Landstraat 22, Aalten

Midden in Aalten staat al eeuwenlang de Oude Helenakerk. Het is het oudste en meest markante gebouw van Aalten. De laatgotische pseudobasiliek met romaanse toren is een monument van onschatbare historische en emotionele waarde. Talloze Aaltenaren zijn er gedoopt, getrouwd, hebben er troost gevonden en zijn vanuit deze kerk naar hun laatste rustplaats gebracht.
Geschiedenis
Rond het jaar 800, toen de Saksen door Karel de Grote werden onderworpen, gelastte hij dat iedere gemeenschap een zogenaamde hoofdhof ter beschikking stelde voor de bouw van een kerk. In de nederzetting Aladna, de oude naam van Aalten, was dat waarschijnlijk een stuk grond van de latere Havezate de Ahof.
Het eerste kerkje op deze plek was vermoedelijk gebouwd in Karolingische stijl, een voorloper van de romaanse architectuur. De kerk werd gewijd aan de heilige Helena, de moeder van de Romeinse keizer Constantijn de Grote, die zich bekeerde tot het christendom.
In de 12e eeuw werd aan dit eerste kerkje een laatromaanse toren toegevoegd. De romaanse bouwstijl kenmerkt zich door zware, massieve muren met kleine rondboogvensters. In tegenstelling tot de latere gotiek kent de romaanse bouwkunst weinig versieringen. De toren is geheel opgetrokken uit tufsteen, een zacht vulkanisch gesteente dat men destijds in deze contreien veel gebruikte voor de bouw van kerken en burchten. De torenspits heeft de vorm van een zogenoemde ingesnoerde naaldspits.
Tussen 1470 en 1483 werd het driebeukige schip van de kerk gebouwd, eveneens uit tufsteen. Dit deel van de kerk werd uitgevoerd in de laatgotische stijl, kenmerkend voor de 15e eeuw, met grote vensters voorzien van spitsbogen die als het ware naar de hemel wijzen. Het hogere koor aan de oostzijde van de kerk dateert uit de periode tussen 1440 en 1450. Eind 15e en begin 16e eeuw werden op de gewelven en muren muurschilderingen aangebracht.
Reformatie
Tot het einde van de 16e eeuw viel de parochie Aalten onder het bisdom Münster. Met de verovering van Bredevoort, het bestuurscentrum van de gelijknamige heerlijkheid waartoe Aalten behoorde, door Prins Maurits op 8 oktober 1597, bereikte de Reformatie ook deze streek.
In die tijd bediende pastoor Theunissen, geboortig uit Bocholt, de Aaltense kerk. Hij verzette zich fel tegen de hervorming. Volgens overlevering moest hij echter in 1601 vluchten naar het klooster Burlo, volgens anderen naar Rhede. Hij stierf later in Warendorf, waar de weliswaar niet grote maar waardevolle monstrans, welke hij uit Aalten had meegenomen, nog tot in het midden van de 19e eeuw aanwezig zou zijn geweest.
Vermoedelijk zijn kort na 1597 ook de stenen kruiswegstaties verwijderd die de lijdensweg van Christus uitbeeldden. De staties, vermoedelijk rond 1530 gemaakt door de Westfaalse beeldhouwer Heinrich Brabender, verdwenen maar werden in de 19e eeuw teruggevonden. Tegenwoordig zijn ze te bewonderen in het Museum Catharijne Convent in Utrecht.
De toenmalige kapelaan van Aalten, Anthonius van Keppel, afkomstig uit Doetinchem, werd in 1602 genoemd als eerste predikant van de pas naar het protestantisme overgegane kerkgemeenschap van Aalten. Hoe kwam dit tot stand? Om de reformatie uit te breiden tot het platteland had men de medewerking van de roomse geestelijken aldaar nodig. In 1598 werden velen van hen opgeroepen om op de classicale vergadering te Zutphen te verschijnen. Ook de geestelijken uit Aalten waren aanwezig. Op deze vergadering werd van de aanwezige pastoors en vicarissen verlangd, dat zij de katholieke godsdienst zouden verlaten en dat zij zouden belijden, dat de gereformeerde religie de ware was.
In de classicale vergadering van 1603 te Zutphen verklaarden de deelnemers uit Aalten, Winterswijk en Zeddam zich bereid te conformeren met de hun gestelde conditiën. In 1633 was het aantal lidmaten al voldoende om over te kunnen gaan tot de instelling van een kerkenraad.
Gedeeld gebruik
Na de verovering van de Achterhoek in 1672 door troepen van de bisschop van Münster werden de kerken van Aalten, Winterswijk en Dinxperlo door de bisschoppelijke commissaris aan de Minoritenpaters gegeven. De gereformeerde gemeente te Aalten sloot een overeenkomst met de bezetters. Deze afspraak hield in dat de katholieken en de gereformeerden de kerk te Aalten afwisselend konden gebruiken. Maar korte tijd later werd het gebruik van het kerkgebouw aan de gereformeerden verboden. Deze toestand duurde evenwel niet lang. Pinksteren 1674 verlieten de Münsterse troepen Aalten en de kerk kwam weer ter beschikking aan de gereformeerden.
Beroeringen
Begin 1750 werd het rustige Aalten opgeschud door een reeks opvallende religieuze verschijnselen. Tijdens kerkdiensten barstten mensen in tranen uit, zuchtten luid of zakten in elkaar alsof ze het bewustzijn verloren. Sommigen vertelden zelfs over ontmoetingen met engelen of over aanvallen van de duivel. De gebeurtenissen leidden tot landelijke aandacht en zouden de geschiedenis ingaan als de Aaltense beroeringen.
Doleantie
In 1834 kreeg de beweging van de zogenaamde Afscheiding, zich manifesterend door het uittreden van Ds. H. de Cock en de kerkenraad van Ulrum (Gr) uit de Ned. Hervormde Kerk, in Aalten enige aanhang. In 1840 was de kring te Aalten zodanig gegroeid, dat men een gemeente stichtte. Enkele tientallen jaren later ontstond in de Ned. Hervormde kerk de beweging van de zogenaamde Doleantie.
Restauraties
In 1973 werd de pleisterlaag in de kerk gerestaureerd. Onder de zes tot zeven lagen witkalk bleken bijzondere schilderingen schuil te gaan. Onder deze schilderingen bevinden zich afbeeldingen van de twaalf apostelen, een voorstelling van het Laatste Oordeel, de kroning van Maria en, zeer uniek in West-Europa een afbeelding van keizer Constantijn de Grote, samen met zijn moeder Helena, de naamgeefster van de kerk. De schilderingen werden gerestaureerd.
Grafkelder
Eveneens in 1973 stuitte timmerman Henk Heijnen tijdens werkzaamheden op een grafkelder onder het koor, met daarin drie kisten met menselijke resten. De grafkelder werd op last van het kerkbestuur snel weer gesloten, maar voordat dat gebeurde was Heijnen er al ingeklommen en had alles nauwkeurig nagemeten en gefotografeerd. In 2019 voltooide hij een houten replica van de grafkelder.
Overluiden
Al eeuwenlang luiden de klokken van de Oude Sint Helenakerk in Aalten op gezette tijden om de bevolking op de hoogte te stellen van sterfgevallen, het zogenaamde ‘overluiden‘.
Eigenaren
Overzicht is niet volledig.
| Jaar | Perceel | Eigenaar | Omschrijving |
|---|---|---|---|
| 1832 | I-1498 | de Hervormde Kerk van Aalten | 3.060 m² kerk & erf |
| 1862 | I-2640 | de Hervormde Kerk van Aalten | 2.966 m² kerk & erf |
| 1882 | I-3735 | de Hervormde Kerk van Aalten | 2.924 m² kerk & erf |
| 1911 | I-5447 | de Hervormde Kerk van Aalten | 2.938 m² kerk, cathechisatielokaal & erf |
| 1914 | I-5613 | de Hervormde Kerk van Aalten | 2.720 m² kerk & tuin |
| 1959 | I-8339 | de Hervormde Kerk van Aalten | 3.085 m² kerk, huis & erf |
| 1963 | I-8941 | de Hervormde Kerk van Aalten | 2.925 m² kerk, huis, erf, plantsoen, ged. verenigingsgeb., weg |







Fouten voorbehouden. Heb je aanvullingen of correcties? Reageer dan onderaan deze pagina, bij voorkeur met bronvermelding.
