong.-Vereen. Voor ruim 50 jaren opgericht door enkele jongelingen te Amsterdam, zijn die enkelen thans aangegroeid tot een breede schaar van jongelingen, die zich scharen om de banier van het kruis.

Nog zij vermeld dat de verschillende nummers van het programma werden afgewisseld door het zingen van liederen, begeleid door het schoon orgelspel van den heer Nijhof, terwijl enkele jonge meisjes onophoudelijk in de weer waren om de gasten van de noodige versnaperingen te voorzien. Te ruim 10 uur betrad ds. Van de Plassche het spreekgestoelte om het slotwoord te spreken. Z.Eerw. zegt dat het, nu de vreugde nog op ieders gelaat te lezen is, vrij moeilijk is om nu al het slotwoord te spreken. Evenwel aan alles komt een einde, ook aan dit zoo uitnemend geslaagde feest. Na de verschillende personen, die tot het welslagen van dezen avond hebben medegewerkt, een woord van dank te hebben gebracht, eindigde spreker met den wensch dat God „Timotheus” ook verder zegenen mag. Na het zingen van Gez. 180 : 1 keerden allen welvoldaan huiswaarts.

Zilveren jubileum Chr. J.-V. „Timotheüs”

De Graafschapper, 24 februari 1922 (Delpher):

Woensdagavond werd in de Ned. Herv. Kerk alhier een vergadering gehouden ter gelegenheid van het 25-jarig jubileum van de Chr. J.-V. „Timotheüs”, welke geopend werd met het zingen van Psalm 68 : 10. Ds. v.d. Plassche ging in gebed voor en wees er in zijn openingswoord op, dat een 25-jarig bestaan van een J.-V. een feit is om even bij stil te staan. Spr. betreurde, dat hier slechts één J.-V. in de groote Hervormde gemeente bestaat en sprak de hoop uit, dat het jubileum het ledental der vereen. flink mocht doen toenemen. Spr. uitte ten slotte den wensch, dat de leden der J.-V. zich indachtig mochten houden de leuze van Ds. Van Noort, den overleden voorzitter van het N.J.V.: „Nooit Jezus vergeten”.

Als feestredenaar trad hierna op Ds. J.W. van Petegem van Dinxperlo, die na zijn gelukwensch aan leden en oud-leden der vereeniging het uitsprak, dat hij, ofschoon de uitnoodiging hem eerst met eenige huivering had vervuld, toch die uitnoodiging had aangenomen, daar hij zoo gaarne vertoeft onder jonge menschen, aangezien men daar het best jong blijft. Na den strijd van Israël tegen Sisera te hebben geschetst, legde spr. er nadruk op, dat God aan de zijde was van Barak tegen Sisera; daarom heeft Barak overwonnen. Daarom jubelde Debora het ook uit, dat God het heeft gedaan. Daarop komt het aan, ook in het leven van een vereeniging. Het leven van den mensch is een leven van strijd. lederen dag moeten wij bereid zijn, het kruis op te nemen.

Zoo is het ook met onze vereenigingen. Wij hebben den strijd tegen geestelijke boosheden, tegen den overste der wereld. De J.-V. zal ervan weten te vertellen. Misschien zijn er, die in dezen strijd zijn bezweken en thans afgedwaald. Hoe staat het met dien strijd? Welke zijn de resultaten van de 25 jaar? Kan de vereeniging waarlijk jubileeren, d.i. juichen met dankzegging aan God: wij zijn overwinnaars? De J.-V. is bij velen in minachting en menig jongeling is voor die minachting uit den weg gegaan en heeft de J.-V. den rug toegekeerd. Als gij u waarlijk geschaard hebt achter Jezus en Hem uw hart hebt gegeven, dan kunt gij op dit jubileum jubileeren: „Ik, den Heere zal ik zingen”. Hem zij de dank, de eerkroon opgedragen!

Spr. eindigde met een krachtige opwekking tot de jonge menschen, om zich als lid bij de vereen, aan te sluiten, en tot de ouders, om voor haar te bidden.

Geref. Knapenvereen. „Timotheüs”

Aaltensche Courant, 12 februari 1929 (Delpher):

De Geref. Knapenvereen. „Timotheüs” welke eiken Zondag vergadert in gebouw Irene hield Vrijdag j.l. hare jaarvergadering in genoemd gebouw. De heer P. Rhebergen (een van de leiders der vereen.) opende na het zingen van Psalm 119 vers 3 en 5 de vergadering met gebed, las Spreuken 3 vers —24 en sprak vervolgens zijn openingsrede, waarin hij de aanwezige ouders en belangstellenden een hartelijk welkom toeriep op deze 26e jaarvergadering.

Vervolgens wees spr. op eenige achteruitgang in ledental, wat zijn oorzaak hierin vindt dat velen lid werden van de Geref. Jongelingsvereen. Verblijdend werd genoemd de belangstelling voor de Knapenvergadering van de zijde der ouders, die hun knapen eigener beweging naar de knapenvergadering zonden. Tenslotte wekte het openingswoord op tot trouw aan het beginsel.

Hierna volgden verslagen van secretaris, penningmeester en bibliothecaris. Uit het verslag van den secr. bleek, dat 10 leden, welke allen een diploma ontvingen, waren overgegaan naar de Jongel.vereen. De vereen. telt momenteel 26 leden. Het verslag van den penningm. luidde nogal gunstig, waaruit blijkt de offervaardigheid voor de knapenvergadering. De bibliotheek telt thans 45 nummers, 15 nieuwe boeken waren verloopen jaar aangeschaft.

Na de verslagen volgen inleidingen over „Paulus’ bekeering” door B. ter Maat, „Absalom” door W. Rhebergen, Kerkgeschiedenis John. Knox door G. Deunk en vaderlandsche geschiedenis door G. Stronks en H. Lammers. Uit deze inleidingen bleek, dat er op deze vereen. flink werk wordt verricht. De voordrachten die ten beste werden gegeven, vielen allen goed in den smaak. De heer C. Spaans, afgevaardigde van den Kerkeraad, wekte de leden op vooral veel te lezen, en in de eerste plaats in Het Boek, dat is Gods Woord. De heer G.W.J. van Lochem sprak namens de Oudercommissie over de Duitsche Zending en het leven der gezaghebbers in Ned.-Indië. Voorts spraken de afgevaardigden van de Jongel.vereenigingen Calvijn en Kuyper en Knapenvereen. Samuel een enkel woord, de vereen. Gods besten zegen toewenschende. Om des tijde wille konden verschillende personen niet aan het woord komen.

De heer A.J. Heinen (leider der vereen.) sprak een kort slotwoord, de ouders er op wijzende, dat het noodzakelijk is dat in de gezinnen met de knapen gesproken werd over het werk der knapenvergadering. Wanneer voor de gewone wekelijksche vergadering het te behandelen onderwerp besproken wordt, kan dit niet anders dan tot grooten zegen zijn en rijke vruchten afwerpen. En hiermede behoorde deze feestvergadering weer tot het verleden. In de verschillende pauzen werd gezongen en getracteerd, zoodat alien na het zingen van Psalm 150 vers 1 en dankgebed door den heer A.J. Heinen, welvoldaan huiswaarts keerden.

50-jarig bestaan C.J.M.V. „Timotheüs”

Aaltensche Courant, 14 februari 1947 (Delpher):

Dezer dagen gaat de Christelijke Jonge Mannen Vereeniging „Timotheüs” te Aalten haar gouden jubileum herdenken. In een speciale jeugddienst in de Ned. Herv. Kerk zal Zondag a.s. dit feit herdacht worden, in welke dienst Ds. Gordeau van Eibergen hoopt voor te gaan. Enkele feiten. Opgericht in 1887 door Ds. W. ten Kate, heeft „Timotheüs” zich steeds staande weten te houden, ondanks de woelige tijden. Een van de eerste leiders van de vereeniging was de heer G.A. Peters (Hoogestraat).

Aanvankelijk werden de bijeenkomsten in het Rusthuis gehouden, maar in 1897 verhuisde de Vereeniging naar het catechisatielokaal. Van de eerste bestuursleden willen wij de namen noemen van G. Hoitink en W. Bulsink (Nonhof), waarvan eerstgenoemde jarenlang de voorzittershamer hanteerde. Het tegenwoordige bestuur bestaat uit de h.h.: J.W. Ros, J. Breukelaar, H. Stegeman, H. te Kampe en B. Meinen. Zelfs in de oorlogsjaren stond het werk niet stil. Slechts een half jaar lang werden er geen bijeenkomsten gehouden, maar verder kwam men gedurende die jaren toch telkens bijeen. Zelfs onderduikers vonden hun weg naar de bijeenkomsten van de vereeniging en stelden het op hooge prijs om hier enkele uren in de sfeer van de vereeniging te kunnen doorbrengen.

De sfeer

Men kan de vraag stellen: „Wat is nu eigenlijk de sfeer van een dergelijke vereeniging?” Dit is moeilijk te beantwoorden. Daarvoor moet men zelf in vereenigingsverband gewerkt hebben om dit te kunnen aanvoelen. Voorop staat H. Schrift-onderzoek, maar daarnaast wordt gewerkt aan de cultureele verheffing van de leden. Vanzelfsprekend werkt de jeugdbeweging selectief, d.w.z. ze bereikt maar een gedeelte van de kerkelijke jeugd. Een groot gedeelte wordt wel lidmaat maar schrikt terug voor een persoonlijke aansluiting bij een christelijke vereeniging. En toch zijn deze vereenigingen vooral voor het platteland van groote beteekenis. In de vereenigingen leeren de jonge menschen zich zelf kennen en wordt hen gelegenheid gegeven naar voren te komen. De opstellen dwingen hen tot binnenstudie en door deze studie komt de belangstelling.

„Timotheüs” heeft momenteel verschillende clubs welke een apart terrein bestrijken, zelfs tot muziek toe. We herinneren nog aan de leekenspelen, welke in den loop der jaren opgevoerd werden. Zoo werkt „Timotheüs” aan de geestelijke verheffing van de leden en heeft in deze 50-jarige periode al heel wat weten te bereiken. Een frissche geest heerscht onder de leden en geeft de beste verwachtingen voor de toekomst. We twijfelen er dan ook niet aan of dit jubileum, dat op waardige wijze herdacht zal worden, zal er toe bijdragen dat meerdere jonge mannen de weg naar „Timotheüs” zullen vinden.

C.J.V. „Timotheüs” te Aalten in het goud

De Graafschapper, 15 februari 1947 (Delpher):

Het was in het jaar 1897, dat op initiatief van den toenmaligen predikant der Ned. Herv. Kerk te Aalten de C.J.V. opgericht werd, die naderhand de naam „Timotheüs” kreeg. Oorspronkelijk was dit een gemengde vereeniging, die haar geregelde vergaderingen in „Avondvrede” hield. Doch kort na de oprichting van deze club werd het gebouw „Elim” de vergaderplaats, waar de leden, veelal met behulp van den predikant, hun onderwerpen bespraken. Doorgaans werd het eerste deel van den avond besteed aan de bespreking van een hoofdstuk uit den Bijbel, waarbij dan geen inleiding werd geleverd door een der leden, doch slechts tekstverklaring door den predikant of, indien deze niet aanwezig kon zijn, door de leden zelf. Verder werd er op den avond genoten van de afwisseling in den vorm van een opstel over een vrij onderwerp of een voordracht.

Uit de beschikbare gegevens blijkt wel, dat het den leden niet aan werklust ontbroken heeft. De „kronieken” van het jaar 1899 vermeldden reeds pogingen om een zangvereeniging op te richten, waarmee men hoopte te bereiken dat er meer belangstelling zou komen voor de vereeniging. Blijkbaar zijn deze pogingen echter gestrand, doordat er nog te weinig leden waren. Een der moeilijkheden waarmee men te kampen had was de financiëele positie, de twee jaar na de oprichting een nieuwe contributieverhooging noodzakelijk maakte. Op de vergadering van 30 October 1898 werd „met algemeene stemmen besloten de contributie met… 3½ cent per kwartaal te verhoogen, waardoor de vereeniging jaarlijks van elk lid ƒ 0.60 kon innen.”

In den loop der jaren kwam er echter een aanzienlijke verbetering en talrijke legaten stelden de leden in het bezit van een flinke bibliotheek. Was het ledental in het begin ongeveer tien, naderhand breidde zich dit zeer sterk uit, zoodat het na verloop van enkele jaren ruim verdubbeld was. Hieronder waren meerdere adspirantleden, die tenslotte een eigen club vormden als onderafdeeling van Timotheüs. Zoo is het kleine begin uitgegroeid tot een vereeniging, die thans naast de onderafdelingen van de Knapen- en Zangvereeniging, een ledental heeft van ruim 30.

„Timotheüs” in oorlogstijd

De gestadige vooruitgang werd echter zeer bemoeilijkt in de laatste oorlogsjaren. Toch bleek de werklust onverwoestbaar en de Duitsche dwang en dreiging stuitten af op den energieken wil die tot volhouden aanspoorde. Slechts in het laatste halfjaar van den oorlog achtte men het onverantwoordelijk het werk onder de gegeven omstandigheden voort te zetten. Een der eerste moeilijkheden waarmee de vereeniging in deze periode te kampen had was het gebrek aan brandstof. Daarom werd van de gelegenheid gebruik gemaakt om in de bakkerij van de heer Vaags te vergaderen. Naderend werd „Avondvrede” de plaats van samenkomst, totdat eindelijk in 1944 ’t toenemend gevaar van bombardementen en razzia’s verdere activiteit onmogelijk maakte.

Intusschen was echter meer leven in het vereenigingswerk gebracht, doordat op initiatief van een der leden diverse clubs in het leven geroepen waren. Zoo kwam er b.v. een inleidingsclub, die de taak had om de te behandelen onderwerpen uit te zoeken en te zorgen voor het benoodigde studiemateriaal. Daarnaast had de opstelclub tot taak om andere practische onderwerpen, die niet op den rooster van behandeling voorkwamen, te verzorgen. Tenslotte de andere groepen, b.v. zang-, muziek- en declamatieclubs, die met ’t brengen van variatie in den vereenigingsavond belast waren.

Deze „oorlogsinstelling” vond grooten bijval, en ook thans bestaan zij nog tot volle tevredenheid van alle Timotheüs-leden. Het belangrijkste feit uit de oorlogsjaren was ongetwijfeld de herdenking van het 45-jarig jubileum in 1942. Door de omstandigheden was het echter niet mogelijk de herdenking van dit feit grootsch te vieren. In alle stilte werd het in den intiemen kring van leden en begunstigers in het gebouw „Elim” herdacht.

Jubileum-herdenking

Thans is het dus een 50 jaar geleden dat uit de kwijnende gemengde vereeniging de C.J.V. „Timotheüs” verrees. Ter herdenking van dit halve eeuwsch bestaan zal Zondag a.s. een jeugddienst worden gehouden in de Ned. Herv. Kerk waar als spreker zal optreden Ds. H. Gordeau van Eibergen, zoon van den vice-voorzitter van het N.J.V. Tevens zal de onderafdeeling van „Timotheüs”, de Zangvereeniging „Excelsior”, medewerking verleenen.


Reacties

Plaats een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Let op: je reactie wordt openbaar getoond. Vragen, aanvullingen en/of correcties proberen wij zo spoedig mogelijk te verwerken. Daarna worden ze verwijderd, om ‘vervuiling’ te voorkomen. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *