Categorie: Onderwijs

  • Ds. Stegemanschool

    Ds. Stegemanschool

    Varsseveldsestraatweg 7, Aalten (verdwenen)

    Beschrijving

    De Ds. Stegemanschool werd in 1922 opgericht en heette aanvankelijk Nederlands Hervormde school. In 1955 werd school vernoemd naar Ds. J.D. Stegeman. De school werd gesloopt in december 2005. Tegenwoordig staat hier woonzorgcentrum Stegemanhof.

    Archieven

    Adresboek 1934

    Aalten B267 > Varsseveldschestraat 7

    Ned. Herv. School

    Adresboek 1967

    Varsseveldsestraatweg 7

    Ds. Stegemanschool

    Fouten voorbehouden. Heb je aanvullingen of correcties? Reageer dan onderaan deze pagina, bij voorkeur met bronvermelding.

    Kenmerken

    Kadastraal nr.I-12892/12893
    FunctieBasisschool
    Bouwjaar1922
    Sloop2005
  • CBS Groen van Prinsterer

    CBS Groen van Prinsterer

    Aalten

    Beschrijving

    De oorsprong van ‘de Groen’ ligt op 11 maart 1868. Op die dag werd de “Eerste vergadering ter oprigting eener school voor Posetief Christelijk onderwijs te Aalten” gehouden. In 1869 werd er gestart met het onderwijs in de school aan de Bredevoortsestraatweg.

    Christelijk Nationale School

    Al in 1853 stelde ds. Breukelaar voor een christelijke school in Aalten te stichten (zijn eigen kinderen gingen nog in Varsseveld naar de christelijke school). Er ging weliswaar een aantal jaren overheen, maar in 1868 werd dan toch de Schoolvereniging opgericht. En dat viel niet mee, want de kosten daarvan waren voor de volle 100% voor rekening van de ouders. Een christelijke school kreeg in die tijd geen rijkssubsidie. Die kwam pas in 1917.

    Ondanks het feit dat de Afgescheidenen van Aalten het predikantstraktement van ƒ 500 maar nauwelijks konden opbrengen, gingen ze dus ook aan de slag met het stichten van de ‘School met den Bijbel’. Op 1 december 1869 kon de school aan de Bredevoortsestraatweg geopend worden. De kerkenraad had besloten het bestuur niet ‘kerkelijk’ te maken om zo ook de kinderen uit hervormde gezinnen de kans te geven het christelijk onderwijs te volgen; het was een ‘Christelijk Nationale School’.

    In het begin van de jaren twintig van de vorige eeuw onderging het gebouw enige uitbreidingen. In 1925 kreeg de school de naam ‘Groen van Prinstererschool’. De naam is ontleend aan Mr. Guillaume Groen van Prinsterer (1801–1876), staatsman en historicus en voorvechter voor het christelijk onderwijs.

    Schoolstrijd

    Hoewel slechts een paar hervormde ouders een bijdrage gegeven hadden voor de bouw van de school, werd toch een groot aantal kinderen uit hervormde gezinnen bij de school ingeschreven. Velen konden het schoolgeld echter niet betalen, zodat hun bijdrage ten laste kwam van het door de Afgescheiden Gemeente opgerichte ‘Suppletiefonds’. Dat fonds werd gevuld door collecten die in de kerk gehouden werden.

    Toen in de hervormde gemeente orthodoxe predikanten aantraden verzocht het schoolbestuur hun de schoolgelden van de hervormde gezinnen voor rekening van de hervormde kerk te nemen. Ds. J.H.F. Gangel (1839-1908), die van 1879 tot 1887 hervormd predikant in Aalten was (en toen in Aalten met de Doleantie meeging), eiste in ruil daarvoor hervormde medezeggenschap in het schoolbestuur én bestuurszetels. De Afgescheiden kerkenraad c.q. het schoolbestuur weigerde dat ‘omdat men de beginselen zuiver wilde houden’. Ds. Gangel bracht de zaak toen voor de kantonrechter, die hem aanraadde ‘de onkosten te betalen en naar huis te gaan’.

    Dat deed hij inderdaad, maar daar bleef het niet bij: hij stichtte toen een hervormde lagere school aan de Hoogestraat, waarop met grote letters boven de hoofdingang geschilderd werd: “De heerlijkheid van dit Huis zal groter zijn dan van het eerste”. Het hoofd van de oude school, meester Siebel, ging met de hervormde school mee en alleen onderwijzer Rots bleef als onderwijzer met 90 kinderen als een rots in de branding in de School met den Bijbel achter.

    Nieuwbouw en verhuizingen

    In april 1969 werd de nieuwe school aan de Ahavestraat geopend.

    De integratie van het kleuter- en lager onderwijs werd in ons land in 1985 voltooid; hiermee was de basisschool een feit. De kleutergroepen van de Groen van Prinstererschool waren tot 2001 gehuisvest in het gebouw aan de Willebrordstraat. In dat jaar werden de beide locaties (Ahavestraat en Willebordstraat) in één gebouw gehuisvest op de huidige locatie aan de Ludgerstraat, waar voorheen de St. Ludgerschool was gevestigd.

    Fouten voorbehouden. Heb je aanvullingen of correcties? Reageer dan onderaan deze pagina, bij voorkeur met bronvermelding.

    Kenmerken


    FunctieBasisschool
    Oprichting1869
  • Vijftig jaar chr. school te Barlo

    Vijftig jaar chr. school te Barlo

    Zutphens dagblad, 5 november 1956

    Op 2 februari 1906 werd ten huize van de wed. Jentink op de „Pas” te Barlo een samenkomst belegd door lieden, die chr. onderwijs in Barlo begeerden. Reeds eerder waren pogingen ondernomen om tot oprichting van een chr. school te komen, doch zonder resultaat. Op genoemde samenkomst werd echter de daad bij het woord gevoegd en kwam er een 36 leden tellende schoolvereniging tot stand. Onmiddellijk werden plannen beraamd om te komen tot de bouw van een school.

    De voornaamste vragen, t.w. waar de school zou moeten komen en men het geld vandaan zou moeten halen, waren spoedig opgelost. De heer J. Westendorp nam de moeite te voet Barlo te doorkruisen ten einde het middelpunt vast te stellen, waar dan de school zou worden gebouwd. Ook het financiële gedeelte was snel opgelost. De bouwsom, ter grootte van f 6243 werd door collectes in de hele gemeente Aalten bij elkaar gebracht.

    De aannemer Elschot uit Bredevoort begon onder architectuur van de heer R. van Lochem spoedig met de bouw, waardoor reeds op 11 juni 1906 door de oudste inwoner van Barlo, de heer A.J. Houwers, de eerste steen kon worden gelegd.

    Op 2 november 1906 werd gestart met 54 leerlingen en twee leerkrachten; hoofd was de heer J.A. Bos. Thans bedraagt het aantal leerlingen 121; het aantal leerkrachten vier. In 1930 werd de heer Bos vervangen door het huidige hoofd de heer M.C. Weenink.

    Vrijdagavond werd het jubileum in het Feestgebouw te Aalten feestelijk herdacht. De heer H.C. Lichterink, voorzitter van het schoolbestuur, verwelkomde in zijn openingswoord in het bijzonder dr. Jonker van Amsterdam, die een feestrede hield over het onderwerp „Apostolair en solidair”.

    Naar aanleiding van de plannen om in Barlo een nieuwe school te bouwen, liet burgemeester E.S. van Veen namens het college van B. en W. zijn felicitaties vergezeld gaan van de wens, dat het eerste nieuwe schoolgebouw, na de opheffing van de bouwstop, in Barlo zal verrijzen. Spr. meende echter hier een groot vraagteken achter te moeten zetten.

    Nadat de secretaris van het schoolbestuur, de heer G.J. Luiten, een historisch overzicht had gegeven, sprak de inspecteur van het l.o., de heer A.J. Siemons uit Velp. Deze ontnam het schoolbestuur voorlopig de illusie van nieuwbouw. Ook deze spreker herinnerde aan de bouwstop. Hij sprak de hoop uit, dat het schoolbestuur in deze volkomen achter de regering zal staan, en zal beseffen, dat de woningbouw alle voorrang verdient.

    Hierna boden nog verschillende sprekers hun gelukwensen aan, t.w. ds. J.D. Stegeman als nestor der Aaltense predikanten, ds. L.J. Goede als wijkpredikant van Barlo, mede namens zijn collega; ds. de Ruyter, die verhinderd was, de heer J. Dijkstra, hoofd Groen van Prinstererschool, namens de federatie van de chr. scholen te Aalten en de heer G.J. Luiten namens het comité van oud-leerlingen. Deze overhandigde een cadeau, in de vorm van een elektrische klok.

    Na de pauze voerden leerlingen en oud-leerlingen een revue op over het wel en wee der school in de afgelopen 50 jaar.

    Bron


  • De Latijnse School in Bredevoort

    De Latijnse School in Bredevoort

    Het steedje Breedevoort, 1743

    Bredevoort in 1743 door Jan de Beijer, ter illustratie

    In de achttiende eeuw bevond zich in het vestingstadje Bredevoort een Latijnse School — een onderwijsinstelling waar jongens werden voorbereid op een universitaire of kerkelijke loopbaan.1 Hoewel er geen tastbare resten zijn, bieden enkele archiefvermeldingen een glimp van het bestaan van deze school.

    Een onderwijzer uit Molsberg

    De eerste aanwijzing komt uit de Oprechte Haerlemsche Courant van 1 november 1763, waarin Lotharius Frederik Wurm adverteert dat hij al twee jaar werkzaam is als praeceptor (onderwijzer) in Bredevoort. Zijn aanstelling dateert dus van circa 1761. Hij kondigt aan een kostschool te willen beginnen en biedt lessen aan in Latijn, Hoogduits, Frans, geschiedenis, rede- en dichtkunst en psalmzang.2

    Nog geen maand later verschijnt op 26 november 1763 vrijwel dezelfde advertentie in de Amsterdamsche Courant.3 Een jaar daarna, op 13 september 1764, volgt wederom een soortgelijke advertentie in de Oprechte Haerlemsche Courant.4 Dit toont dat Wurm zich actief en herhaaldelijk presenteerde om leerlingen te werven.

    Op 29 oktober 1765 verschijnt hij opnieuw in de krant, ditmaal als rector der Latijnsche School te Bredevoort, benoemd “van zyner Doorluchtige Hoogheid den Erf-Stadhouder.” In deze functie bood hij onderwijs aan in Latijn, Grieks, geschiedenis, rede- en dichtkunst, met daarnaast privélessen Frans en Hoogduits.5

    Wurm was afkomstig uit Molsberg, in het keurvorstendom Trier (nu Duitsland). Hij trouwde op 9 augustus 1764 met Elisabet Eliveret in Bredevoort.6 Hij overleed vóór september 1774, want toen hertrouwde Elisabet als “weduwe van wijlen Lotharius Fredericus Wurm.” 7

    Een schoolmeester met kerkelijke taken

    Op 26 maart 1773 wordt in het Trouwboek van de Nederduits Gereformeerde Gemeente Bredevoort genoteerd dat Alette Diemont, weduwe van schoolmeester Jan Hendrik Prevenier, het trouwboek overdraagt. De vermelding luidt:

    “Anno den 26 maart 1773 hebbe dit boekjen ontfangen van Juffr. Alette Diemont, wed. v. den Schoolmr dezer stad Jan Hendrik Prevenier.”
    — ondertekend: H. Conradi, senior sijn8

    Deze notitie bevestigt dat Prevenier schoolmeester was. Dat hij het trouwboek in beheer had, wijst erop dat hij ook verantwoordelijk was voor het bijhouden van kerkelijke administratie — een taak die in kleine steden vaak werd vervuld door de schoolmeester of voorzanger.9

    Daarnaast wordt Prevenier in andere bronnen vermeld als stadsrentmeester, belast met de financiële administratie van Bredevoort.10 Daarmee wordt duidelijk dat hij niet alleen in het onderwijs en de kerk een centrale rol vervulde, maar ook in het stedelijk bestuur. Het is aannemelijk dat hij verbonden was aan de Latijnse School, omdat in kleine steden de functies van schoolmeester en leraar aan de Latijnse School vaak samenkwamen.11 Voor Bredevoort is dit niet expliciet overgeleverd, maar gezien de context ligt een combinatie van functies voor de hand.

    Locatie onbekend

    Waar de Latijnse School van Bredevoort precies heeft gestaan, is niet bekend. Mogelijk was het niet meer dan een vertrek in of bij de kerk, of de woning van de onderwijzer — zoals elders in kleine Gelderse steden gebruikelijk was.12 De aanwezigheid van een dergelijke voorziening in een kleine stad als Bredevoort wijst in elk geval op een relatief hoog niveau van onderwijs en cultuur in de 18e eeuw.13

    Fouten voorbehouden. Heb je aanvullingen of correcties? Reageer dan onderaan deze pagina, bij voorkeur met bronvermelding.

    Bronnen


    1. Latijnse School (Wikipedia) ↩︎
    2. Oprechte Haerlemsche Courant, 1 november 1763 (Delpher) ↩︎
    3. Amsterdamsche Courant, 26 november 1763 (Delpher) ↩︎
    4. Oprechte Haerlemsche Courant, 13 september 1764 (Delpher) ↩︎
    5. Oprechte Haerlemsche Courant, 29 oktober 1765 (Delpher) ↩︎
    6. Aalten, trouwboek, 9 augustus 1764 (Genealogiedomein) ↩︎
    7. Aalten, trouwboek, september 1774 (Genealogiedomein) ↩︎
    8. Bredevoort, trouwboek 1639-1981 (Genealogiedomein) ↩︎
    9. A.Th. van Deursen, Bavianen en Slijkgeuzen (1974) ↩︎
    10. Erfgoedcentrum Achterhoek en Liemers, Doetinchem. Toegang 0098 Drost en Geërfden van Bredevoort, 1608-1794 (Rekeningen van stadsrentmeester Jan Hendrik Prevenier; afgehoord 1773) ↩︎
    11. W. Frijhoff & M. Spies, 1650: Bevochten eendracht (1999) ↩︎
    12. A.J. van der Aa, Aardrijkskundig Woordenboek der Nederlanden (1839–1851) ↩︎
    13. J.L. van Zanden e.a., Nederland 1780–1914 (2000) ↩︎