Categorie: Verenigingen

  • Dorcas

    Dorcas

    Bij de naam Dorcas denken de meeste Aaltenaren tegenwoordig aan de kringloopwinkel voor het goede doel in de voormalige autogarage Winkelhorst aan de Nijverheidsweg.

    Begin vorige eeuw was er in Aalten echter ook al een naaivereniging met die naam. De naam Dorcas komt uit het Grieks en betekent ‘Gazelle’.

    Nevenstaande foto is volgens het bijschrift op postvanvroeger.nl gemaakt in 1930 ter gelegenheid van het 25-jarig bestaan de naaivereniging Dorcas in Aalten.

    Wie heeft er meer informatie over deze naaivereniging en/of de link met de huidige kringloopwinkel? Reageer dan hieronder of stuur ons een bericht!

    Dorcas, Aalten (1930)
    Foto: postvanvroeger.nl

    Krantenberichten

    Dorcas - Aaltensche Courant, 31-12-1909
    Aaltensche Courant, 31 december 1909
    Dorcas - Aaltensche Courant, 20-12-1921
    Aaltensche Courant, 20 december 1921
    Dorcas - Aaltensche Courant, 06-02-1931
    Aaltensche Courant, 6 februari 1931
    Dorcas - Graafschapbode, 16-03-1938
    Graafschapbode, 16 maart 1938

    Bronnen

  • Speeltuinverenigingen

    Speeltuinverenigingen

    Spölheuksken, Aalten
    Foto: Speeltuinvereniging ’t Spolhuuksken, Bilderdijkstraat

    In 1955 werd Speeltuinvereniging Bredevoort opgericht. Het was de eerste vereniging van dien aard in de gemeente Aalten. De contributie bedroeg dertig cent per maand, het donateursgeld twee gulden per jaar (bron: Dagblad Tubantia).

    In een verslag van de Werkgroep Jeugdzaken wordt een overzicht geschetst van de Aaltense speeltuinverenigingen in het jaar 1973:

    Speeltuinvereniging Bredevoort:
    Locatie: Schoolstraat, Bredevoort. Het gebouw, eigendom van de gemeente, is thans geheel gereed.
    Aantal leden: 85 gezinnen.
    Activiteiten: Verschillende binnenactiviteiten. Op de woensdagmiddag in de wintermaanden organiseert deze speeltuinvereniging verschillende binnenactiviteiten voor de jeugd.

    Speeltuinvereniging “Robbedoes”:
    Locatie: Achter de woningen aan de Saksenstraat en de Berkenhovestraat.
    Aantal leden: 90 gezinnen en 50 donateurs.
    Activiteiten: 6 dagen per week openstelling speeltuin, 3x per jaar deelname wandeltochten.
    In de winter: 1x per week bingoavond; 2x per mnd film in het clubhuis; 1x per week schietavond; 2x per mnd instuifavonden; 1x per jaar feestmiddag kinderen.

    Speeltuinvereniging “Rond de Vlag” (opgeheven):
    Locatie: Koopmanstraat. De speeltuinvereniging “Rond de Vlag” is opgeheven. Er worden dan ook geen activiteiten meer voor de jeugd georganiseerd.
    Aantal leden: 24 gezinnen waren lid.
    Activiteiten: 1x per jaar avondvierdaagse, 1x per jaar kinderfeest bij Vultink, 1x per jaar buurtfeest bij Vultink.

    Speeltuinvereniging “Wildebras”:
    Locatie: Eerste Broekdijk.
    Aantal leden: 40 gezinnen en 10 donateurs.
    Activiteiten: 2x per jaar dropping, 1x per week wandelen, 1x per jaar uitgaansmiddag, 1x per week houtbewerken in clubgebouw, 1x per week ontspanningsavond in clubgebouw.

    Speeltuinvereniging “Prins Willem Alexander”:
    Locatie: Achter de woningen aan de Nijverheidsweg.
    Eigenlijk kan hier niet gesproken worden van speeltuin, omdat op het terrein geen speelwerktuigen staan. Er is ook geen trapveld.
    De belangen van deze speeltuin worden behartigd door de buurtvereniging “De Nijverheid”.
    Aantal leden: 156.
    Activiteiten: 1x per jaar sportdag in speeltuin, 1x per jaar uitstapje.

  • C.J.V. Timotheüs

    C.J.V. Timotheüs

    Vanaf halverwege de 19e eeuw tot ver in de 20e eeuw kende Aalten diverse kerkelijke jeugdverenigingen. Bekend zijn onder andere de Ned. Hervormde jongensverenigingen ‘Josa’, ‘De Knipperbol’, ‘het Vendel’ en de meisjesverenigingen ‘De Kaarsvlam’ en ‘Zonnestraal’. Hieronder volgen (delen van) een aantal krantenartikelen over de Christelijke Jongelingen Vereeniging (C.J.V.) ‘Timotheüs’. Meer informatie over deze en andere kerkelijke jeugdverenigingen is welkom.

    Verslag van het jaarfeest der Chr. Jongel.-Ver. „Timotheus” te Aalten

    Aaltensche Courant, 7 maart 1906 (Delpher):

    J.l. Vrijdagmiddag vierde de Chr. Jong.-Vereen. „Timotheus” alhier feestelijk haar 10-jarig bestaan. Het voorfeest dat gehouden werd in de Herv. kerk, werd geopend door ds. Barneveld, waarna ds. Veen uit Lichtenvoorde een kernachtige feestrede hield naar aanleiding van de woorden „In de menigte des volks is des Konings heerlijkheid”. Toen in ’t jaar 1855 eenige jonge mannen bij elkaar kwamen tot oprichting van een wereldbond hebben ze een grondslag vastgesteld. Waar verschillende vereenigingen in den loop der jaren hun grondslag of doel moesten veranderen, heeft de wereldbond ten vorigen jare, bij het vieren van haar 50-jarig bestaan, opnieuw trouw gezworen aan dezelfden grondslag.

    De feestrede werd afgewisseld door een 6-tal zangnummers van de zangvereen. „Exelsior” die tevens haar eerste jaarfeest vierde. Onze plaatsgenooten hebben van deze eerste uitvoering zeker gedacht, zooals later een der sprekers opmerkte, dat men van een eenjarig kind niet veel kan verwachten, maar dan heeft men zich bepaald vergist, want de verschillende liederen werden onder de voortreffelijke leiding van haren directeur den heer A. Rots, zeer goed gezongen. Jammer dat er niet meer belangstelling was. Hierna werd er ruim een uur pauze gehouden en het feest voortgezet in het Catechiseer-lokaal.

    Reeds bij het binnentreden hiervan kreeg men terstond een aangenamen indruk. Het lokaal was herschapen in een feestzaal, keurig met groen en onze driekleur versierd. Nadat was gezongen Ps. 65 : 1 opende de voorzitter het samenzijn door de talrijke aanwezigen een hartelijk welkom toe te roepen. Uit de verslagen der bestuursleden bleek dat de vereen, zich in bloei mag verheugen: Het ledental was gestegen tot 28, dat der begunstigers tot 63, terwijl de penningmeester een batig saldo had van f 44.90.

    Hierna zegt de voorzitter dat hij al dadelijk van het programma moet afwijken omreden „Timotheus” de eer heeft ds. Mense uit N.-Stadskanaal in haar midden te hebben. Ds. Mense zegt zeer verblijd te zijn dat het hem vergund is om een avond te midden van zooveel bekenden en vrienden door te brengen. Sedert mijn vertrek is de Jong.-Vereen. een zang en een Knapen-Vereen. rijker geworden. Nu moet er ook nog een Meisjes-Vereen, worden opgericht. Ook van Aalten moet het kunnen gezegd worden dat het vooruit gaat op geestelijk gebied en dat zal gebeuren wanneer ieder lid pal staat voor Koning Jezus. Onze Christelijke gemeente heeft scherpschutters noodig op geestelijk gebied.

    Na deze rede kwamen de leden aan het werk. Voordrachten en samenspraken in ernst en luim wisselden elkander om de beurt af. Vooral de samenspraken, waarvan er 3 in het geheel waren, 1 door de jongens en 2 door de meisjes, werden uitstekend weergegeven. Vervolgens werd het woord gevoerd door het oud-lid der vereen, de heer Bulten uit Beekbergen. De heer B. gaf zijn blijdschap te kennen dat het hem weer vergund was, bij oude vrienden tegenwoordig te zijn. Vervolgens vertelt spr. een en ander aangaande het ontstaan van de Jong.-Vereen. Voor ruim 50 jaren opgericht door enkele jongelingen te Amsterdam, zijn die enkelen thans aangegroeid tot een breede schaar van jongelingen, die zich scharen om de banier van het kruis.

    Nog zij vermeld dat de verschillende nummers van het programma werden afgewisseld door het zingen van liederen, begeleid door het schoon orgelspel van den heer Nijhof, terwijl enkele jonge meisjes onophoudelijk in de weer waren om de gasten van de noodige versnaperingen te voorzien. Te ruim 10 uur betrad ds. Van de Plassche het spreekgestoelte om het slotwoord te spreken. Z.Eerw. zegt dat het, nu de vreugde nog op ieders gelaat te lezen is, vrij moeilijk is om nu al het slotwoord te spreken. Evenwel aan alles komt een einde, ook aan dit zoo uitnemend geslaagde feest. Na de verschillende personen, die tot het welslagen van dezen avond hebben medegewerkt, een woord van dank te hebben gebracht, eindigde spreker met den wensch dat God „Timotheus” ook verder zegenen mag. Na het zingen van Gez. 180 : 1 keerden allen welvoldaan huiswaarts.

    Zilveren jubileum Chr. J.-V. „Timotheüs”

    De Graafschapper, 24 februari 1922 (Delpher):

    Woensdagavond werd in de Ned. Herv. Kerk alhier een vergadering gehouden ter gelegenheid van het 25-jarig jubileum van de Chr. J.-V. „Timotheüs”, welke geopend werd met het zingen van Psalm 68 : 10. Ds. v.d. Plassche ging in gebed voor en wees er in zijn openingswoord op, dat een 25-jarig bestaan van een J.-V. een feit is om even bij stil te staan. Spr. betreurde, dat hier slechts één J.-V. in de groote Hervormde gemeente bestaat en sprak de hoop uit, dat het jubileum het ledental der vereen. flink mocht doen toenemen. Spr. uitte ten slotte den wensch, dat de leden der J.-V. zich indachtig mochten houden de leuze van Ds. Van Noort, den overleden voorzitter van het N.J.V.: „Nooit Jezus vergeten”.

    Als feestredenaar trad hierna op Ds. J.W. van Petegem van Dinxperlo, die na zijn gelukwensch aan leden en oud-leden der vereeniging het uitsprak, dat hij, ofschoon de uitnoodiging hem eerst met eenige huivering had vervuld, toch die uitnoodiging had aangenomen, daar hij zoo gaarne vertoeft onder jonge menschen, aangezien men daar het best jong blijft. Na den strijd van Israël tegen Sisera te hebben geschetst, legde spr. er nadruk op, dat God aan de zijde was van Barak tegen Sisera; daarom heeft Barak overwonnen. Daarom jubelde Debora het ook uit, dat God het heeft gedaan. Daarop komt het aan, ook in het leven van een vereeniging. Het leven van den mensch is een leven van strijd. lederen dag moeten wij bereid zijn, het kruis op te nemen.

    Zoo is het ook met onze vereenigingen. Wij hebben den strijd tegen geestelijke boosheden, tegen den overste der wereld. De J.-V. zal ervan weten te vertellen. Misschien zijn er, die in dezen strijd zijn bezweken en thans afgedwaald. Hoe staat het met dien strijd? Welke zijn de resultaten van de 25 jaar? Kan de vereeniging waarlijk jubileeren, d.i. juichen met dankzegging aan God: wij zijn overwinnaars? De J.-V. is bij velen in minachting en menig jongeling is voor die minachting uit den weg gegaan en heeft de J.-V. den rug toegekeerd. Als gij u waarlijk geschaard hebt achter Jezus en Hem uw hart hebt gegeven, dan kunt gij op dit jubileum jubileeren: „Ik, den Heere zal ik zingen”. Hem zij de dank, de eerkroon opgedragen!

    Spr. eindigde met een krachtige opwekking tot de jonge menschen, om zich als lid bij de vereen, aan te sluiten, en tot de ouders, om voor haar te bidden.

    Geref. Knapenvereen. „Timotheüs”

    Aaltensche Courant, 12 februari 1929 (Delpher):

    De Geref. Knapenvereen. „Timotheüs” welke eiken Zondag vergadert in gebouw Irene hield Vrijdag j.l. hare jaarvergadering in genoemd gebouw. De heer P. Rhebergen (een van de leiders der vereen.) opende na het zingen van Psalm 119 vers 3 en 5 de vergadering met gebed, las Spreuken 3 vers —24 en sprak vervolgens zijn openingsrede, waarin hij de aanwezige ouders en belangstellenden een hartelijk welkom toeriep op deze 26e jaarvergadering.

    Vervolgens wees spr. op eenige achteruitgang in ledental, wat zijn oorzaak hierin vindt dat velen lid werden van de Geref. Jongelingsvereen. Verblijdend werd genoemd de belangstelling voor de Knapenvergadering van de zijde der ouders, die hun knapen eigener beweging naar de knapenvergadering zonden. Tenslotte wekte het openingswoord op tot trouw aan het beginsel.

    Hierna volgden verslagen van secretaris, penningmeester en bibliothecaris. Uit het verslag van den secr. bleek, dat 10 leden, welke allen een diploma ontvingen, waren overgegaan naar de Jongel.vereen. De vereen. telt momenteel 26 leden. Het verslag van den penningm. luidde nogal gunstig, waaruit blijkt de offervaardigheid voor de knapenvergadering. De bibliotheek telt thans 45 nummers, 15 nieuwe boeken waren verloopen jaar aangeschaft.

    Na de verslagen volgen inleidingen over „Paulus’ bekeering” door B. ter Maat, „Absalom” door W. Rhebergen, Kerkgeschiedenis John. Knox door G. Deunk en vaderlandsche geschiedenis door G. Stronks en H. Lammers. Uit deze inleidingen bleek, dat er op deze vereen. flink werk wordt verricht. De voordrachten die ten beste werden gegeven, vielen allen goed in den smaak. De heer C. Spaans, afgevaardigde van den Kerkeraad, wekte de leden op vooral veel te lezen, en in de eerste plaats in Het Boek, dat is Gods Woord. De heer G.W.J. van Lochem sprak namens de Oudercommissie over de Duitsche Zending en het leven der gezaghebbers in Ned.-Indië. Voorts spraken de afgevaardigden van de Jongel.vereenigingen Calvijn en Kuyper en Knapenvereen. Samuel een enkel woord, de vereen. Gods besten zegen toewenschende. Om des tijde wille konden verschillende personen niet aan het woord komen.

    De heer A.J. Heinen (leider der vereen.) sprak een kort slotwoord, de ouders er op wijzende, dat het noodzakelijk is dat in de gezinnen met de knapen gesproken werd over het werk der knapenvergadering. Wanneer voor de gewone wekelijksche vergadering het te behandelen onderwerp besproken wordt, kan dit niet anders dan tot grooten zegen zijn en rijke vruchten afwerpen. En hiermede behoorde deze feestvergadering weer tot het verleden. In de verschillende pauzen werd gezongen en getracteerd, zoodat alien na het zingen van Psalm 150 vers 1 en dankgebed door den heer A.J. Heinen, welvoldaan huiswaarts keerden.

    50-jarig bestaan C.J.M.V. „Timotheüs”

    Aaltensche Courant, 14 februari 1947 (Delpher):

    Dezer dagen gaat de Christelijke Jonge Mannen Vereeniging „Timotheüs” te Aalten haar gouden jubileum herdenken. In een speciale jeugddienst in de Ned. Herv. Kerk zal Zondag a.s. dit feit herdacht worden, in welke dienst Ds. Gordeau van Eibergen hoopt voor te gaan. Enkele feiten. Opgericht in 1887 door Ds. W. ten Kate, heeft „Timotheüs” zich steeds staande weten te houden, ondanks de woelige tijden. Een van de eerste leiders van de vereeniging was de heer G.A. Peters (Hoogestraat).

    Aanvankelijk werden de bijeenkomsten in het Rusthuis gehouden, maar in 1897 verhuisde de Vereeniging naar het catechisatielokaal. Van de eerste bestuursleden willen wij de namen noemen van G. Hoitink en W. Bulsink (Nonhof), waarvan eerstgenoemde jarenlang de voorzittershamer hanteerde. Het tegenwoordige bestuur bestaat uit de h.h.: J.W. Ros, J. Breukelaar, H. Stegeman, H. te Kampe en B. Meinen. Zelfs in de oorlogsjaren stond het werk niet stil. Slechts een half jaar lang werden er geen bijeenkomsten gehouden, maar verder kwam men gedurende die jaren toch telkens bijeen. Zelfs onderduikers vonden hun weg naar de bijeenkomsten van de vereeniging en stelden het op hooge prijs om hier enkele uren in de sfeer van de vereeniging te kunnen doorbrengen.

    De sfeer

    Men kan de vraag stellen: „Wat is nu eigenlijk de sfeer van een dergelijke vereeniging?” Dit is moeilijk te beantwoorden. Daarvoor moet men zelf in vereenigingsverband gewerkt hebben om dit te kunnen aanvoelen. Voorop staat H. Schrift-onderzoek, maar daarnaast wordt gewerkt aan de cultureele verheffing van de leden. Vanzelfsprekend werkt de jeugdbeweging selectief, d.w.z. ze bereikt maar een gedeelte van de kerkelijke jeugd. Een groot gedeelte wordt wel lidmaat maar schrikt terug voor een persoonlijke aansluiting bij een christelijke vereeniging. En toch zijn deze vereenigingen vooral voor het platteland van groote beteekenis. In de vereenigingen leeren de jonge menschen zich zelf kennen en wordt hen gelegenheid gegeven naar voren te komen. De opstellen dwingen hen tot binnenstudie en door deze studie komt de belangstelling.

    „Timotheüs” heeft momenteel verschillende clubs welke een apart terrein bestrijken, zelfs tot muziek toe. We herinneren nog aan de leekenspelen, welke in den loop der jaren opgevoerd werden. Zoo werkt „Timotheüs” aan de geestelijke verheffing van de leden en heeft in deze 50-jarige periode al heel wat weten te bereiken. Een frissche geest heerscht onder de leden en geeft de beste verwachtingen voor de toekomst. We twijfelen er dan ook niet aan of dit jubileum, dat op waardige wijze herdacht zal worden, zal er toe bijdragen dat meerdere jonge mannen de weg naar „Timotheüs” zullen vinden.

    C.J.V. „Timotheüs” te Aalten in het goud

    De Graafschapper, 15 februari 1947 (Delpher):

    Het was in het jaar 1897, dat op initiatief van den toenmaligen predikant der Ned. Herv. Kerk te Aalten de C.J.V. opgericht werd, die naderhand de naam „Timotheüs” kreeg. Oorspronkelijk was dit een gemengde vereeniging, die haar geregelde vergaderingen in „Avondvrede” hield. Doch kort na de oprichting van deze club werd het gebouw „Elim” de vergaderplaats, waar de leden, veelal met behulp van den predikant, hun onderwerpen bespraken. Doorgaans werd het eerste deel van den avond besteed aan de bespreking van een hoofdstuk uit den Bijbel, waarbij dan geen inleiding werd geleverd door een der leden, doch slechts tekstverklaring door den predikant of, indien deze niet aanwezig kon zijn, door de leden zelf. Verder werd er op den avond genoten van de afwisseling in den vorm van een opstel over een vrij onderwerp of een voordracht.

    Uit de beschikbare gegevens blijkt wel, dat het den leden niet aan werklust ontbroken heeft. De „kronieken” van het jaar 1899 vermeldden reeds pogingen om een zangvereeniging op te richten, waarmee men hoopte te bereiken dat er meer belangstelling zou komen voor de vereeniging. Blijkbaar zijn deze pogingen echter gestrand, doordat er nog te weinig leden waren. Een der moeilijkheden waarmee men te kampen had was de financiëele positie, de twee jaar na de oprichting een nieuwe contributieverhooging noodzakelijk maakte. Op de vergadering van 30 October 1898 werd „met algemeene stemmen besloten de contributie met… 3½ cent per kwartaal te verhoogen, waardoor de vereeniging jaarlijks van elk lid ƒ 0.60 kon innen.”

    In den loop der jaren kwam er echter een aanzienlijke verbetering en talrijke legaten stelden de leden in het bezit van een flinke bibliotheek. Was het ledental in het begin ongeveer tien, naderhand breidde zich dit zeer sterk uit, zoodat het na verloop van enkele jaren ruim verdubbeld was. Hieronder waren meerdere adspirantleden, die tenslotte een eigen club vormden als onderafdeeling van Timotheüs. Zoo is het kleine begin uitgegroeid tot een vereeniging, die thans naast de onderafdelingen van de Knapen- en Zangvereeniging, een ledental heeft van ruim 30.

    „Timotheüs” in oorlogstijd

    De gestadige vooruitgang werd echter zeer bemoeilijkt in de laatste oorlogsjaren. Toch bleek de werklust onverwoestbaar en de Duitsche dwang en dreiging stuitten af op den energieken wil die tot volhouden aanspoorde. Slechts in het laatste halfjaar van den oorlog achtte men het onverantwoordelijk het werk onder de gegeven omstandigheden voort te zetten. Een der eerste moeilijkheden waarmee de vereeniging in deze periode te kampen had was het gebrek aan brandstof. Daarom werd van de gelegenheid gebruik gemaakt om in de bakkerij van de heer Vaags te vergaderen. Naderend werd „Avondvrede” de plaats van samenkomst, totdat eindelijk in 1944 ’t toenemend gevaar van bombardementen en razzia’s verdere activiteit onmogelijk maakte.

    Intusschen was echter meer leven in het vereenigingswerk gebracht, doordat op initiatief van een der leden diverse clubs in het leven geroepen waren. Zoo kwam er b.v. een inleidingsclub, die de taak had om de te behandelen onderwerpen uit te zoeken en te zorgen voor het benoodigde studiemateriaal. Daarnaast had de opstelclub tot taak om andere practische onderwerpen, die niet op den rooster van behandeling voorkwamen, te verzorgen. Tenslotte de andere groepen, b.v. zang-, muziek- en declamatieclubs, die met ’t brengen van variatie in den vereenigingsavond belast waren.

    Deze „oorlogsinstelling” vond grooten bijval, en ook thans bestaan zij nog tot volle tevredenheid van alle Timotheüs-leden. Het belangrijkste feit uit de oorlogsjaren was ongetwijfeld de herdenking van het 45-jarig jubileum in 1942. Door de omstandigheden was het echter niet mogelijk de herdenking van dit feit grootsch te vieren. In alle stilte werd het in den intiemen kring van leden en begunstigers in het gebouw „Elim” herdacht.

    Jubileum-herdenking

    Thans is het dus een 50 jaar geleden dat uit de kwijnende gemengde vereeniging de C.J.V. „Timotheüs” verrees. Ter herdenking van dit halve eeuwsch bestaan zal Zondag a.s. een jeugddienst worden gehouden in de Ned. Herv. Kerk waar als spreker zal optreden Ds. H. Gordeau van Eibergen, zoon van den vice-voorzitter van het N.J.V. Tevens zal de onderafdeeling van „Timotheüs”, de Zangvereeniging „Excelsior”, medewerking verleenen.

  • Zentralverband Chr. Textilarbeiter, afd. Aalten

    Zentralverband Chr. Textilarbeiter, afd. Aalten

    Begin 20e eeuw staken veel Aaltenaren dagelijks de grens over naar Bocholt om daar in de textielfabrieken te werken. Aalten had zelfs een eigen afdeling van een Duitse textielvakbond, het Zentralverband Christliche Textilarbeiter, Oordsgroep (Ortsgruppe) Aalten. Zij kwamen regelmatig bijeen in verschillende café’s in Aalten. Op Delpher vonden wij een aantal berichten over dit onderwerp:

    Aaltensche Courant, 10 december 1913:

    Maandagavond hield de Oordsgroep Aalten van het Zentral-Verband Christl. Textielarbeiter Deutschland een ledenvergadering, waartoe ook werden toegelaten de familieleden der georganiseerden. Onze Bocholtsche vrienden hadden voor deze gelegenheid een tooverlantaarn medegebracht, waarmede verschillende tooneelen uit de vooral in Duitschland nog sterk gedreven huisindustrie werden belicht.

    Men kan, deze dingen ziende, begrijpen, dat vooral in Duitschland een kreet van ontzetting is opgegaan, toen voor eenige jaren geleden deze allertreurigste toestanden door middel van die groote tentoonstelling van huisindustrie te Berlijn gehouden, aan het daglicht kwamen.

    Uit een en ander werd duidelijk, dat er voor de wetgevers nog een massa goed werk te verrichten valt voor de verbetering van het diep treurig leven van duizenden, die door te lage loonen genoodzaakt zijn om zulk een ellendig leven te lijden.

    De heer Mensink, van Enschedé, sprak daarna een kernachtig woord tot de aanwezigen, er den nadruk op leggend, dat alleen een hecht en solied organisatieleven aan deze wantoestanden op den duur een einde kan maken. Door een der aanwezige bestuursleden werd een hartelijk dankwoord tot de propagandisten gesproken, waarmede de vergadering instemde.

    Aaltensche Courant, 12 september 1914:

    Donderdagmorgen werd in het café van den verlofhouder te Linde een druk bezochte vergadering gehouden van de oordsgroep Aalten van het Zentralverband Christl. Textielarbeiter Deutschland. In zijn openingswoord deelde de heer Ommering mede, dat het na veel moeite aan het bestuur gelukt was voeling te krijgen met de Duitsche collega’s en de gehouden besprekingen er toe hebben geleid, dat ook de leden der oordsgroep Aalten op ondersteuning kunnen rekenen en die ondersteuning op a.s. Maandag ’s morgens van 9 tot 9½ uur zal worden uitgekeerd aan de leden wier namen aanvangen met de letter A tot M, van 9½ tot 10 voor de overigen; en dat de ondersteuning zeker al vroeger zou zijn uitgekeerd, als de maatregelen door Nederlandsche en Duitsche autoriteiten aan de grens genomen, daarin niet zoo storend hadden ingegrepen.

    Daarna werd door den heer Mensink van Enschede uiteengezet het groote nut van georganiseerd zijn, wat ook in deze voor de arbeiders vooral zoo moeilijke dagen schitterend op den voorgrond treedt. Spr. zette in een zeer populair betoog uiteen, welke moeilijkheden in deze zoo droeve tijden de arbeiders ondervinden, doch ook die welke de bestuurders van organisaties te doorworstelen hebben, en eindigde met er op aan te dringen, dat de leden der organisatie, ook in hun eigen belang, ten plicht hebben de organisatiebesturen te steunen door onvoorwaardelijk trouw te blijven aan de organisatie.

    Aaltensche Courant, 16 september 1914:

    Maandagmorgen werd aan de leden der Oordsgroep Aalten, van het Zentralverband Christi. Textilarbeiter Deutschland, de krijgs- en noodondersteuning uitgekeerd. Had het, door het sluiten der grenzen, wat lang geduurd, voor zeer velen was het, onder deze omstandigheden, een niet onaanzienlijk bedrag, hetwelk aan hen werd uitgekeerd.

    Zijn wij wel ingelicht, dan beliep de totale uitkeering dien morgen ongeveer 500 mark. Wij mogen veilig aannemen dat deze uitkeering in menig gezin een blijde stemming gebracht heeft.

    Hopen wij dan, dat het nut van georganiseerd zijn terdege wordt ingezien, dat velen, die nu nog veraf staan, later, wanneer de oorlog heeft uitgewoed, tot organisatie zullen toetreden, en die enkelen, welke door zeer slechte contributie-afdracht moesten worden teleurgesteld, hun leven beteren.

    Fouten voorbehouden. Heeft u correcties en/of aanvullende informatie? Reageer dan onderaan deze pagina.

    Bronnen


    • Aaltensche Courant, 10 december 1913 (Delpher)
    • Aaltensche courant, 12 september 1914 (Delpher)
    • Aaltensche Courant, 16 september 1914 (Delpher)
  • G.M.V. Lydia

    G.M.V. Lydia

    Vanaf halverwege de 19e eeuw tot ver in de 20e eeuw kende Aalten diverse kerkelijke jeugdverenigingen. Hieronder volgen (delen van) een aantal krantenartikelen over de Gereformeerde Meisjesvereniging ‘Lydia’. Meer informatie over deze en andere kerkelijke jeugdverenigingen is welkom.

    25-jarig jubileum

    De Graafschapper, 7 februari 1930 (Delpher):

    Onder de velen die in onze dagen jubileeren, behoort ook de Meisjesvereeniging „Lydia”. Gisteren, 6 Februari, was het 25 jaren geleden, dat zij in de Westerkerk onder leiding van Ds. Schouten, haar eerste vergadering hield. Het ledental bedroeg toen 16, welk getal in den loop der jaren is geklommen en gedaald. De jeugdvereenigingen hebben nu éénmaal een vlottende bevolking. De meeste leden bezoeken haar slechts 4—6 jaren zoodat het aantal leden steeds aan schommelingen onderhevig is. Ook deze vereeniging heeft dezen natuurlijken gang ondergaan.

    De eerste schrede die zij op het levenspad zette was bescheiden, doch de zegen, dien zij heeft verspreid over tal van vrouwen en meisjes is van niet te onderschatten beteekenis. De werkzaamheden werden in 1905 aangevangen met bijbelbesprekingen over de Handelingen der Apostelen, terwijl verder opstellen over gewijde geschiedenis werden gehouden. De heeren Verlaan en Gussinklo Sr. vertelden er later over verschillende onderwerpen.

    De taak van de jeugdvereenigingen was in die dagen nog niet zoo goed omschreven als thans; een werkplan, door bekwame leidsters samengesteld ontbrak nog geheel, vandaar dat de krachtsontplooiing nog niet zoo goed was. Ook in deze vereeniigng zagen we de ontwikkeling geleidelijk voortgaan. Omstreeks 1916 ging men de catechismus behandelen; later begreep men de taak beter, en veranderde dit in geloofsleer. In 1921 stelde men zich onder kerkelijk toezicht en in 1922 sloot men zich aan bij den Ned. Bond van M.V. op G.G. Deze laatste daad was voor de jubilaresse van groote beteekenis. Sinds dien werd er gewerkt langs vast getrokken lijnen. Het werkprogram werd uitgebreid met Maatsch. onderwerpen, Opvoedkunde, Zendings- en Kerkgeschiedenis, hetgeen aan de vorming der leden natuurlijk belangrijk ten goede kwam.

    Op de hier afgedrukte kiek zien we bestuur en leden der vereeniging. Haar ledental is thans 30 en zij heeft het voorrecht haar jubileum hedenavond, onder leiding van haar oprichter te vieren. Wij wenschen de vereen. met dit heugelijk feit van harte geluk en hopen, dat zij in de toekomst velen nog tot rijken zegen zal zijn.

    Gouden jubileum

    Dagblad Tubantia, 26 februari 1955 (Delpher):

    In gebouw „Patrimonium” werd gisteravond het vijftigjarig bestaan van de Geref. meisjesvereniging „Lydia” gevierd. Het is de eerste Geref. meisjesvereniging, die in Aalten werd opgericht, zoals bleek uit het verslag, dat door de beide secretaressen werd uitgebracht, want de vereniging is thans gesplitst in twee afdelingen. Uit het historisch overzicht, dat zeer summier was, mede omdat van de eerste jaren niet veel gegevens meer te vinden waren, bleek dat het aanvankelijk niet zo gemakkelijk ging in Aalten een meisjesvereniging op te richten. Het was nog iets nieuws.

    De jubileumavond, die door de presidente, mej. A. Wevers werd geopend met Schriftlezing en gebed, werd bezocht door afgevaardigden van verschillende andere Aaltense jeugdverenigingen, door een vrij groot aantal begunstigers en tal van oud-leden.

    Mej. B. Wassink las een inleiding over Ruth, waarop een tableau in zeven onderdelen volgde, eveneens over Ruth. De avond werd verder gevuld met een toespraak van ds. J. van Wijngaarden over de betekenis van het zich ontwikkelen van het meisje en de noodzaak van onderzoek van de Bijbel en de daarin vervatte beginselen. Een zangkoor zong verschillende liederen en enkele korte schetsjes werden opgevoerd. Mevr. Wikkerink-Eppink, die veertig jaar geleden de vereniging bezocht, haalde herinneringen op aan die tijd, waarna de bijeenkomst door ds. J. van Wijngaarden met dankgebed werd gesloten.

  • G.J.V. Maranatha / Calvijn

    G.J.V. Maranatha / Calvijn

    Vanaf halverwege de 19e eeuw tot ver in de 20e eeuw kende Aalten diverse kerkelijke jeugdverenigingen. Hieronder volgen (delen van) een aantal krantenartikelen over de Gereformeerde Jongelingsvereeniging ‘Maranatha’, later hernoemd tot ‘Calvijn’. Meer informatie over deze en andere kerkelijke jeugdverenigingen is welkom.

    19e Jaarfeest

    Nieuwe Winterswijksche Courant, 10 mei 1902 (Delpher):

    De Geref. Jongelingsvereeniging „Maranatha” vierde gisteren (Hemelvaartsdag) haar 19de jaarfeest in kerk B. alhier. Ds. Eelderhof uit Doesburg was uitgenoodigd de feestrede uit te spreken en deze nam tot onderwerp: „Maranatha”. Spreker behandelde de geschiedenis van Jezus’ Hemelvaart en zijn beloofde wederkomst. Aan het eind der wereld, als het Maranatha weerklinken zal, zullen we zien dat de overwinning de onze is. Om dien strijd goed te strijden, moeten we mannen hebben, die willen, die weten wat zij willen en die in de kracht Gods willen wat ze weten. De Jongelingsvereen. is een kweekplaats van zulke mannen, die nog wel geen strijders zijn, maar toch leerlingen. Hierna richtte spr. een ernstig woord tot de vereen. ter opwekking voor den strijd des levens om met een lied van Da Costa te eindigen. Jammer, dat er zoo weinig belangstelling was.

    50-jarig bestaan

    Nieuwe Aaltensche Courant, 3 maart 1933 (Delpher):

    Calvijn, één der oudste J.-V. op G.G. in onze plaats, heeft deze week, zij het dan ook een paar maanden te vroeg, haar gouden jubileum gevierd. Haar geschiedenis. Deze vereeniging is eigenlijk de vrucht van het werken van Ds. J.H.F. Gangel. Op zijn initiatief werd de vereeniging opgericht onder den naam „Maranatha”. In 1887 werd het de Gereformeerde Jongelingsvereeniging „Maranatha”, terwijl in 1897, op verzoek, werd ingewilligd het houden van toezicht door de Geref. Kerk B.

    Omstreeks 1907 werd de Vereeniging omgedoopt met den naam van „Calvijn”, terwijl het jaar daaropvolgende, in Februari 1908, de grondslag en het doel der Vereeniging reglementair werd vastgelegd. Haar doel werd thans omschreven als volgt: Hare leden te doen kennen en belijden de Gereformeerde beginselen voor Kerk, Staat en Maatschappij.

    Ongeveer gelijktijdig met het tot stand komen van de Geldersche Afdeeling van den Bond van Jongelingsvereenigingen op Geref. Grondslag (1893), sloot zich de Vereeniging ook aan bij den Bond, dat haar in vele opzichten ten goede gekomen is. De vereeniging heeft in dezen gang doorgewerkt tot in 1926 de splitsing plaats had, waaruit de J.-V. Dr. A. Kuyper ontstond. Tot op dezen dag staat „Calvijn” met eere in de rij van onze Geref. J.-V.

    Aaltensche Courant, 3 maart 1933 (Delpher):

    In de Westerkerk had Woensdagavond een herdenkingssamenkomst plaats ter gelegenheid van het 50-jarig bestaan van de Jongel.vereen. „Calvijn“. De eere-voorz., ds. A. Schouten Sr., opende met gebed en sprak een korte openingsrede, waarin zijne eerw. o.m. opmerkte, dat deze vereen., die een halve eeuw bestaan heeft, mannen voortbracht die leiding geven in talrijke colleges en wier namen er borg voor staan, dat ze ook op critieke momenten staan voor de eere Gods. Spr. heet voorts welkom mr. H. Bijleveld, welke hierna den kansel betreedt. Een zangkoor zong enkele liederen, waarna mr. Bijleveld zijn rede hield over: „Om te doen gedenken“.

    Achttien honderd drie en tachtig is een tijd van bijna leven in holen en spelonken. Doch een tijd waarin God licht deed schijnen. Een beginselprogram werd opgesteld, dat sindsdien bijna nooit gewijzigd werd. En het voornaamste is, dat de volksgeest werd omgezet. Voor dat hier een soc.-dem. partij was opgericht, bestond Patrimonium reeds. Een bewijs dat Christenen zich ook hieraan wijden en God daarop zijn zegen wil schenken. Zoo zal het gedenken zich uiten in het lied „Die gunst heeft God Zijn volk bewezen“. Mocht er opnieuw een onstuimige golf op u aankomen, wijk dan nimmer. Laat u niet afleiden door het kan zus en het kan zoo zijn, maar houdt u bij het „Ik ben de weg, de waarheid en het leven”. Spr. bepaalde zich tenslotte nog even bij de politieke toestand van deze dagen, zijn gehoor wijzend op de groote verantwoordelijkheid. Gezongen werd Psalm 25 vers 2, waarna spr. eindigde met dankgebed.

    Aaltensche Courant, 3 maart 1933 (Delpher):

    Gisteravond (donderdag, red.) vierde de Geref. Jongelingsvereen, „Calvijn” haar 50-jarig bestaan in gebouw Patrimonium alhier. De secr., de heer A. Lammers, gaf een historisch overzicht, terwijl de heeren F.H. Somsen, wethouder van Aalten, en A. Stapelkamp, secr. van het Chr. Nat. Vakverbond te Utrecht, beiden oud-leden van Calvijn, een toespraak hielden. Voordrachten, zangkoor en tableaux wisselden een en ander af. Het slotwoord werd gesproken door den eere-voorz., de eerw. heer ds. A. Schouten, em.-pred. alhier.

  • G.J.V. ‘Uw Koninkrijk Kome’

    G.J.V. ‘Uw Koninkrijk Kome’

    Vanaf halverwege de 19e eeuw tot ver in de 20e eeuw kende Aalten diverse kerkelijke jeugdverenigingen. Hieronder volgen (delen van) een aantal krantenartikelen over de Gereformeerde Jongelingsvereeniging ‘Uw Koninkrijk Kome’ (U.K.K.). Meer informatie over deze en andere kerkelijke jeugdverenigingen is welkom.

    40-jarig bestaan

    Nieuws van den Dag, 11 februari 1908 (Delpher):

    De Geref. Jongelingsvereeniging »Uw Koninkrijk Kome«, te Aalten, zal 11 Februari haar 40-jarig bestaan feestelijk vieren. De feestrede zal gehouden worden door den Heer J. Gommer, predikant bij de Geref. Gemeente aldaar.

    Gouden jubileum

    De Graafschapper, 29 januari 1918 (Delpher):

    Zooals reeds onder plaatselijk nieuws is meegedeeld, hopen binnenkort twee Gereformeerde Jongelingsvereenigingen in deze omgeving, die te Varsseveld en „Uw Koninkrijk Kome“ te Aalten, haar 50-jarig bestaan te gedenken. Geen zilveren jubileum dus als van „Patrimonium“ te Aalten maar een gouden feest. Jammer dat de omstandigheden er niet naar zijn, om dit merkwaardige feit zoodanig te vieren als in normalen tijd verwacht mocht worden. Van feest houden is thans geen sprake. Herdenking op waardige wijze mag evenwel niet achterwege blijven. Niet-herdenking zou gelijk staan met negeering van de weldaden, die God zoowel in Varsseveld als in Aalten in de jongelingsvereenigingen heeft geschonken.

    58-jarig bestaan

    Nieuwe Winterswijksche Courant, 19 maart 1926 (Delpher):

    In de jaarvergadering van de Jongelingenvereeniging „Uw Koninkrijk Kome“, werd het 58-jarig bestaan der vereeniging herdacht, onder leiding van den voorzitter, den heer J.D. van Lochem. De secretaris de heer Krajenbrink, bracht verslag uit over hetgeen verricht werd. Hieruit bleek dat 46 vergaderingen gehouden en tal van onderwerpen behandeld werden. De vereeniging heeft 37 leden en telt 80 begunstigers. Uit het verslag van den penningmeester, den heer C.H.J. Heij, bleek dat de ontvangsten bedroegen ƒ 307 en dat er een voordeelig saldo was van ƒ 43.

    De bibliothecaris, de heer L.C. Winkelhorst, deelde mede dat gelezen waren 340 boeken en dat de vereeniging in het bezit is van 412 boeken, verdeeld over 5 afdeelingen. De avond werd verder gevuld met een inleiding, samenspraak, muziek, voordrachten en tableaux en het welslagen werd bovendien bevorderd door het verstrekken van broodjes, koekjes, koffie en sigaren. De heer G. Breekveldt sprak het slotwoord en eindigde met dankgebed.

    60-jarig jubileum

    Nieuwe Aaltensche Courant, 24 januari 1928 (Delpher):

    Van deze plaats een hartelijke gelukwensch aan de Jongelingsvereeniging „Uw Koninkrijk kome”, welker oprichting den naam van den Weleerw. heer D. Breukelaar in de herinnering terugroept. Moge zij nog vele jaren in de richting, door den oprichter bedoeld, voortgaan.

    De Graafschapper, 3 februari 1928 (Delpher):

    Donderdagavond om 6½ uur was de Oosterkerk reeds geheel gevuld. De versieringen op het podium verwezen naar het groote feit van den dag. Ds. Gommer treedt nu op als eerste spreker. Nadat gezongen is Ps. 138 vs 1, gaat hij voor in gebed en leest Ps. 138. Nu volgt een kort openingswoord, waarin spr. begint met te wijzen op het groote voorrecht dat „U.K.K.” dezen avond mag gedenken. Spr. wenscht haar veel geluk daarmede. Hij herinnert aan de belangstelling in onzen tijd voor de Jeugdorganisaties.

    Voor zestig jaren telde men de Chr. Jeugdver, niet, en zij die daar hun vorming ontvingen, werden gesmaad. Thans denkt men daar anders over; ieder erkent de waarde der Chr. J.-V. en vele richtingen maakten zich op om op dezelfde wijze zich aan de jeugd te wijden. De J.-V. op Ger. grondslag brengt, zegt spr., een rijken zegen voor geheel het leven, zoo althans aan God en Zijn Woord de band blijft trekken.

    Spr. richt een woord van welkom aan Dr. K. Dijk uit Den Haag, die uitgenoodigd werd om de feestrede te houden en zoo bereidwillig was daartoe uit de residentie over te komen. Eerst doet een zangkoor nu eenige liederen hooren onder leiding van den heer K. Broos. Dit kwijt zich daarvan óp voortreffelijke wijze, vooral zoo in aanmerking genomen wordt de daartoe aan den geringen vrijen tijd ontwoekerde uren. Met name „Rust mijn ziel, uw God is Koning” klonk goed in de flinke ruimte der Oosterkerk. In bijzondere mate mag dit van de solo gezegd worden. Alsnu volgde het glanspunt van den avond, de rede van Dr. Dijk „Den boog leeren”.

    Na ’t zingen van Ps. 72 vs 11 gaat spr. voor in dankzegging. Het was een avond, voor de jubileerende vereeniging onvergetelijk; op waardige en treffende wijze mocht zij het groote feit van den dag op die wijze gedenken.

    80-jarig bestaan

    De Graafschapper, 7 februari 1948 (Delpher):

    Wie gisteravond in het gebouw Irene te Aalten is geweest en getuige was van de belangstelling die er bestond voor de viering van het 80-jarig bestaan van de Jongelingsvereniging op G.G. „Uw Koninkrijk Kome”, kan zich moeilijk voorstellen dat 80 jaren geleden, ds. Breukelaar, toen Geref. predikant te Aalten, met moeite een vereniging met 8 leden wist op te richten en in stand te houden. Een foto van ds. Breukelaar hing gisteren boven het podium, omlijst met de nationale kleuren.

    Het was als wilde men het verleden en de toekomst op deze avond door middel van die foto met elkaar confronteren. Inderdaad, dat wilde men, zoals de voorzitter de heer H. Luimes in zijn openingswoord ook zei en naderhand door Prof. Dr. Dijk en ds. Zwart nog eens werd geaccentueerd. Deze Jongelingsvereniging is de oudste in jaren. Met nadruk werd gewezen op de noodzakelijkheid om ook in deze tijd – vooral in deze tijd – zich voor te bereiden voor de taak in het volle leven. „Onze gedachten gaan ook uit naar de militairen in Nederland en in Indië”.

    „Uw Koninkrijk kome” negentig jaar

    Dagblad Tubantia, 25 maart 1958 (Delpher):

    Ter gelegenheid van het 90-jarig bestaan van de J.V. op G.G. „Uw Koninkrijk Kome” te Aalten werd maandagavond in de Geref. Oosterkerk een herdenkingsbijeenkomst gehouden. De bijeenkomst werd geopend met samenzang, waarna de voorzitter, de heer G. te Brake in een kort overzicht het wel en wee der vereniging de revue liet passeren. Vervolgens hield de heer H. Algra uit Leeuwarden, oud-bondsvoorzitter en lid der Eerste Kamer, een toespraak over het onderwerp „Dankbaarheid en roeping”. Verder werd het woord gevoerd door het oud-lid van „U.K.K.”, ds. G. Hengeveld te Woubrugge, over „Wij leven maar eens”. Een en ander werd afgewisseld met samenzang, koorzang van het Evangeliesatiezangkoor o.l.v. J. Debbink, orgelspel van Jan Luijmes en declamatie van J. Kraaijenbrink. Ds. L. Blijdorp, geref. predikant te Aalten, sprak het slotwoord.